Spieren Achterpoot Origo/Insertie Flashcards
1
Q
M. gluteus superficialis
A
- Origo: gluteale fascia en sacrum
- Insertie: femur (trochanter major en 3e trochanter)
- Innervatie: n. gluteus caudalis
2
Q
M. gluteus medius
A
- Origo: iliumvleugel, sacrum, 1e lumbale vertebra
- Insertie: femur (trochanter major)
- Innervatie: n. gluteus cranialis
3
Q
M. gluteus profundus
A
- Origo: ischial spine
- Insertie: craniale deel trochanter major femur
- Innervatie: n. gluteus cranialis
- Extra: volledig bedekt door m. gluteus medius, ligt direct over het heupgewricht.
4
Q
M. gluteofemoralis (kat en konijn)
A
- Origo: 2e-4e caudale vertebrae
- Insertie: fascia latae, patella
- Innervatie: n. gluteus caudalis
- Extra: langwerpige spier tussen m. gluteus superficialis en m. biceps femoris
5
Q
M. tensor fasciae latae
A
- Origo: tuber coxae
- Insertie: laterale femorale fascia
- Innervatie: n. gluteus cranialis
- Extra: driehoek met grote peesplaat
6
Q
M. quadriceps femoris
A
- Origo:
- Vastus intermedius: craniaal van de femur
- Vastus lateralis: lateraal van de femur, onder tensor fasciae latae
- Vastus medialis: mediaal van de femur
- Rectus femoris (= biarticulair): ilium craniaal van het acetabulum; recht over de femur; enige spierbuik die craniaal van het heupgewricht ontspringt.
- Insertie: tuberositas tibiae (eigenlijk patella)
- Innervatie: n. femoralis
- Antagonist: biceps femoris, semitendinosus, semimembranosus
7
Q
M. biceps femoris
A
- Origo: tuber ischiadicum
- Insertie: patella, calcaneus
- Innervatie: n. ischiadicus
- Antagonist: quadriceps femoris
8
Q
M. semitendinosus
A
- Origo: tuber ischiadicum
- Insertie: tibia (mediale deel, proximaal), calcaneus
- Innervatie: n. ischiadicus
- Antagonist: quadriceps femoris
9
Q
M. semimembranosus
A
- Origo: tuber ischiadicum (caudaal en mediaal van m. semitendinosus)
- Insertie:
- Craniale deel: mediale femorale condyle
- Caudale deel: mediale tibiale condyle
- Innervatie: n. ischiadicus
- Antagonist: quadriceps femoris
10
Q
M. gracilis
A
- Origo: symphysis pelvina
- Insertie: tibiale crest en mediale structuren knieregio, calcaneus
- Innervatie: n. obturatorius
- Extra: pezige vezels van de origo vormen tendo symphysialis
11
Q
M. adductor (groot, bij kat klein)
A
- Origo: symphysis pelvina/tuber coxae
- Insertie: femur (distale deel van de ‘rough line’), knie (fascia en ligamenten van het mediale deel)
- Innervatie: n. obturatorius
12
Q
M. pectineus
A
- Origo: craniale deel os pubis/ilium
- Insertie: femur (proximale deel van de ‘rough line’)
- Innervatie: n. obturatorius
13
Q
M. sartorius
A
- Origo: tuber coxae, ilium (bij het paard iliac fascia van het buikdak)
- Insertie: mediale structuren knieregio en tibia
- Innervatie: n. femoralis
- Extra: bij kat maar 1 buik
14
Q
M. tibialis cranialis
A
- Origo: tibia
- Insertie: mediodistale tarsus en metatarsus
- Extra: retinacula extensoria houdt pezen + die van m. extensor digitorum longus bij elkaar
- Antagonist: gastrocnemius
15
Q
M. peroneus tertius (paard)
A
- Origo: laterale distale epicondyle femur
- Belangrijk voor spanzaagmechanisme!