Tijdvak 3 Flashcards
agrarisch-urbane samenleving
Een samenleving waarin het grootste gedeelte van de bevolking op het platteland leeft en in de landbouw werkzaam is. In de weinige steden is het bestuur gevestigd en komen diverse handelsstromen samen.
autarkie
Zelfvoorziening. Mensen konden zelf hun behoeftes voorzien en zijn dus niet afhankelijk van de producten van buitenaf.
feodalisme
Leenstelsel. Een systeem waarin leenheren hun grond in leen geven aan leenmannen, die in ruil daarvoor trouw en ondersteuning geven.
hofstelsel
Een systeem waarbij de grond eigendom is van een landheer en bewerkt wordt door pachters en horige boeren.
horigen
Boeren die aan hun land gebonden zijn en vaak onderdeel van het hostelsel uitmaken.
Islam
Letterlijk = onderwerping. De religie die is gesticht door de profeet Mohammed, met Allah als enige God.