tekstniveau Flashcards

1
Q

verbandenwoorden

A

woorden die verbanden tussen verschillende woorden, zinnen en alinea’s uitdrukken

drie hoofdcategorieën:
- signaalwoorden
- synoniemen
- verwijswoorden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

signaalwoorden

A

woorden in de zin die een modaliteit uitdrukken:
- oorzaak
- gevolg
- vervolg
- tegenstelling

frequenst in de vorm van voegwoorden maar kan ook in bijwoorden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

synoniemen en verwijswoorden
komen voor in?

A

maken tekst dynamisch

verwijswoorden komen vaak vorm id vorm van:
- persoonlijke voornaamwoorden
- aanwijzende voornaamwoorden
- voornaamwoordelijke bijwoorden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

thema- alinea’s

A

1 kernidee -> meestal voor of achteraan id alinea
rest tekst is uitwerking kernidee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

overgangsalinea

A

enkel in lange teksten
vatten vorige alinea’s samen & geven aanleiding tot volgend deel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

thema afhankelijke structuren

A

structuren die je kunt gebruiken naargelang je id tekst een probleem, maatregel, evaluatie, onderzoek bespreekt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly