Verzuring Flashcards

1
Q

Wat is pH van natuurlijk regenwater?

A

5,2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is pH van regenwater in Nederland?

A

5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Noem 2 oorzaken van natuurlijke daling pH in aerobe omstandigheden

A

Ademhaling door organismen
Afbraak van organische stof
Koolstof lost op
CO2 + H2O -> H2CO3- (zwak zuur stoof zuur ion af) > H+ + HCO3- (bicarbonaat)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Geef een voorbeeld van een reactievergelijking van een biochemische reactie die een natuurlijke daling van pH veroorzaakt

A

Corg+O2-> CO2

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Noem 2 oorzaken van extra daling pH door menselijk handelen

A

Uitstoot SO2 (zwaveldioxide) en NO2 (stikstofdioxide), NH3 uitstoot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke buffermechanismen gaan verzuring tegen?

A

Oplossen kalk, adsorptie, oplossen andere bodem materialen, aluminium, ijzer hydroxide

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Geef een voorbeeld van een reactievergelijking van zo’n buffer proces

A

CaCO3 +H+ -> HCO3- + H2O

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Geef een voorbeeld van een reactie waarbij de pH daalt

A

Nitrificatie:
NH4+ + 2 O2 -> NO3- + 2 H+ + H2O

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke factoren controleren de zuurgraad in de bodem?

A

CO2 en kalk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Een hoge waarde voor kalkpotentiaal >4,5 geeft aan dat fosfaatbuffering kan optreden. Welke stof is verantwoordelijk en waar komt dit vandaan?

A

Ca; uit kalk, kwel of beekwater

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

In de bodem is de CO2 (uitgedrukt als pCO2) vaak wat hoger dan in de atmosfeer. Waardoor is dat?

A

Door ademhaling van organismen en geringe uitwisseling met de atmosfeer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarom is hooien zinvol voor blauwgraslanden?

A

Afvoer van nutriënten en grond kaal maken zodat kenmerkende soorten kunnen ontkiemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is ZNC

A

zuurneutralisatiecapaciteit oftewel buffer capaciteit (mmol H+/kg)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de verhouding van het oplossen van kooldioxide tot koolzuur, waardoor de pH van regenwater 5 is?

A

CO2 +H2O <-> H2CO3 <-> H+ + HCO3 -

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waardoor wordt een lage pH in de bodem van nature veroorzaakt?

A
  1. Bij verschillende bodem processen komen zuurionen vrij
  2. Planten stoten zuur uit om voedingsstoffen als fosfaat beschikbaar te maken
  3. Ademhaling van bodem organismen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Op welke drie vlakken heeft de mens invloed op verzuring?

A

Zwaveldioxide SO2, en stikstofverbindingen NOx en NHx

  1. Zwaveloxiden SOx (industrie en huishoudens) reageren in de lucht tot zwavelzuur H2SO4
  2. Stikstofoxiden NOx (verkeer) reageren in de atmosfeer tot salpeterzuur (HNO3)

Beide dissociëren meteen naar SO4 2- en NO3 - en H+

  1. Gereduceerd stikstofverbinding uit ammoniak NH3 en afkomstig van landbouw
    Deze base zal in de lucht reageren tot ammonium
    NH3 + H+ -> NH4+
17
Q

Ammoniak neutraliseert in lucht juist zuur. Hoe zit dat?

A

NH3 + H+ -> NH4+
Echter In de bodem wordt ammonium genitrificeerd tot nitraat, waarbij wel zuur vrijkomt

NH4 + 2 O2-> 2H+ + NO3- + H2O

Netto is de uitstoot van elke molecuul ammoniak 1 H+

18
Q

Wat is depositie?

A

Het neerslaan van verzurende stoffen in het milieu

19
Q

Welke rol speelt vegetatie in de hoeveelheid stikstof die wordt gedeponeerd?

A

Door ruwe, hoge vegetatie wordt in het algemeen meer verzurende stoffen ingevangen dan door vlakke vegetaties als graslanden. Dit komt door meer turbulentie in de lucht net boven ruwe vegetaties. Hierdoor kunnen meer uitwisselingen en adsorptie plaatsvinden aan het blad. Ook hebben bomen meer oppervlak waaraan verzuurde stoffen kunnen adsorberen

20
Q

Waarom zijn er grote ruimtelijke verschillen in zure depositie in Nederland?

A

Door grote ruimtelijke verschillen in emissie, in transport en in adsorptie in Nederland

21
Q

Noem de verschillende bufferende processen;

A
  1. Carbonaatverwering (>6.8 pH)
  2. Kationuitwisseling pH 4,2-6.5
  3. silicaatverwering pH <6,5
  4. Aluminiumbuffering pH<4,5
  5. Ijzerbuffering pH<3,8
22
Q

Wat is carbonaatverwering?

A

In kalkrijke gronden vindt buffering plaats door reactie van het zuur met de aanwezige kalk (CaCO3 in vaste fase)

CaCO3 (s) + H+ -> H2O + HCO3 -
Hierbij komen calcium en bicarbonaat in oplossing en deze kunnen uitspoelen naar het grondwater.

23
Q

Wat is kationenuitwisseling?

A

(Snel) Budgetmechanisme in pH traject van 4,2-6,5 in kalk loze of ontkalkte bodem. H+ voegen zich op negatief geladen oppervlak van klei of humus deeltjes. De kationen spoelen uit. (Basenverzadiging)

24
Q

Wat is silicaatverwering?

A

(Langzaam) buffer reactie met grote buffer capaciteit in kalk loze gronden (pH <6,5). Primaire silicaatkineralen lossen op onder de vorming van secundaire silicaten. Voorbeeld van kaliveldspaat:
2KAlSi3O8 + 2H+ + 9H2O -> 2K+ + Al2Si2O5 (OH)4 +4 H4SiO4

Ecologisch gezien niet interessant door traagheid maar normaal gesproken essentieel voor het opladen van het adsorptie complex met basische kationen

25
Q

Wat is aluminiumbuffering?

A

In kalkloze zure gronden (pH <4,5) is verwering van het aanwezige aluminiumhydroxide het voornaamste buffer mechanisme

Al(OH)3 +3H+ -> Al3+ + 3H2O
Toxisch!

26
Q

Wat is ijzerbuffering?

A

Bij pH can <3,8 lossen amorfe inzer(hydr)oxiden op bij zuurbufferingsreaxgues in de aanwezigheid van opgeloste organische stof.
Bij pH onder 3 gaat ijzer een dominerende rol spelen bij de zuurbuffering. Er komt dan ook zeer veel fe3+ vrij in de oplossing

27
Q

Kalkrijke bodems en bodems met een grote cec hebben een grote zuur neutralisatie capaciteit. Waar of niet waar?

A

Waar

28
Q

Buffering door bicarbonaat:

A

HCO3- + H+ -> H2CO3

29
Q

Is er regelmatig overstroming of kwel dan is er een hoeveelheid bicarbonaat aanwezig, waardoor onttrekking van grondwater of regulatie van oppervlaktewater effect op verzuring

A

Waar

30
Q

Effecten van verzuring

A

Uitspoeling van voedingsstoffen. Te kort aan kalium of magnesium (basische kationen)
Vrijkomen van aluminium

31
Q

Gevolgen bodem verzuring

A

Lage pH
Uitspoelen basische kationen
Vrijkomen toxische metalen
Remming nitrificatie

32
Q

Waarom remming nitrificatie

A

Omdat de nitrificerende bacteriën niet goed tegen een pH <4,5 kunnen. Hierdoor accumuleert ammonium en neemt NH4+ \NO3 - ratio toe.

33
Q

Waar of niet waar?
Door verzuring kan afbraaksnelheid van organisch materiaal (decompositie) sterk verminderen, waardoor strooisel ophoping in verzuurde ecosystemen zeer algemeen is.

A

Waar

34
Q

Welke soorten hebben bijvoorbeeld last?

A

Blauwe knoop (wortel groei raakt verstoort door de verhoogde concentratie ammonium). Nutrientooname ook verstoord en daardoor te kort aan K mg en ca.

Woekering van knolrus en veenmos. Oever kruid en water lobelia verdwijnt uit vennen

35
Q

Waar staat MSA voor?

A

Gemiddelde populatie omvang van inheemse soorten in een ecosysteem of gebied ten opzichte van hun populatie omvang in een ongestoorde situatie

36
Q

Noem twee soorten milieu druk door de mens

A
  1. Processen die de oppervlakte met geschikte standplaats beïnvloeden
  2. Processen die de kwaliteit van de standplaats beïnvloeden, zoals vermenging, verzuring en verdroging
37
Q

Welk effect hadden industrialisatie en intensivering van de landbouw voor effect?

A

Industrialisatie: vernietiging van veel natuurlijke habitats
Intensivering: afname areaal natuur en van biodiversiteit. Ammoniak emissie leidde tot eutrofiëring van heide.
Door verandering van vegetatie samenstelling heeft het effect op micro klimaat. Weinig open plekken voor reptielen