page 8 Flashcards
une valeur
een waarde
l’importance
het belang/gewicht
une préoccupation
een zorg/bezorgdheid
la vie quotidienne
het dagelijks leven
évoluer
evolueren/verder ontwikkelen
se marier
trouwen
fiscal
belasting/fiscaal
le mariage civil/religeux
het burgelijk/kerkelijk huwelijk
primordial(e)
essentieel/fundamenteel
un couple
een (echt)paar
l’union libre
het ongehuwd samenwonen
un enfant naturel
een onwettig kind
une famille monoparentale
een eenoudergezin
confier la garde de qn á qn
iemand aan de zorg van iemand toevertrouwen
l’autorité parentale
het ouderlijk gezag
conjointement
gemeenschappelijk/gezamenlijk
une famille recomposée
een samengesteld gezin/stiefgezin
le conjoint
de partner/echtgenoot
le PACS
het vgl/geregistreed partnerschap
conclure un contrat
een contract sluiten
une célibataire
een ongehuwde/vrijgezel
de sexe opposé
van verschillend geslacht
de même sexe
van gelijk geslacht
commun
gezamelijk
une signataire
een ondergetekende
une aide matérielle
een hulp in de vorm van materiële goederen
l’heritage
de erfenis/erfdeel
les mœurs
de zeden
la discrimination
de discriminatie
une victime
een slachtoffer
notamment
met name/speciaal
un concubin
een levenspartner/vriend(in)
la maternité
het moeder worden/de bevalling
la taux de natalité
het geboorte cijfer
la fécondité
de vruchtbaarheid
la part
het aandeel
un rapport
een verhouding/relatie
marquer
kenmerken
l’adolescence
de jeugd
de même que
evenals
un refus
een afwijzing/weigering
une contestation
een protest/onenigheid
de la part de
van
nettement
duidelijk/ontegenzeglijk
pacifier
kalmeren/bedaren