Taalvaardig Deel 3: Spreekwoorden Flashcards

1
Q

Als puntje bij paaltje komt.

A

Als het erop aankomt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Reilen en zeilen

A

zoals het is, met al wat ertoe behoort, met kwaliteiten en gebreken, de handel en wandel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Kommer en kwel

A

hopeloze ellende, narigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

De tering naar de nering zetten

A

De uitgaven naar de inkomsten regelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Steen en been klagen

A

geweldig klagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Paal en perk stellen aan

A

een misbruik, een slechte gewoonte beteugelen, binnen zekere grenzen houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Gepokt en gemazeld

A

veel meegemaakt, alle ondervinding opgedaan hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Willens Nillens

A

Goed- of kwaadschiks

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Lief en leed delen

A

Goed en slecht delen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Door schade en schande

A

Door nadeel of verlies te lijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly