Toon van de schrijver Flashcards
1
Q
Admiring
A
Bewonderd
2
Q
Approving
A
Instemmend
3
Q
Matter-of-fact
A
Geeft de feiten
4
Q
Objective
A
Objectief, laat beide kanten zien
5
Q
Concerned
A
Bezorgd
6
Q
Disappointed
A
Teleurgesteld
7
Q
Disbelieving
A
Gelooft het niet
8
Q
Indifferent
A
Onverschillig
9
Q
Pessimistic
A
Somber gestemd
10
Q
Amused
A
Geamuseerd
11
Q
Cynical
A
Cynisch
12
Q
Ironic
A
Ironisch
13
Q
Joking
A
Grapjes makend
14
Q
Mocking
A
Spottend
15
Q
Sarcastic
A
Sarcastisch, hatelijk