Week 1 Flashcards

1
Q

Materieel strafrecht

A

Recht dat gaat over de strafbaarstelling van bepaald gedrag en bedreiging met een straf.
Staat in het wetboek van strafrecht (Sr)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Formeel strafrecht

A

Recht dat de vorm waarin het strafrecht tot uiting komt bepaalt.
Het heeft betrekking op de strafrechtelijke procedures.
Staat in het wetboek van strafvordering (Sv)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wetten in formele zin

A

Wetten die zijn vastgesteld door de regering en de staten generaal (de formele wetgevers).
De procedure staat beschreven in art. 81 & 88 Gw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wetten in materiële zin

A

Iedere door de daartoe bevoegde overheidsgezag vastgestelde, algemene, burgers bindende regelingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Doleuze delicten

A

De opzet van de verdachte dient op het gevolg te worden bewezen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Culpoze delicten

A

Delicten waarbij dient te worden bewezen dat het gevolg aan de schuld van de verdachte is te wijten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Commuun strafrecht

A

Het algemene strafrecht wat in het wetboek van strafrecht en het wetboek van strafvordering staat en dus niet in wetten voor een specifiek delict.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bijzonder strafrecht

A

Wetten voor specifieke soorten delicten.
(WWM, Opiumwet etc..)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Overtredingen

A

Wat lichtere delicten waarvoor ook lichtere opsporingsmiddelen gebruikt kunnen worden.
Er wordt wel gezegd dat overtredingen strafbaar zijn gesteld om de samenleving wat beter te laten functioneren.
Poging en voorbereiding zijn niet strafbaar voor overtreding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Misdrijven

A

Zwaardere delicten die ingaan tegen de principes die we als samenleving hebben.
Er mogen zwaardere opsporingsmiddelen mogen worden ingezet.
Opzet en culpa spelen een belangrijke rol.
Misdrijven kunnen alleen door de formele wetgever worden strafbaar gesteld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Het legaliteitsbeginsel (nulla poena-beginsel)

A

Het beginsel dat geen feit strafbaar is dan uit kracht van een daaraan voorafgegane wettelijke strafbepaling.
Art. 1 lid 1 Sr.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Lex certa

A

Het kenbaarheidsbeginsel
Het principe dat de wet niet te onduidelijk mag zijn.
Naarmate het belang zwaarder weegt mogen de normen echter minder duidelijk worden omschreven.
HR Onbehoorlijk gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Lex scripta

A

Het beginsel dat in het strafrecht de wet geschreven is.
Gewoonterecht is in het strafrecht geen rechtsbron.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Verbod op terugwerkende kracht

A

Met terugwerkende strafbaar stellen van gedrag is niet toegestaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Verbod op analogie

A

Een wettelijke bepaling mag niet op een geval van analogie worden toegepast waarvoor die bepaling niet de bedoeling is.
Dit vloeit voort uit lex certa en het lex scripta beginsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Taalkundige (grammaticale) interpretatie

A

Blijven bij de letterlijke betekenis van de wet.
HR Tongzoen 2

17
Q

Wetshistorische interpretatie

A

Kijken naar de bedoeling die de wetgever destijds heeft gehad met een bepaling.

18
Q

Wetssystematische interpretatie

A

De interpretatie van een bepaalde strafbepaling ontlenen aan het systeem van de regeling waarvan dat artikel deel uitmaakt.

19
Q

Teleologische interpretatie

A

Welk belang, wel rechtsgoed, wordt met deze wettelijke strafbepaling beoogd te beschermen?
Het gaat dan om het doel, de strekking en de ratio van de strafbepaling.

20
Q

Rechtsvergelijkende interpretatie

A

De rechter baseert zijn uitspraken op interpretaties en uitspraken van andere vergelijke rechtssystemen uit het buitenland.