Thema 10: De atoomkern - Het standaardmodel Flashcards
Proton
2/3e- + 2/3e- -1/3e- = +e
Neutron
2/3e- -1/3e- - 1/3e- = 0
Lading up-quark
+2/3e-
Lading down-quark
-1/3e-
Protonental
Z: aantal protonen in kern
Nucleonental
A: aantal protonen en neutronen in kern
Neutronental
N: aantal neutronen in kern
Isotopen
Nucliden met hetzelfde protonental maar een verschillen neutronental.
Nuclidenkaart
Kaart waarop alle nucliden of kernen met hun isotopen worden weergegeven.
Instabiel
Te veel energie
Radioactief verval
Een instabiele kern kan spontaan naar een stabielere toestand gaan, daarbij komt energie vrij.
Stabiliteitsband
De stabiele nucliden vormen in de N(Z)-grafiek een smalle band.
Stabiliteit kern
In een atoomkern wordt de stabiliteit bepaald door de aantrekkende kernkracht tussen de kerndeeltjes en de afstotende elektrische kracht tussen de protonen.
1ev
1ev is de grootte |∆E| van de energieverandering van een elektron als het zich verplaatst tussen 2 punten waartussen een spanning u =1V heerst.
Elektronen
Elektrische energie 1
Fotonen
Geven info over elektrische lading
Quarks
Kleurlading van groen, blauw, rood
Gluonen
Geven info over kleurlading en zorgen voor aantrekking
Gluonen
Geven info over kleurlading en zorgen voor aantrekking