Vragen Gyneacologie Flashcards

1
Q
  1. Uterus en vagina in welk compartiment van de bekkenholte?
    a. Voorste
    b. Middenste
    c. Achterste
A

B

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q
  1. Tijdens operatie klip plaatsen op ligamentum rotundum, als je hier vervolgens aan trekt,
    welk uitwendig vrouwelijk geslachts orgaan zal je dan naar binnen zien getrokken worden?
    a. Labia majora
    b. Labia minora
    c. Clitoris
A

B

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
  1. Oercellen of primordiale geslachtscellen komen uit de …
    a. Dooierzak
    b. Coelomepitheel
    c. Gonaden
A

A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q
  1. Vrouw sinds 1.5 jaar geen menstruatie, heeft last van warmte-opwellingen maar wil
    absoluut geen hormonen pakken. Wat schrijf je voor?
    a. Een antidepressivum dat een selectieve-serotonine-reuptake inhibitor (SSRI) is
    b. Een isoflavine
    c. Raloxifen
A

A
(Isoflavine -> natuurlijk supplement)
(Raloxifen -> bisfosfonaten - oestrogeen stimuleren, tegen osteoporose)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
  1. Bij een hysterectomie worden de zenuwen van de bekkenbodem perongeluk beschadigd.
    Wat heeft dit tot gevolg?
    a. Onregelmatige cyclus
    b. Urineretentie
A

B

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
  1. Het fenomeen waarbij geen ejaculaat aanwezig is bij een orgasme noemen we:
    A. aspermie
    B. azoöspermie
    C. asthenospermie
A

A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
  1. Jonge vrouw van 20 die voor haar eerste anticonceptie komt. Heeft heel pijnlijke regels
    met veel bloedverlies. Op 15jarige leeftijd heeft ze last gehad van trombo-embolie na een
    ski-ongeval.
    Wat geef je?
    a. Combinatie pil
    b. Progesteron alleen
    c. Koper spiraal
A

B (C niet door pijnlijke regels)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
  1. Koppel 25 jarige man en vrouw. Gaan een maand rondtrekken in de natuur.
    Zij is haar pil vergeten mee te nemen, hij is zijn condooms vergeten. Ze hebben toch een
    aantal keren sex. Wat is de kans dat de vrouw na deze maand zwanger is?
    a. 5%
    b. 20%
    c. 40%
A

Bij normale vruchtbaarheid ziet men ongeveer 20% kans op bevruchting per cyclus. Na 3 maanden zal ongeveer 60% van de vrouwen zwanger zijn, na 6 maanden 70%, na een jaar 85% en na 2 jaar 93%.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q
  1. Er zitten twee vrouwen in wachtzaal. Links een jonge vrouw van 26j die ooit na een
    incident (iets bloederig) haar ovaria heeft laten verwijderen. Rechts een oudere vrouw van
    62j die nooit iets heeft voorgehad en 2 kinderen heeft gehad. Stel we meten bij beide
    vrouwen de androgenen, bij wie zijn deze het hoogst?
    a. Links
    b. Rechts
A

Rechts + invloed ouderdom
DHEA 90% bijnier en 10% ovarium
Androsteendion wordt voor de helft in de bijnier en de helft in het ovarium gemaakt
Testosteron wordt voor een kwart in de bijnier, een kwart in het ovarium en voor de helft door perifere conversie van de androsteendion en DHEA gemaakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Spiraal arterie

A

Maternale arterie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Stand hoofd bij geboorte

A

De stand (‘plaatsing’) is de rotatie van het voorliggend deel ten opzichte van het baringskanaal. Het aanwijspunt bij de flexieliggingen is het achterhoofd (occiput; afgekort O), bij deflexieliggingen de kin (mento-; afgekort M), bij stuitliggingen het sacrum (afgekort S). Het aanwijspunt kan zich bevinden voor (anterior, afgekort A), achter (posterior, afgekort P), rechtsdwars (dwars of transvers, afgekort T; rechts dwars is dan RT) en linksdwars (LT) of in een tussenstand linksvoor (LA), linksachter (LP), rechtsvoor (RA), rechtsachter (RP).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
  1. Persoon met endometriose wordt zwanger. De placenta gaat de hormonen beïnvloeden,
    waardoor progesteron de bovenhand neemt tov de andere hormonen. Wat gaat er
    gebeuren met het endometrium?
    a. Afname
    b. Blijft gelijk
    c. Toename
A

A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
  1. Wat is een fourchette in de gynaecologie?
    a. Glans van clitoris
    b. Vestibulum
    c. Frenulum van labia minora
A

Commissura Labiorum Posterior

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

5) Vrouw met G1P1 en beetje bloedverlies tijdens coitus; 3 jaar zelfde partner. Op wisser vinden
we HPV16, wat is juist?
a) De vrouw heeft een kind gekregen.
b) Is niet gevaccineerd tegen HPV.
c) Zij/haar partner zijn vreemdgegaan.
d) behandelen met azithromycine

A

A

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

6) Er komt een 30-jarige vrouw die vindt dat ze te veel (witte) afscheiding heeft, die ook niet zo
lekker ruikt. Ze is een alleenstaande moeder en heeft ook al vier jaar geen
geslachtsgemeenschap meer gehad. Morgen vertrekt ze voor een midweek met haar zoontje
naar Lanzarote. Wat raad je haar aan?
a) clidamycine intravaginaal
b) keto…azole intravaginaal
c) andere azole per os
d) Co-trimoxazole peroraal

A

Bacteriële vaginose
1. Geelwit, homogeen verlies
2. Aanwezigheid van clue cells
3. Een pH > 4.5
4. Visgeur al of niet na aanbrengen van kaliumhydroxide
-> metronidazol of clindamycine (ook bij aërobe clindamycine)

Trichomas - vnl asymptomatisch, aardbeien cervix, enkel metronisazol PO

Candida - jeuk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Gewicht voldragen placenta

A

650 gram

17
Q

8) Welke stelling over blastocyste is juist
a) Even groot als secundaire oocyte
b) Produceert HCG
c) bestaat uit ectoderm, endoderm en mesoderm
d) bestaat uit 8-16 cellen

A

16-32 cellen
A Even groot als secundaire oocyt

  • en buitenste laag die de trofoblast zal vormen, dit heet het trophectoderm;
    – het blastocoeloomvocht;
    – de binnenste cellaag: embryoblast (in de Engelstalige literatuur ‘inner cell mass’), die het
    uiteindelijke embryo zelf vormen (zij worden de embryoblast genoemd en zijn te verdelen in epiblast en hypoblast).
18
Q

NIPT afwijkend

A

Afwijkende NIPT
altijd bevestigen door een diagnostische test
 invasieve prenatale diagnose
 amniocentese = vruchtwaterpunctie
Vanaf 15w (vanaf amenhoree)

19
Q

PCOS criteria Rotterdam

A
  1. er is sprake van oligo-ovulatie of anovulatie
  2. er is sprake van een overmatige androgenenactiviteit ofwel klinisch door tekens van hyperandrogenisme ofwel biochemisch
  3. men ziet bij echografisch onderzoek polycystische ovaria
20
Q

14) Casus van vrouw met vasomotorische symptomen, geen borstkanker in de familie, maar wel
veel hartinfarcten, wat schijf je haar voor?
a) Tibolon
b) Oestro-progestieven
c) Progesteron

A

Alleen E (geen verhoging coronaire hartziekten en geen verhoging borstkanker)

21
Q

16) Meisje is verkracht en gaat 8 dagen na de feiten naar haar arts en vraagt wat ze nog kan doen
om eventuele zwangerschap te voorkomen
a) ullipristal
b) mifepristone
c) levonorgestrel
d) hormoonspiraaltje

A

Ulli - tot 5d
Levonrogestrel - pil (postinor, norlevo) tot 72-120h (5d) (goedkoper + kan direct verder nemen hormonale anticonceptie)

Koper tot 5d

22
Q

5) Welk oestrogeen wordt hier aangeduid? (Afbeelding met twee OH groepen)
a) Oestrone
b) Oestradiol
c) Oestriol
d) Oestratetol

A

B E2 - oestradiol (meest actief, in serum bepaald)

E1 - oestrone
E3 - oestriol (lokaal gebruik)
E4 - estretol

23
Q

7) Man heeft straling ontvangen door explosie waardoor zijn sry sectie van de Y chromosoom
gemuteerd is. Zijn vrouw is zwanger, bij NIPT wordt gezien dat het karyotype XY is, toch wordt
op een echo gezien dat het om een meisje gaat. Hoe kan dit?
a) NIPT is niet 100% sensitief maar echo wel
b) Echo is niet 100% sensitief maar NIPT is wel 100% sensitief
c) Door chromosoom mutatie kan een fenotypisch meisje toch karyotype XY hebben
d) Deze meneer is niet de echte vader

A

C

24
Q

8) Een parafilie waarbij men opgewonden geraakt van het tonen van de geslachtsdelen aan
vreemden.
a) Exhibitionisme
b) Voyeurisme
c) Froteurisme
d) Expositionisme

A

A

C- wrijven tegen anderen
D- expositionisme bestaat niet

25
Q

14) Welke uitspraak is correct
a) prikpil zorgt voor een lager risico op endometriumcarcinoom
b) combinatiepil beschermt tegen ovariumcarcinoom
c) koperspiraal zorgt voor een lager risico op endometriumcarcinoom
d) sterilisatie beschermt tegen ovariumcarcinoom

A

Combinatiepil beschermt tegen ovarium carcinoom

26
Q

Waarom minipil gebruiken?

A

Verhoogd risico op trombose
Borstvoeding