Week 12 Flashcards
Welke soorten cellen zijn er in bot? Wat is de functie en waar komen ze uit?
- osteoclasten: uit hematopoietische stamel → botafbraak
- Grote cel, veel kernen(fusie)
- Osteoblasten: uit mesenchymale stamcel → botvorming(kubisch)
- In rust lining cel: bedekt botopp → mineralisatie
- Osteocyten(grootste deel): osteoblast ingebed in eigen gemaakte ECM
- Mechanosensing(via canaliculi)
- Reguleert botombouw: RANKL en sclerostine
- Reguleert fosfaat homeostatse: FGF23
Hoe werkt botafbraak?
- osteoclast echt aan botmatrix, resorptie
- Afgesloten component: protonenpomp → verzuring(HCl) en enzymen(Cathepsine K; afbraak matrix)
Welke soorten bot zijn er? Wat zijn de functies?
- trabeculair: sponsachtig netwerk blakjes(trabekels)
- hoge ombouw, metafyse
- sterkte en elasticiteit, mineraal metabolisme
- corticaal: compact bot, diafyse
- grootste deel botmassa, lage ombouw
- bep vorm
- aanhechting, bescherming beenmerg, sterkte
Om corticale bot twee vliezen: endosteum en periosteum(buitenkant)
Welke soorten botvorming zijn er?
- endochondrale verbening: vervanging kraakbeen door bot, bijna alle botten
- intramembraneuze verbening: directe botvorming uit periost(schedel, clavicula)
Wat is (re)modeling?
Modeling= voor sluiten groeischijven, afbraak en opbouw gescheiden
Remoddeling= kleine reparaties gedurende hele leven, in zelfde gebied(BMU), duurt mnd
Hoe werkt de regulatie van botstofwisseling?
- RANKL: bind op pre-osteoclast aan RANK → stimuleert vorming, functie en overleving osteoclasten -> minder bot
- OPG(decoy receptor) gemaakt d osteoblasten → niet meer binden aan RANK, geen resorptie, gat weer dichtgemaakt -> koppeling
- Sclerostine: remt osteoblast → meer bot
Hoe is bot dynamisch?
Wolff’s law: mechanische belasting geeft verlaagde sclerostine expressie -> dikker bot & use it or lose it
Bij veroudering krijgt corticaal bot een grotere diameter -> zelfde botsterkte
Hoe werken de calcium en fosfaatbalans?
- via voeding binnen, deel opgenomen en deel verlies via faeces
- uitwisseling met weefsels en bot
- in nieren reabsorptie
- uitscheiding via urine
- evenveel in als uit, gereguleerd d endocriene hormonen
Hoe werkt PTH? Wat gebeurt er bij hypocalciemie?
- afgegeven bij laag Ca uit bijschildklier
- stimuleert 1a hydroxylase: meer actief vit D
- stimuleert botresorptie: Ca en P uit bot
- stimuleert P excretie en Ca reabsorptie in nier
Snel afgifte PTH uit vesicles -> meer synthese -> hyperplasie
Hoe werkt vitamine D?
- D3: in huid omzetting uit cholesterol oiv zonlicht of uit voeding
- in lever en nier hydroxylering -> actief
- actief transport: absorptie Ca en PO4 in darm
- stimuleert prod FGF23
Hoe werkt calcitonine?
- uit C-cel schildklier
- remt osteoclasen(tegenhanger PTH)
- ondergeschikt effect aan PTH en vit D
Wat meet je bij een bloedtest voor Ca?
Totaal Ca in bloed, maar ook gebonden aan albumine -> correctie, want als albumine laag Ca ook.
Hoe werkt FGF23?
- gemaakt d osteoclasten, verlaagt fosfaat
- minder actief vit D(remt a-hydroxylase) -> minder absorptie in darm
- remt fosofaat rebasorptie nier -> meer excretie
Hoe kun je een hypocalciemie krijgen?
- (pseudo)hypoparathyreoidie
- AD hypocalciemie
- secundaire hyperparathyreoidie(chronsiche nierziekte)
- 1a hydroxylase deficientie
- vitamine D deficiëntie/resistentie
Hoe kun je een hypercalciemie krijgen?
- hyperparathyreoidie
- vitamine D overdosis
- extrarenale 1a hydroylase activiteit
- immobilisatie
- thyreotoxicose
- medicatie
- carcinomen/metastasen
Hoe krijg je een vitamine d deficientie? Wat zijn de gevolgen?
- bejaarden, allochtonen
- verhoogde botombouw en secundaire hyperparathyreoidie
- lage Ca-inname verergert sympyomen
- extra slikken: kinderen, zwanger, volwassenen weinig buiten of donkere huid
Wat is osteoporose?
- meestvoorkomende metabole botziekte
- vroege diagnsotiek en behandeling
- lage botmassa/dichtheid en verlies normale botarchitectuur
- hoger risico fracturen/compressie vertebrae, pols en heup