Recht van de Europese Unie week 1 Flashcards
Attributiebeginsel
De Unie kan alleen optreden als daarvoor een bevoegdheid is te vinden in het verdrag art. 4 lid 1 en art. 5 lid 1 en 2
Implied powers
De Unie is bevoegd om extern op te treden op terreinen waar expliciete externe bevoegdheid is opgenomen in het werkingsverdrag maar wel een dergelijke bevoegdheid als het waren besloten ligt in de interne bevoegdheid
Autonomie van het EU-recht
Autonome karakter vloeit voort uit de rechtstreekse werking en de de doorwerking. Alle vrije verkeersbepalingen hebben rechtstreekse werking, dit volgt uit van Gend en Loos. Uit Costa Enel volgt dat het Europees recht doorwerkt in de rechtsordes van de lidstaten
Voorrang
Het beginsel van voorrang houdt in dat zodra het EU-recht wordt toegepast op nationaal niveau, elke inhoudelijke onverenigbaarheid tussen het nationaal recht en het EU-recht zal worden beslecht in het voordeel van het EU-recht. De lex-posterior regel is dan niet meer van toepassing
Rechtstreekse werking
De basisvoorwaarde voor rechtstreekse werking van het Unierecht is dat een regel voldoende duidelijk en onvoorwaardelijk moet zijn. Horizontale rechtstreekse werking is niet mogelijk maar verticaal wel (burger en lidstaat)
Marktintegratie
gegrondvest op de vier fundamentele vrijheden: vrij verkeer van geoderen, diensten, (rechts)personen en kapitaal
Positieve integratie
Het vervangen van nationale regeles door een Europese norm, dit is veelal het uitgangspunt, ook wel harmonisatie genoemd
Negatieve integratie
Verbieden van regels van lidstaten die het vrije verkeer belemmeren
Sperrwirkung
Zodra de Unie harmoniserend heeft opgetreden met betrekking tot een bepaald onderwerp, is daarmee de soevereiniteite van een lidsgtaat met betrekking tot dat onderwerp overgedragen aan de Unie. De maatregelen van de lidstaten moeten verenigbaar zijn met de harmonisatiemaatregelen
Totale harmonisatie
Voor alle lidstaten geldt één uniforme regel, en dus geen belemmeringen voor producten, diensten etc.
Wederzijdse erkenning
Uitgangspunt, op grond van de rechtspraak zijn de lidstaten in beginsel gehouden om in eerste instantie elkaars regels over en weer te erkennen, zodat een producent die voldoet aan de regels va zijn thuisstaat ook zonder problemen kan exporteren naar lidstaten
Directe discriminatie
Er wordt een uitdrukkelijk onderscheid gemaakt tussen binnenlandse en buitenlandse producten (ingevoerde producten) Vrijwel altijd verboden
Indirecte discriminatie
Bijvoorbeeld een taal eis. Een maatregel die meer of andere effecten heeft voor buitenlandse personen of producten dan voor binnenlandse producten zonder dat sprake is van directe discriminatie. In beginsel verboden tenzij een objectieve rechtsvaardiging
U-Bocht
Er wordt gebruik gemaakt van het vrije verkeer enkel en alleen om het Unierecht van toepassing te laten zijn en aldus het nationale recht te omzeilen
Omgekeerde discriminatie
Een lidstaat behandeld de eigen onderdaan strenger dan onderdanen van andere lidstaten. Dit zijn interne situaties