Week 12 Flashcards

1
Q

PA pneumonie

A
  • pathogeen plant zich voort in alveolus
  • macrofagen en cytokinen worden niet geklaard
  • alveolair exsudaat onstaat (debris
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

afweer tegen pneumonie

A

hoestrefelx, mucociliaire klaring, anti microbiële eigenschappen mucosaal oppervalk, IgG antstoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

verwekkers pneumonie

A

Typisch: s pneumoniae, h influeanze

atypisch: Legionella, mycoplasma
viraal: influenza, sars-cov, parainfluenza

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

`CURB 65

A

risicoscore voor pneumonie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

behandeling pneumonie

A

typisch: penicilline, amox
atypisch: azitromycine
s aureus: flucloxalline, augmentin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

configuratie model

A

model voor epidemie uitleg gericht op combinatie van omgevingsfactoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

contaminatie model

A

model om epidemie uit te leggen met een specifieke oorzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

kiemtheorie

A

micro-organsime als ziekteverwekker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

oorzaak terugkeer infectieziekten

A

klimaatverandering, bevolkingsgroei, globalisering

AB resistentie, economische belangen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

sarcoïdose

A

granulomateus inflammatoire ziekte zonder bekende oorzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

PA sarcoïdose

A

NOD-gen in T-cellen werkt anders
granuloom maakt ACE en IL-2 => hier kan je op aangrijpen
- gaat beter tijdens zwangerschap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

sarcoïdose oorganen

A

longen, lymfe, hart, schildklier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

granuloomziekten

A

carcinoom, lymfoom, GPA, reuscelartritis, Crohn, sarcoïdose, tbc, schimmels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Anti fosfolipiden syndroom

A

= antistoffen tegen fosfolipiden

- verlengde stollingstijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

AFL syndroom klinisch

A

trombopenie, livedo reticularis, recidiverende vruchtdood of trombose

test: lupus coagulans, anticardiolipine Ig of tegen B2 glycoproteïne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

AFL behadneling

A

coumarines en heparine, soms Ig

geen DOACs!!

17
Q

Cystic fibrosis

A

genmutatie in CTFR gen

tekort aan Cl => droog/taaislijm dat moeilijk bewogen wordt

18
Q

kliniek CF

A

LWI, obstructie tractus, tekort aan vetoplosbare vitamines, zonnesteek, osteoprorose

19
Q

atypische pneumonie

A

van mycoplasma pneumoniae

hoofdpijn en beetje sputumproductie

20
Q

kinkhoest

A

symptomen: heel de tijd hoesten, geen lucht krijgen, gierend inspirium, rood/blauw aanlopen