Paarden (rassen) Flashcards

1
Q
A

Paint Horse

Dikwijls overbouwd, zoals ook op deze foto. Komt voor in zowel overo als tobiano. Herkomst: Verenigde Staten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q
A

Arabisch volbloed (rentype)

Een zeer oud ras, dat gehard is door ongunstige omstandigheden. Er is niet geselecteerd op snelheid op korte afstanden.

Toen de godsdienstige druk van de Islam op het dagelijks leven afnam, werd een ander type van de arabische volbloed gefokt: het rentype.

Het rentype is hoogbeniger, heeft een lang hoofd met een recht voorhoofdsprofiel, doch een compactere belijning en een sterker ontwikkelde achterhand dan de gemiddelde Engelse Volbloed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q
A

Engelse volbloed (Thoroughbred, Stayerstype)

Er heeft een meedogenloze selectie plaatsgevonden op de renprestaties in galop, hierdoor is de erfelijke basis zeer gering.

Het exterieur heeft nooit prioriteit gehad, maar opvallende morfologische gebreken zijn onverenigbaar met topprestaties. In goede conditie heeft het paard een opgeschorte buik en geen onderhuids vet. De huid is dun, soepel en flink dooraderd. De hals is lang en slank, het hoofd is edel met een breed voorhoofd en levendige ogen. De schoft is hoog en lang, de voorhand relatief licht. Grootte tussen de 155 en 175 cm.

Het Stayerstype kan tot hogere ouderdom langere afstanden lopen, steunend op een groter uithoudingsvermogen. Het is kleiner, maar hoogbeniger.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q
A

Ardenner trekpaard

Dit is een lichtere versie van het Belgische trekpaard. De Ardenner heeft een relatief groter hoofd en een zwaardere hals.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Deze 2 paarden behoren tot hetzelfde ras!

A

Quarter Horse

Het oudste origineel Amerikaanse ras. Dankt de naam aan renwedstrijden in rechte lijn over een kwart-mijl. Western Horse, ontwikkelde zich tot het cowboypaard bij uitstek.

Massief uitzicht: gedrongen, sterk gespierd, kort gelijnd. Hellend kruis met laag ingeplante staart, dikwijls overbouwd (dit is aangegeven bij de linkse foto). Niet te groot: 145 - 156 cm. Meestal effen, weinig aftekeningen. Een bonte Quarter Horse is niet toegestaan, dit is automatisch een Paint Horse.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q
A

Muildier (ezelhengst x paardenmerrie)

Krachtiger dan de ezel, maar even sober en weerstandbiedend. Muilezels en muildieren lijken wat hun lichaam betreft het meest op de moeder en wat het hoofd betreft het meest op de vader.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
A

Kladruber

Barok, licht trekpaardtype, duidelijk ramshoofdig. Iets zwaarder dan de Lippizaner. Herkomst: Oostenrijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
A

Pinto

Elegant westernpaard, zowel overo als tobiano. Niet overbouwd. Heeft dezelfde oorsprong als de Paint, maar werd later met Arabieren ingekruisd. Herkomst: Verenigde Staten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
A

Haflinger

Altijd vos met gewassen manen en zeer dikwijls aftekeningen. Grootte 135 - 145 cm. Origineel een bergpony, zeer gewillig en goedmoedig recreatiepaard. Herkomst: Oostenrijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
A

Muilezel (paardenhengst x ezelin)

Muilezels en muildieren lijken wat het lichaam betreft het meest op de moeder en wat het hoofd betreft het meest op de vader.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
A

Clydesdale

Vaak het sabinopatroon. Zeer lang beenbehang dat over de hoeven hangt. Kleiner dan de Shire met relatief langere benen. Herkomst: Groot-Brittanië.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q
A

Franse draver

Op het examen alleen in renbeweging te herkennen, draaft dan diagonaal.

Veelal groter dan de Amerikaanse Draver, 165 - 170 cm. Bereden draverijen / montékoersen komen voor, de paarden draven altijd diagonaal.

Het hoofd is groot en grof, de schoft steekt duidelijk uit en de schouder is steil en los. Rug is zelden doorgezakt, omdat de paarden moeten kunnen deelnemen aan montékoersen. Grijs en schimmel komt niet voor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
A

Amerikaanse Draver / Standardbred

Op het examen alleen in renbeweging te herkennen, draaft dan lateraal.

Wordt nooit bereden in wedstrijden, 80% van de populatie draaft lateraal. De manier van draven is erfelijk. De Amerikaanse Draver is gefokt naar een bepaalde standaard, vandaar de naam Standardbred. Ze zijn laatrijper dan volbloeden.

Het hoofd is nogal onedel, nogal lange oren, brede en uitgeholde keelstreek. Opvallende schoudervrijheid, de schouder is lang en goed gespierd. De rug is vaak lang en doorgezakt. Het kruis is imposant gespierd, de achterbenen zijn lang en steil. Aftekeningen komen weinig voor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Deze 2 paarden behoren tot hetzelfde ras!

