Statistische Interferentie: significantie toets Flashcards
1
Q
assumpties t toets
A
- aselect steekproeftrekken
- kwantitatieve variabele
- populatie normaalverdeeld
- robuust
2
Q
uitleg: kritieke zone/gebied
A
t of z waarden voor die h0 word verworpen
bv: rechts eenzijdig voor gemiddelde, n = 25, alfa = 0.05
- > kritieke gebied: t = 1.771 (uit tabel)
3
Q
verschil type 1 type 2 fout
A
type 1 fout: h0 ten onrecht verwerpen -> h0 waar, maar verworpen
type1 fout kleiner, als n groter wordt
type 2 fout: h0 ten onrecht niet verwerpen -> h0 klopt niet, maar niet verwerpen
type2 fout kleiner, als n groter wordt en alfa groter wordt, als afstand tussen parameter en h0 groter wordt
4
Q
beperking van significantie toetsen
A
statistische significantie is niet gelijk praktische relevantie!