Week 2

Question 1

Belanghebbende

Answer 1

degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken.

Question 2

Bij een procedure bij de bestuursrechter kunnen meerdere partijen betrokken zijn:

Answer 2

· Degene die het niet met het besluit eens is = eiser, bijv. belanghebbenden kunnen zijn:
- Omwonenden.
- Concurrenten.

· De supermarkt is vergunninghouder (= geadresseerde van het besluit) is blij met de vergunningverlening = derdebelanghebbende.

· Het bestuursorgaan dat het besluit genomen heeft = verweerder.

Question 3

'’Onder belanghebbende wordt verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken’’.

Answer 3

· Degene?
- Natuurlijke personen.
- Rechtspersonen.
- Andere entiteiten, zoals een rechtspersoon in oprichting of informele (wijk)vereniging, mits:
1. Er een ledenbestand is;
2. Het om een organisatorisch verband moet gaan dat is opgericht voor een bepaald doel, zodat sprake moet zijn van regelmatige ledenvergaderingen, een bestuur en een samenwerking die op enige continuïteit is gericht;
3. De organisatie als een eenheid dient deel te nemen aan het rechtsverkeer.

• Belang?
• De geadresseerde van een besluit is altijd belanghebbende, bijv. degene aan wie een uitkering wordt toegekend.
• Maar voor anderen is dat soms minder duidelijk, bijv. omwonenden:
  O-P-E-R-A criteria.

Question 4

Criteria om te zien of een derde feitelijk belang heeft bij een besluit; opera-criteria:

Answer 4

1. Objectief (o); betrekking op financiële/immateriële belangen; het belang mag niet subjectief zijn (over bepaalde gevoelens).
2. Persoonlijk (p); degene die door het besluit wordt geraakt moet zich in voldoende mate onderscheiden van andere personen die ook gevolgen van het besluit zullen ondervinden.
3. Eigen (e ); wie belangen van anderen wil behartigen kan dat alleen doen als gemachtigde.
4. Rechtsreeks (r ); voldoende causaal verband.
5. Actueel (a); geen vrees voor onzekere toekomstige ontwikkelingen.

Question 5

P - Wanneer is een concurrent belanghebbende?

Answer 5

Minicamping de Heksenketel:
Verstoort het besluit de concurrentieverhoudingen?
1. Is de ondernemer werkzaam
a) In hetzelfde marksegment en
b) Binnen hetzelfde verzorgingsgebied; en

2. Ondervindt de ondernemer gevolgen van het besluit, gelet op de aard van het besluit?

Question 6

R - Niet iedere contractuele relatie leidt tot een afgeleid belang.

Answer 6

Geen afgeleid belang in de volgende gevallen:
- Heeft de derde los van de contractuele relatie een zelfstandig eigen belang?

• Loopt het belang van de derde niet-parallel (of is het tegengesteld aan) het belang van de ander?

-Wordt de derde geraakt in een fundamenteel verdragsrecht?

Question 7

Wanneer de appellant een afgeleid belang heeft en je wil weten of hij een zelfstandig beroepsrecht heeft, bestaan er twee normatieve ankerpunten die als minimumvereiste moeten gelden:

Answer 7

1. Congruentievereiste; een derde moet door de bestuursrechter als belanghebbende bij een besluit worden aangemerkt, als dat besluit in beginsel jegens hem onrechtmatig kan zijn in de zin van art. 6:162 BW.
2. Een derde partij moet toegang hebben tot de bestuursrechter als hij door een besluit wordt geraakt in een recht of rechtens beschermd belang.

Question 8

Op basis van deze twee normatieve ankerpunten zijn er vijf richtinggevende vuistregels geformuleerd voor toekomstige toepassing van het leerstuk van het afgeleid belang door de bestuursrechters:

Answer 8

1. Het leerstuk van afgeleid belang is niet aan de orde als een derde partij is die bij een besluit, naast een mogelijk afgeleid belang, een zelfstandig eigen belang heeft dat bij het besluit rechtstreeks betrokken is.
2. Het leerstuk van afgeleid belang zou niet aan een derde moeten worden tegengeworpen als zijn bij het besluit betrokken belang materieel niet parallel loopt met dat van de eerst betrokkene.
3. Het leerstuk van afgeleid belang zou niet aan een derde moeten worden tegengeworpen wanneer de betrokkenheid van zijn rechtspositie bij het besluit een zelfstandige aanspraak op rechtsbescherming rechtvaardigt.
4. Een afgeleid belang kan wel aan een derde worden tegengeworpen als zijn belang parallel loopt met dat van de eerst betrokkene en zijn belang uitsluitend via een contractuele relatie met de eerst betrokkene bij dat besluit betrokken is.
5. In het geval een bestuurder of enig aandeelhouder en niet de vennootschap zelf beroep tegen een besluit instelt, zal de bestuursrechter dat beroep moeten toerekenen aan de vennootschap.

> Appellanten in deze zaken moeten worden beschouwd als belanghebbenden en kunnen gewraakte besluiten dus bij de bestuursrechter aanvechten.

Question 9

Algemene en collectieve belangen

Answer 9

Rechtspersonen die algemene en collectieve belangen behartigen kunnen als derde-belanghebbende optreden.

• Algemene belangen: Je kunt denken aan natuur en cultuur.
  > Dat deze belangen worden behartigd moet blijken uit:
  a) De specifieke statutaire doelstelling van de rechtspersoon; mag niet te ruim/algemeen zijn omschreven.
  b) Uit haar feitelijke werkzaamheden; moet meer inhouden dan het in hoofdzaak initiëren en participeren in bestuursrechtelijke procedures.
  > Arrest stichting openbare ruimte
• Collectieve belangen: bundeling van individuele belangen die rechtstreeks bij een belang zijn betrokken, bijv. bewonersvereniging.
  > Dezelfde eisen als bij de algemene belangen, maar worden minder zware eisen gesteld aan de feitelijke werkzaamheden.
  > Arrest LTO Noord