Tijd (bepaling) Flashcards
Dinsdag
Martes
Maandag
Lunes
Woensdag
Miércoles
Donderdag
Jueves
Vrijdag
Viernes
Zaterdag
Sábado
Zondag
Domingo
Gisteren
Ayer
Vandaag
Hoy
Morgen
Mañana
Vorig jaar
Año pasado
Januari
Enero
Februari
Febrero
Maart
Marzo
April
Abril
Mei
Mayo
Juni
Junio
Juli
Julio
Augustus
Agosto
September
Septiembre
Oktober
Octubre
November
Noviembre
December
Diciembre
Wanneer
Cuándo
Tot later
hasta luego
Tot dan
hasta entonces
Tot morgen
hasta mañana
Tot gauw
hasta pronto
Hoe laat is het?
Qué hora es
1 uur ‘s middags
Una de la tarde
8 uur ‘s avonds
son las ocho de la noche
Het is 7:20 uur
Son las siete y veinte
Het is 12:15 uur
Son las doce y cuarto
Het is 06:30 uur
son las seis y media
Het is 02:45 uur
son las tres menos cuarto
Het is 12 uur ‘s middags
es mediodía
Het is 12 uur ‘s nachts
es medianoche
in de morgen
de la mañana
in de middag
de la tarde
welke datum is het?
qué fecha es?
Het is 8 December
es el ocho de diciembre
het is 2 februari
es el dos de febrero
het is 22 april
es el vientidós de abril
het is 4 september
es el cuatro de septiembre
het is 15 oktober
es el quince de octubre
het is 1 januari
es el primero de enero
op welke tijd
a qué hora?
het is drie uur
son las tres
nooit
nunca
zelden
raras veces
soms
a veces
vaak
a menudo
regelmatig
con frecuencia
elke dag
cada día
elke week
cada semana
elk uur
cada hora
elke dag
todos los días
elke maand
todos los meses
in ieder geval
en todo caso
altijd
siempre
elk jaar
todos los años
Ik heb haast
tengo prisa
hij/zij/het is twintig jaar oud
tiene veinte años
Ik ben laat
llego tarde
haal me over een uur op
recójame dentro de una hora
voor drie weken
por tres semanas
drie keer per dag
tres veces por día
voor dinsdag
para el martes
voor het weekend
para el fin de semana
hoeveel tijd kost het
cuánto tiempo lleva