uitdrukkingen Flashcards

1
Q

De knuppel in het hoenderhok gooien

A

betekent dat iemand opzettelijk een situatie creëert die voor opschudding, onrust of chaos zorgt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

van de hak op de tak springen

A

betekent dat iemand voortdurend van onderwerp verandert tijdens een gesprek of een discussie, zonder logische volgorde of duidelijke verbinding tussen de verschillende onderwerpen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

de gulden middenslag kiezen

A

betekent dat men een gematigde, evenwichtige oplossing of positie kiest tussen twee uitersten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

je mening niet onder stoelen of banken steken”

A

betekent dat je je mening duidelijk en openlijk uitspreekt, zonder terughoudendheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

over koetjes en kalfjes praten

A

betekent dat men praat over onbelangrijke, alledaagse zaken of oppervlakkige onderwerpen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

er geen speld tussen krijgen

A

betekent dat een argument of redenering zo sluitend en waterdicht is dat er niets tegenin te brengen valt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

een verborgen agenda hebben

A

betekent dat iemand naast de openlijk gecommuniceerde doelen en motieven ook geheime of niet-uitgesproken bedoelingen heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

een knoop doorhakken

A

betekent een definitieve beslissing nemen na een periode van aarzeling of twijfel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

de puntjes op de i zetten

A

betekent dat men aandacht besteedt aan de laatste details om iets helemaal af te maken of perfect te maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

je hart op je tong hebben

A

betekent dat je heel open en eerlijk bent over je gevoelens en gedachten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

spreken is zilver zwijgen is goud

A

betekent dat het soms verstandiger is om te zwijgen dan te spreken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

het ijzer smeden wanneer het heet is

A

betekent dat men handelt op het meest gunstige moment, wanneer de omstandigheden het meest geschikt zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

de pot verwijt de ketel dat hij zwart ziet

A

wordt gebruikt om te suggereren dat iemand kritiek uit op een eigenschap of gedrag van een ander, terwijl hij of zij zelf dezelfde eigenschap of gedrag vertoont.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly