PD management Flashcards

1
Q

waarom plaats delict management?

A

gestandaardiseerde aanpak voorafgaande aan de een onderzoek van een plaats delict zodat tactische en forensisch technische sporen optimaal kunnen worden verzameld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

legaliteitsbeginsel (strafrecht) betekenis

A
  • geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan wettelijke strafbepaling
  • bij verandering van de wetgeving na het tijdstip waarop het feit begaan is, worden de voor de verdachte gunstige bepalingen toegepast
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

salduz-arrest betekenis

A

deze beschermt iemand die verdacht wordt en daarom verhoord wordt. je hebt als verdachte recht op vertrouwelijk voorafgaand overleg met en advocaat en recht op bijstand door een advocaat tijdens het verhoor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

PDM 3 verschillende fases

A
  • waarderen informatie (voordat je het PD op gaat, afhandelen van de melding en beslissen inzetten gericht politieoptreden)
  • nemen van de eerste maatregelen (beveiligen PD om alles te beschermen en contaminatie te voorkomen)
  • onderzoek op en rondom de PD (forensisch technisch en tactisch onderzoek op en rond de PD)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat doet beheerder plaats delict?

A

zorgen voor het volgende:
- voldoende en duidelijk zichtbaar afzetten
- afzetting laten bewaken (als nodig)
- logboek bijhouden
- looppad aansluiten op 1 punt in de afzetting (toegangscontrole toepassen)
- meldkamer op de hoogte houden
- aanrij-/looproute voor hulpverleningsdiensten bepalen en aan meldkamer doorgeven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wie mag dood constateren?

A

iedereen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wie mag de dood vaststellen?

A

enkel een arts of een (ambulance) verpleegkundige

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

moet je je bij een zeker overleden slachtoffer met het lijk bezighouden?

A

nee! bevriezen PD (altijd in overleg met FO!)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat doen arts/hulpverlener op PD?

A
  • vaststelling of slachtoffer is overleden
  • onderzoek beëindigen als dood is vastgesteld
  • alleen strikt noodzakelijke wijzigingen aanbrengen
  • slechts plaatsen betreden die zijn gemarkeerd/aangewezen door politie
  • als slachtoffer nog leeft, bij hulpverlening zo veel mogelijk sporen sparen (geen kleding knippen bij schot- of steeksporen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

welke 4 structuren zijn er bij FO op pd?

A

standaard(HVC)-PD
maatwerk-PD
maatwerk plus-PD
calamiteiten-PD

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

standaard-PD betekenis

A

PD van veelvoorkomende criminaliteit waarbij persoonlijke integriteit niet in het geding (rechtszaak) is geraakt (vooral inbraken, diefstal)
FO stelt alleen belangrijkste sporen veilig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

maatwerk-pd betekenis

A

pd van een delict waarbij de persoonlijke integriteit van een of meer personen in het geding is geraakt (mishandeling, overval, beroving, geweldpleging, verkrachting, kinderporno e.d.)
FO zet alle onderzoekstechnieken in

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

maatwerk plus pd betekenis

A

pd van een delict waarbij de persoonlijke integriteit van een of meer personen in het geding is geraakt, de maatschappelijke impact groot is, er complex FO nodig s en coördinatie van personeel, middelen e.d. nodig is (levensdelicten, ernstige delicten met een groot afbreukrisico)
alles wordt uit de kast gehaald

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

calamiteiten PD betekenis

A

pd van een terroristische aanslag, ramp of nucleair incident, complex FO is vereist en coördinatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

structuur bij een forensisch onderzoek (wie?)

A
  • plaats delict unit / forensisch opsporing team (FOT)
  • coördinator plaats delict unit (CPDU)
  • forensisch coördinator (FoCo)
  • team grootschalig onderzoek (TGO)
  • staf grootschalig en bijzonder optreden (SGBO)
  • nationale staf grootschalig en bijzonder optreden (nSGBO)
  • Justitiële staf grootschalig en bijzonder optreden (J-SGBO)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

OVD-stelsel (rollen bij een incident)

A
  • Officier van Dienst (HOVD)
  • Officier van Dienst-Politie (OVD-P)
  • Officier van Dienst-Recherche (OVD-R)
  • Officier van Dienst Intel/Informatie (OVD-I)
  • Officier van Dienst-Operationeel Centrum (OVD-OC)
  • Calamiteiten Coördinator (CaCo)
  • Operationeel Coördinator (OpCo)
17
Q

Rollen op een PI/PD

A
  • beheerder plaats delict (BPD)
  • leider plaats delict (LPD)
  • forensisch opsporingsteam (FOT)
  • coördinator plaats delict unit (CPDU)
  • forensisch coördinator (FoCo)
  • vaste kern leidinggevende (VKL)
  • vaste kern uitvoerende (VKU)
  • team grootschalige opsporing (TGO)
  • officier van justitie (OvJ)
  • rechter-commissaris (RC)
  • advocaat generaal (AG)
18
Q

4 fasen model

A

oriëntatie
voorbereiding
uitvoering
afronding

19
Q

oriëntatie fase

A

op grond van de eerste analyse van de sporen en eventuele informatie van personen, kan een eerste hypothese (wat) gemaakt worden van wat er gebeurd zou kunnen zijn. daarbij worden verschillende scenario’s (hoe) overwogen

20
Q

voorbereiding fase (+ 3 kernvragen die centraal staan)

A

er wordt een (voorlopig) plan van aanpak gemaakt. de onderzoekers bepalen door wie, op welke wijze en in welke volgorde het PD-onderzoek wordt verricht.

  • wat heeft prioriteit?
  • volgorde van werkzaamheden
  • welke onderzoeksmethoden
  • welke externe hulp

3 kernvragen staan centraal
- wat weten we al zeker?
- welke vraagtekens zijn er nog?
- welke onderzoeken moeten worden uitgevoerd om die vraagtekens op te lossen?

21
Q

uitvoeringsfase

A

plan van aanpak wordt uitgevoerd
sporen worden zichtbaar gemaakt en veiliggesteld
ook fotografisch alles vastleggen (ook voordat sporen veiliggesteld zijn)
maatregelen nemen om contaminatie van sporen tegen te gaan
voortdurend toetsen of de hypotheses en scenario’s over het gebeurde nog juist zijn en deze zo nodig bijstellen

22
Q

afrondingsfase

A

voorlopige resultaten melden aan leider van opsporingsonderzoek
na controlemaatregelen het onderzoek beëindigen

23
Q

wie bepaalt in de afrondingsfase of het PD mag worden vrijgegeven?

A

de leider plaats delict (LPD) bepaalt in overleg met de coördinator plaats delict unit (CPDU) en de onderzoeken-leiding dat de PD kan worden vrijgegeven.
dan is het PD-optreden beëindigd

24
Q

waar bestaat vooronderzoek uit? (deel van het onderzoek?)

A
  • opsporingsonderzoek (OvJ)
  • onderzoek door rechter-commissaris (RC)
  • strafrechtelijk financieel onderzoek (sfo)
25
Q

wat is een schouw?

A

visuele en soms fysieke inspectie van PD/lichaam/omgeving

26
Q

wat betekent de zin people lie, evidence doesn’t

A

mensen kunnen liegen, maar bewijs doet dat nooit
dus je moet op het bewijs vertrouwen (een bebloed mes ligt er niet voor niets)

27
Q

wat is project gerede twijfel?

A

een initiatief in Nederland waarbij oude strafzaken worden hierzien als er twijfel is over de rechtmatigheid van de veroordeling (bijvoorbeeld schiedammer parkmoord)

28
Q

wat moet er in de korte evaluatie gebeuren?

A
  • zijn de foto’s gelukt, aantekeningen en logboek?
  • wat verliep uitstekend?
  • wat kan beter?
  • forensische bewustzijn aanwezig?
  • heb je ‘iets’ gemist?
29
Q

contaminatie betekenis

A

ongewenste overdracht/besmetting van sporen, het onbedoeld vermengen van sporen met ander materiaal

30
Q

mogelijk DNA (biologische sporen) aan te treffen in of op:

A
  • bloed
  • speeksel
  • huidepitheel
  • sperma
  • haar
31
Q

alle actoren PDM

A
  • officier van dienst (namens politiechef HOVD)
  • officier van dienst-politie (handhaving OVD-P)
  • officier van dienst-recherce (OVD-R)
  • officier van dienst-operationeel centrum (OVD-OC)
  • Calamiteiten coördinator (CaCo)
  • operationeel coördinator (OpCo)
  • beheerder plaats delict (BPD)
  • leider plaats delict (LPD)
  • forensisch opsporings team (FOT)
  • coördinator plaats delict unit (CPDU)
  • forensisch coördinator (FoCo)
32
Q

verschil plaats incident en plaats delict

A

plaats delict = de plaats waar een (strafbaar) feit heeft plaatsgevonden of de dader (mogelijk) sporen heeft achtergelaten (bij 1 delict kan sprake zijn van meerdere pd’s)