Vocab - Articles Flashcards
1
Q
The children (plural)
A
De jongens
2
Q
The cars (plural)
A
De auto’s
3
Q
The women (plural)
A
De vrouwen
4
Q
A woman (singular)
A
Een vrouw
5
Q
The House
+ je
A
Het huis
Het huisje
6
Q
Word+je
Rule?
A
Always a ‘het’
De tafel
Het tafeltje
Een tafel
Je/ge - teeth closed
7
Q
This / That - ‘de’ woorden & plural
A
Deze, Die
8
Q
This / That - het
A
Dit / dat
9
Q
Ending in theek (bibliotheek, apotheek) what is the article? De or het
A
De bibliotheek / de apotheek
10
Q
Hospital
A
Het ziekenhuis