Week 1-5 Flashcards

1
Q

Waar kan je actieve mobiliteit in onderverdelen?

A

initiator (agonist)
remmer (antagonist)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

waar kan je mobiliteit in onderverdelen?

A

actieve mobiliteit en passieve mobiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is stabiliteit

A

de weerstand die geboden kan worden tegen externe verstoring, zoals afleiding en onstabiele ondergrond.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

waar kan stabiliteit onderverdeelt in worden

A

midrange (actief)
end-range (passief)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is midrange

A

dat je spieren verantwoordelijk zijn voor de stabiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is end-range

A

dat je afhankelijk bent van je gewrichten voor stabiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly