Voc Offre Flashcards

1
Q

bod niet aangevraagd door de klant

A

offre spontanée

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

reclame

A

action publicitaire

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hervatten

A

renouer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

uitzonderlijk aanbod

A

offre exceptionnelle

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

in het vooruitzicht

A

à des prospects

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

opdat

A

afin que

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

volgens

A

d’après

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

offerte indien onverkocht

A

offre sauf vente

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

kortingen op gewicht

A

de tarra

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

toestaan

A

accorder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

rekenen op, disconteren

A

escompter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

korting, disconto

A

un escompte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

afprijzen

A

démarquer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

de afprijzing

A

la démarque

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

zorgen

A

soigner

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

een prijsverhoging

A

een majoration

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

een aanpassing

A

une modification

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

verzenden

A

expédier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

regelen,schikken

A

disposer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

voorstellen

A

proposer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

opstellen,schrijven

A

rédiger ( une rédaction )

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

een storting

A

un versement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

een overschrijving

A

un virement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

een overschrijvingsbriefje, een dubbeltje

A

un bulletin de virement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
in bulk
en vrac
26
laatste
dernier
27
later
ultérieure
28
contant
comptant
29
uitstellen naar
reporter à
30
(sy) profiter ( genieten van)
bénéficier
31
(sy) non récupérable ( verloren )
perdu
32
(sy) augmenter ( verhogen )
majorer
33
(sy) diminuer ( verlagen)
baisser
34
(sy) comme il faut ( zoals het hoort )
dûment
35
(sy) accorder ( toestaan )
consentir
36
(sy) une offre ( een aanbod)
une proposition
37
(sy) compris ( inbegrepen )
inclus
38
prijsverlaging
un rabais
39
handelskorting
une ristourne
40
afprijzing
une démarque
41
hoeveelheidskorting
une remise
42
korting voor contante/vroege betaling
un escompte
43
uitverkoop
une liquidation
44
prijsvermindering
une réduction
45
mits onverkocht
sauf vente
46
zolang de voorraad strekt
jusqu'à épuisement du stock
47
het verpakken
le conditionnement
48
een waaier
un éventail
49
een vrachtgoed
un colis
50
blijven
demeurer
51
dankzij de vriendelijkheid
grâce à la gentillesse
52
afzonderlijk
sous pli séparé
53
graag
volontiers
54
de omheining
la clôture
55
staaldraad
le fil d'acier
56
in geval dat
au cas où
57
de vereffening
le règlement
58
het afhalen
l'enlèvement
59
rekening houdend met
compte tenu
60
meer
davantage
61
downloadbaar
téléchargeable
62
ge-update
mises à jour
63
voortaan, vanaf nu
dorénavant of désormais
64
voeding
nutritionelle
65
voorverpakte voeding
l'aliment préemballé
66
om zo
afin de
67
een beter geïnformeerde keuze
un choix plus avisé
68
echter
cependant
69
winstgevend, succesvol
fructueuse