§1.2 Flashcards
1
Q
aanzien
A
waardering, hoe belangrijk iemand wordt gevonden
2
Q
autarkisch
A
wanneer een groep mensen voor zichzelf zorgt
3
Q
domesticeren
A
planten en dieren in dienst van mensen aanpassen
4
Q
hiernamaals
A
leven na de dood
5
Q
landbouw/agrarische revolutie
A
ontstaan van de landbouw
6
Q
landbouw/agrarische samenleving
A
maatschappij waarin mensen in dorpen leven van landbouw
7
Q
macht
A
als je anderen kunt laten doen wat jij wilt
8
Q
migrant
A
landverhuizer
9
Q
milieu
A
leefomgeving
10
Q
monument
A
gedenkteken
11
Q
natuurgodsdienst
A
godsdienst waarbij krachten van de natuur vereerd worden
12
Q
nijverheid
A
producten maken
13
Q
offeren
A
geschenken geven
14
Q
revolutie
A
grote verandering
15
Q
ritueel
A
plechtige handeling