Tentamen 1 Flashcards
De vier kenmerken van een maatschappelijk probleem
- Veel mensen vinden het onwenselijk
- Er zijn veel meningen over
- De politiek kan het oplossen
- Het krijgt de aandacht van de media
De vier invalshoeken
- Sociaal cultureel
- Sociaal Economisch
- Politiek/juridisch
- Veranderings/vergelijkend
Arbeidsverhoudingen
De relatie tussen werknemer en werkgever
Arbeidsinhoud
Wat je doet voor werk
Arbowet
Hier staat in: veiligheid en gezondheid van werknemers
belangen
Waar je voordeel bij hebt
Redenen voor werk
Van basisbehoeften tot sociale contacten en zelfontplooing
Belangengroep
groep die opkomt voor de rechten van mensen
Automatisering
Robots nemen werk over
Sociale ongelijkheid
Je positie uitgedrukt in status (geld of opleiding)
Arbeidsverdeling
Sommige mensen werken in de primaire sector, sommige in de tertiaire. De meeste mensen werken in de dienstensector.
Capaciteiten
Wat iemand wel of niet kan
Maatschappelijke positie
Mede bepaald door opleiding, werk en geld
Maatschappelijke ladder
Je kan klimmen door een betere opleiding, meer geld of beter werk
werkeloosheid
Geen werk hebben
Arbeidsmarkt
Vraag en aanbod van werk (werkzoekenden en mensen die werk nodig hebben)
Sociale mobiliteit
In hoeverre wij nog omhoog kunnen klimmen in positie
CAO
Arbeidsovereenkomst tussen alle werknemers van een bepaald beroep.
Vakbonden
Organisatie van werknemers
Verzorgingsstaat
De overheid zorgt voor je van geboorte tot aan je dood
Selectiecriteria van nieuws
Actualiteit (is het gister gebeurd?)
Uitzonderlijkheid (is het bijzonder)
Nabijheid (is het dichtbij)
Doelgroep (is het voor iemand interessant)
Commerciële (voor de inkomsten)
Selectieve perceptie
Mensen kiezen hun media-aanbod
Referentiekader
Hoe mensen naar de wereld kijken door hun normen en waarden
Functies van de media voor de democratie
Onderwerpen aandragen
Burgers informeren
Controlefunctie (waakhondfunctie)
Meningsvormende functie
Cultuuroverdracht
Functies van de media voor het individu
Informatieve functie
Educatieve functie
Opiniërende functie
Amuserende functie
Sociale functie
Objectiviteit
Op basis van feiten
Pluriformiteit
Een divers aanbod
Hoor en wederhoor
Journalisten moeten beide kanten om hun mening vragen
Beeldvorming
Hoe jouw mening over iets of iemand wordt gevormd, vaak door de media.
Censuur
Wanneer de overheid of een andere macht informatie verbiedt of verandert voordat deze openbaar wordt gemaakt.
Cultuur
Alle gewoonten, regels en gebruiken die bij een groep mensen horen.
Discriminatie
Het ongelijk behandelen van mensen op basis van kenmerken zoals afkomst, geslacht of geloof.
Dominante cultuur
De cultuur van de meerderheid in een samenleving, die vaak de toon zet voor de normen en waarden.
Identiteit
Wat jou als persoon uniek maakt, zoals je achtergrond, cultuur en persoonlijke kenmerken.
Manipulatie
Het opzettelijk beïnvloeden van mensen, vaak op een oneerlijke manier.
Massacommunicatie
Het verzenden van informatie naar een groot publiek, meestal via de massamedia.
Massamedia
Middelen die een groot publiek bereiken, zoals tv, radio, internet en kranten.
Mensenrechten/grondrechten
Basisrechten die voor iedereen gelden, zoals vrijheid van meningsuiting en recht op onderwijs.
Multiculturele samenleving
Een samenleving waarin verschillende culturen samen leven en met elkaar omgaan.
Normen
Regels of verwachtingen over hoe je je hoort te gedragen in een samenleving of groep.
Objectiviteit
Het geven van informatie zonder je eigen mening erbij te betrekken.
Pluriformiteit
Een samenleving waarin veel verschillende culturen en meningen naast elkaar bestaan.
Referentiekader
De manier waarop je naar de wereld kijkt, gebaseerd op je eigen ervaringen en achtergrond.
Selectieprocessen (bij berichtgeving in de media)
De keuzes die media maken over welke informatie ze wel of niet laten zien.
Socialisatie
Het proces waarbij je leert wat de regels en gewoonten zijn van de groep of samenleving waar je bij hoort.
Socialiserende instituties
Groepen of instellingen, zoals familie, school of media, die je leren hoe je je hoort te gedragen.
Stereotype
Een simpel beeld van een groep mensen, vaak gebaseerd op vooroordelen.
Subcultuur
Een groep binnen de samenleving met eigen normen en waarden, zoals sportfans of muziekliefhebbers.
Subjectiviteit
Gebaseerd op je eigen mening en gevoel, niet alleen op feiten.
Vooroordeel
Een mening over iemand of een groep zonder dat je genoeg weet om die mening te hebben.
Waarde
Iets wat je belangrijk vindt in het leven, zoals vrijheid, eerlijkheid of respect.
De vier beïnvloedingstheoriën
- Injectienaaldtheorie
- Framingtheorie
- Agendatheorie
- Theorie van de selectieve perceptie
Hoe kan iets objectief worden gebracht?
- Hoor en Wederhoor toepassen
- Het controleren van feiten via een andere bron
- Het scheiden feit en mening
Framing
Iets op een bepaalde manier brengen