Trekpsychologie Flashcards

LEREN

1
Q

Cruciale eigenschappen (3)

A

Trekken zijn interne, stabiele eigenschappen
Trekken zijn causaal
Trekken zijn dimensioneel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Cross-temporele consistentie

A

Hoe stabiel is zelfde gedrag van mensen over tijd in zelfde situatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

cross-situationele consistentie van gedrag

A

Hoe stabiel is zelfde gedrag van mensen over verschillende situaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Cross-uitings consistentie van gedrag

A

Hoe stabiel zijn individuele verschillen inzake uitingen van een trek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Personality coefficient

A

In welke mate kunnen trekscores concreet gedrag in concrete situaties voorspellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Lexicale hypothese

A

Alle belangrijke individuele verschillen zijn doorheen de tijd vastgelegd in taal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Synoniem frequentie

A

Hoe meer woorden er bestaan om een trek te beschrijven, des te belangrijker de trek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Cross-culturele universaliteit

A

Hoe belangrijker de trek, hoe meer talen er een woord voor hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Sigmund Freud

A

1856 - 1939
Grondlegger psychoanalyse
Rol van onbewuste

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Krachtlijnen psychoanalyse (2)

A

Structuur van persoonlijkheid

Psychoseksuele ontwikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Sigmund Freud

A

1856 - 1939
Grondlegger psychoanalyse
Rol van onbewuste

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Krachtlijnen psychoanalyse (2)

A

Structuur van persoonlijkheid

Psychoseksuele ontwikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly