Paragraaf 1.3 Flashcards
Noem de 3 sociale wetten die de liberalen richtte om de sociale kwestie op te lossen
1 Kinderwetje Van Van houten
verboden werk voor kinderen onder 12 jaar
2 ongevallen wet
arbeiders kregen recht op uitkering wanneer ze door een ongeval in een fabriek niet meer konden werken
3 woningwet
woningen moesten voortaan aan voorschriften voldoen
Noem de jaartallen van de 3 wetten
1874 kinderwetje van van houten
1901 ongevallen wet
1901 woningwet
wanneer werd het censuskiesrecht afgeschaft
1887
door welk wet werd het censuskiesrecht vervangen
Caoutchouc artikel
leg uit wat het caoutchouc artikel betekende
nu mochten mannen die een bepaald bedrag aan huurt betaalde of een bepaalde opleiding hadden gedaan ook stemmen
leg uit wat het feminisme is
Beweging die opkomt voor de gelijke rechten van vrouwen
noem 2 belangrijke feministen
Aletta Jacobs
Wilhelmina Drucker
Wat was het VVV
de VVV werd door Wilhelmina opgericht
Vrije Vrouwenvereniging
de VVV vond dat vrouwen en mannen gelijk moesten worden behandeld
Wat was het VvVK
Vereniging Voor Vrouwenkiesrecht
wanneer kregen alle volwassenen in nl kiesrecht
in 1917 en 1919
Noem de 3 belangrijke veranderingen van de grondwet va 1917
1 algemeen kiesrecht voor mannen boven de 23
2 financiële gelijkstelling van openbaar en bijzonder onderwijs
( bijzonder onderwijs werd voortaan ook door de overheid betaald)
3 evenredige vertegenwoordiging
systeem waarbij kamerzetels werden verdeeld op basis van het percentage van de stemmen dat elke partij in heel het land heeft gekregen
wat is de pacificatie van 1917
naam voor de grondwetswijziging van 1917