rechtsgeschiedenis w1 Flashcards

1
Q

hoe drong het Romeinse recht uiteindelijk door

A

met de uitbreiding van het Romeinse rijk en verspreiding van het christendom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat vormde de basis voor de initiele ontwikkeling van het engelse gewoonterecht

A

de uitbreiding van het romeinse recht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat was een belangrijke factor voor het romeinse recht om de gemeenschappelijke voorraad in europa te worden

A

vooral de overnamme door middeleeuwse geleerden toen ze het gingen herwerken om aan de hedendaagse behoeften te voldoen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

waarvoor was de ius commune bedoeld

A

het was een term die Engelsen aanvankelijk ook gebruikten om hun common law aan te duiden, het was bedoeld om een juridische wereld te verenigen die in werkelijkheid uit honderdduizend lokale arrongementen bestond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

overeenkomsten engelse gewoonterecht en het Europese continentale recht (ius civile)

A

doel van rechtszekerheid, gebruik van precedenten (bij civil law wel minder dwingend), erfenis van het Romeins recht: hoewel het civil law rechtstreeks voorkomt uit het Romeinse recht heeft het Engelse gewoonterecht ook invloed ondervonden van Romeinse principes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

verschillen engelse gewoonterecht en het EUropese continentale recht,

A

1)bronnen van het recht: engelse gewoonterecht rechtstregel ontstaat vooral door rechterlijke uitspraken en wetten spelen een aanvullende rol, bij het Europese continentael recht was dit andersom

2)rol van de rechter

3) historische oorsprong; engelse gewoonterecht ontstaan in Engeland na norandische verovering met invloed van lokale gebruiken

civil law: ontwikkeld uit het Romeinse recht vooral na herontdekking corpus iuris civilis van Justinianus in de middeleeuwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

het boek van herzog heeft kritiek op 2 narratives, noem deze

A

1)recht als gegeven
het recht is een gegeven en de inhoud van het recht staat vast , ongeacht de bron. –> vb is magna carta: het heeft de hedendaagse betekenis gekregen doordat mensen beroep begonnen te doen, zonder dat de inhoud is veranderd.

-corpus iuris civilis: verzameling Romeinsrechtelijke teksten, gemaakt door een Oost Romeinse kezier, door een bizarre volgorde van omstandigheden is deze verzameling van teksten de basis geworden van veel van het recht van West EUropa

2)het common en civil law worden anders behandeld:
Deze ontwikkelingen hebben wel iets met elkaar te maken, het is geen gescheiden ontwikkeling maar een gelijksoortige.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waar zorgde het Romeinse recht voor

A

nieuwe manieren om over normativiteit na te denken in verschillende intensiteiten naar tijd , plaats en onderwerp te hebben gevolgd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat zeggen de meesten over het Romeins rijk

A

dat het Romeins recht bestond als een systeem van conflictenbeslechtiging, dat vanaf de archaische tijd gericht was op de verandering van de samenleving om de orde te waarborgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

hoe werkte het recht in de archaische periode

A

er konden zowel rechtsvragen als feitelijke conflicten worden voorgelegd aan een college van patriciërs, die ook pontifices waren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

legis actiones

A

in plaats van een vrij verhaal over wat er gebeurd was en wat er herstel vereiste, bestond een gesloten lijst van rechtsvorderingen waarop procederende partijen zich konden beroepen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wet der twaalf tafelen

A

dit is de eerste keer dat de Romeinse rechtsnormen bekend worrden aan een breder publiek, met name aan de lagere klasse in de samenleving
-de geheime wetten die door pontifices werden beheerd, worden nu toegankelijk gemaakt voor een breder publiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

responsa

A

Rond het einde van de 4e en begin 5e eeuw was ook het geven van antwoorden op wat de wet inhield een aristocratsich recht en niet meer gebaseerd op religieuze expertise

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat deden praetoren in eerste instanti

