Thema 5 Week 3 Flashcards

1
Q

Wat betekent ‘instinctief’?

A

Vanuit je gevoel, zonder na te denken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat betekent ‘weloverwogen’?

A

Vanuit je verstand, goed nadenken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een ‘tsunami’?

A

Een grote golf veroorzaakt door een beving in zee.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een ‘eruptie’?

A

De vulkaanuitbarsting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een ‘aardverschuiving’?

A

Het plotseling naar beneden glijden van een grote hoeveelheid grond.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat betekent ‘omkomen’?

A

Sterven, doodgaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is ‘onraad’?

A

Bedreigend gevaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een ‘voorteken’?

A

Een teken waaruit je kunt afleiden dat er iets gaat gebeuren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat betekent ‘reiken’?

A

Hoever het gaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat betekent ‘evacueren’?

A

Mensen van een bedreigde plaats overbrengen naar een veilige plaats.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat betekent ‘aanwijsbaar’?

A

Aan te tonen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat betekent ‘het hazenpad kiezen’?

A

Vluchten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat betekent ‘bij wijze van’?

A

Als.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is een ‘bladluis’?

A

Een klein, vaak groen insect dat het sap van planten eet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is een ‘coloradokever’?

A

Een geelzwarte kever die aardappelplanten eet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een ‘larve’?

A

Een insect dat eruitziet als een soort wormpje dat net uit een ei gekomen is met een heel ander uiterlijk dan een volwassen dier.

18
Q

Wat is een nakomeling?

A

Een kind, van een mens of dier

19
Q

Wat betekent snugger?

20
Q

Wat is een teek?

A

Een klein diertje dat familie is van de spinnen; het zuigt zich vast aan mensen of dieren om hun bloed te drinken

21
Q

Wat betekent van nature?

A

Iets wat je bij je geboorte hebt meegekregen

22
Q

Wat is een zweefvlieg?

A

Een vlieg die lijkt op een wesp, maar niet steekt

23
Q

Wat betekent allergisch?

A

Niet tegen een bepaalde stof kunnen

24
Q

Wat betekent beschut?

A

Afgeschermd tegen wind en regen

25
Q

Wat betekent exotisch?

A

Uit een ver of vreemd land

26
Q

Wat betekent iets voor lief hebben?

A

Iets accepteren, hoewel je het eigenlijk niet wilt

27
Q

Wat betekent onomstotelijk?

A

Iets wat zeker is

28
Q

Wat betekent permanent?

A

Voor altijd

29
Q

Wat is een stadium?

A

Een periode; een bepaalde tijd

30
Q

Wat betekent uit de toon vallen?

A

Er niet bij passen

31
Q

Wat betekent verpoppen?

A

Veranderen in een pop

32
Q

Wat betekent voorbijgaand?

A

Voor een tijdje

33
Q

Wat betekent zich opgelaten voelen?

A

Zich niet op zijn gemak voelen