A

met de opkomst van civiele zaken werden praetoren benoemd. In eerrste instantie volgden praetoren bestaande procedures , waarbij ze zorgden dat de juiste oorzaak van actie weden gebruikt en dat deze op de juiste manier werd toegepast.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

veranderingen van de rechtspraak

A

1)de verdeling van de rechtspraak in twee afzonderlijke delen: vaststellen van rechtsvragen en toepassen op concrete omstandigheden , deze scheiding registreerde ook het geinstitutionaliseerde besef dat het nuttig zou kunnen zijn om de normatieve orde (de regel) te isoleren van de chaos van het dagelijks leven (omstandigheden van het geval).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

ius honorarium

A

De tussenkomst van de praetoren was zo belangrijk en zo massaal dat de normen die ze creeerden door het al dan niet toekennen van remedies een nieuwe rechtsbron werd, het recht dat gecreeerd werd terwijl praetoren hun ambt uitoefenen

17
Q

de praetor overziet een proces in twee fases

A

1)hij spreekt zelf geen recht, maar verleent rechtsmideelen op grond van de wet
2)de judex die beslist over de feiten (inhoudelijke toetsing)

18
Q

edicten

A

praetoren kunnen die formules (oplossingen voor individuele situaties) overnemen in de edicten:wetgeving die de praetor maakt

19
Q

Dus ontwikkelingen van het Romeins rehct

A

1)verwereldlijking
2)creeeren van nieuwe rechtsmiddelen

20
Q

formules

A

doordat een praetor op grond van de wet rechtsmiddelen moest verlenen moest hij heel vaak afwijzen bij het verzoek tot een rechtsmiddel (omdat de wet heel strikt is) Dus op een gegeven moment gaat de praetor zijn eigen rechtsmiddelen maken door formules: deze zien op situaties waarin de praetor eerst op grond van de wet geen rechtsmiddel kon verlenen

21
Q

ontwikkelingen binnen formula proces

A

was niet per se ontwikkelt voor Romeinen, maar meer omdat de Romeinen in contact kwamen met andere volken, deze andere volken werden toegelaten tot het Romeinse rechtssysteem, daarvoor was dus een brede procesvorm nodig
-er werden adviezen gevraagd aan juristen omdat het formula proces zo ingewikkeld was

22
Q

ius honorariujm

A

het recht dat de praetoren en andere magistraten ontwikkeld hadden door middel van edicten , het diende om ius civile aan te vullen en speelde een belangrijke rol in het aanpassen van het recht aan veranderende maatschappelijke behoeften

23
Q

ius gentium

A

met de groei van het Romeinse rijk kwamen Romeinen steeds meer in contact met niet Romeinen (peregrini_. het ius civile was beperkt tot de Romeinen

-het ius gentium ontstond als een praktisch recht dat universeel toepasbaar principes bevatte, gebaseerd op gewoonterecht
-het recht was minder formeel en toegankelijker doordat het was gebaseerd op universele principes

kenmerken: flexibel, gericht op praktische oplossingen

24
Q

ontwikkelingen ius honorarium

A

ius civile was vaak te rigide, ontoereikend om nieuwe problemen en complexe maatschappelijke situaties op telossen

-praetoren konden ius civile aanullen, corrigeren d.m.v edicten, diende als correcite geen vervanging

25
Q

romeins burgerrecht

A

uiteindelijk krijgt elke inwoner het Romeins burgerrecht, in 212 na christus , elk persoon die in het ROmeins rijk woont, een romeins burger

26
Q

idee van een universeel ROmeins recht

A

na de derde eeuw, na deze periode stopt de rechtsontwikkeling:
-het edict van de praetor wordt vasgezet
-juristengeschriften drogen op

27
Q

wetgeving van justinianus

A

1)codex : verzameling van keizerlijke wetgeving: rescripten, decreten en edicten
2)vezameling van juridische uitspraken en geschriften van belangrijke juristen
3)insituten

28
Q

waar bestaat keizerlijk recht uit

A

lex, senaat,edict praetor, constituties vd keizer (edicta, mandata, decreto, rescripta), , ius honorarium, jurisprudentie

29
Q

overlappingen jeugdrecht met privaatrecht

A

ondertoezichtstelling , beeindiging ouderlijk gezag, uithuisplaatsing

30
Q

overlappingen jeugdrecht met publiekrecht

A

sancties, bijzondere strafrechtelijke procedure voor jeugdigen