A

Appaloosa

Meest opvallend, panterpont met zeer veel variaties, ook schabrak (rechtse paard).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
A

Percheron

Zwaar en sterk gespierd, voorhand zwaarder ontwikkeld dan de achterhand. Schoft gaat direct over in massieve convexe hals. Verschillende kleuren, maar meestal schimmel. Herkomst: Frankrijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
A

IJslandse Pony / IJslander

Zeer gehard, compact maar nogal smal en korte benen. Veel en ruige voorhoofd-, manen- en staartbeharing. Haarkleed kan bont zijn. Bij de gangen ook tölt en telgang.

13
Q

Deze 2 paarden behoren tot hetzelfde ras!

A

Arabisch volboed (woestijntype)

Zeer oud ras, dat gehard is door ongunstige omstandigheden. Er is niet geselecteerd op snelheid op korte afstanden.

Het ras is niet al te groot (145 - 155 cm), heeft een dunne, soepele huid en een droog voorkomen. Het skelet is fijn maar hard en het behang is zijdeachtig. Vaak een snoekshoofd, met nogal uitpuilende, expressieve ogen. Relatief korte, weinig gespierde hals, lange rug, vlak kruis en hoge staartinplanting. Gebruikelijke haarkleuren zijn grijs, bruin, vos of zwart, aftekeningen komen weinig voor.

14
Q
A

Somalische Ezel

15
Q
A

Belgisch trekpaard

Trekpaarden werden in de 19e eeuw gebruikt bij de landbouw, ze waren daarom economisch erg belangrijk. Het ras is zeer vroegrijp (kan werken vanaf een leeftijd van 18 maanden), het karakter is rustig en zacht.

Het lichaam is massief en geblokt, het skelet is enorm. Het dier is relatief laag bij de grond, het hoofd is nogal klein en kort, de ogen staan wijd uit elkaar, de oren zijn klein. De hals is kort en sterk gespierd, vaak is er onderhuids vet opgeslagen. De rug en lenden zijn kort, breed en zwaar gespierd. Ong. 70% is bruinschimmel zoals op de foto, daarnaast komt meestal bruin voor. Aftekeningen komen weinig voor.

16
Q
A

Welsh Mountain Pony

Oorspronkelijk een bergras met een merkwaardig uithoudingsvermogen door streng klimaat met een schrale voeding. Lange hals met licht gegolfde bovenlijn, welving ter hoogte van de nek, droge, niet al te lichte bouw. Alle kleuren, behalve bont. Herkomst: Groot-Brittanië.

18
Q
A

Fries paard

Zware warmbloed, uitsluitend zwart haarkleed zonder aftekeningen. Relatief klein hoofd en een rechtopgedragen zwanenhals. De voorborst steekt vooruit, behang is sterk ontwikkeld vanaf de kogel. Vertoont hoge drafactie. Herkomst: Nederland.

19
Q
A

Quarter Horse

Dikwijls overbouwd, zoals ook op deze foto.

21
Q
A

Shire

Het grootste paardenras ter wereld: 165 - 180 cm. Veel kleurcombinaties, typisch is het voorkomen van 4 witbenen (gelaarsd) en een volledige bles. Behang begint al onder de voorknie en de sprong. Is breder dan de Clydesdale en heeft een afgeronder lichaam. Herkomst: Groot-Brittanië.

22
Q
A

Fjord

Robuuste pony, verschillende schakeringen van de wildkleur, met aalstreep en dikwijls vage zebrastrepen op de benen. Herkomst: Noorwegen.

24
Q
A

Lippizaner

Uitzicht van barok (plomp paard) pronkpaard. Er wordt alleen gefokt met witschimmels. Vaak licht ramshoofdig, stokmaat rond 158 cm. Mak, intelligent en leergierig, hoge knieactie bij beweging. De Spaanse Rijschool in Wenen werkt met Lippizaners. Herkomst: Oostenrijk.

25
Q
A

Shetlander / Shetland Pony

Mini-trekpaard, schofthoogte tussen 98 - 106 cm. Basiskleur is zwart, maar er komen zeer veel kleuren en bonten voor. Grote voorhoofdskuif, weinig eisen betreffende voeding en verzorging. In principe vriendelijk, verstandig en rustig. Herkomst: Shetland Eilanden.

26
Q
A

Poitou Ezel

De grootste ezel: 145 - 155 cm. Langharig en kastanjebruin tot zwartbruin. De oren zijn sterk behaard, de manen hangen. Er is geen aalstreep. Het zwaar benig hoofd vertoont een meelmuil. Herkomst: Frankrijk.

27
Q
A

Knapstruper

Een zware wamrbloed, uitsluitend met panterbont haarkleed. Men ziet ze veel als circuspaard. Herkomst: Denemarken.

28
Q
A

Engelse volbloed (Thoroughbred, Sprintertype)

Het Sprinterstype is steeds vroegrijper en ontwikkelt een grote snelheid over vrij korte renafstanden. De paarden racen vanaf 2-jarige leeftijd, de rencarrière duurt duidelijk korter dan die van het Stayerstype.

De verdere uitleg bij Engelse Volbloed (Thouroughbred, Stayerstype) geldt ook voor deze fokrichting.

29
Q
A

Nubische Ezels

31
Q
A

Noriker

Gemiddelde grootte (ong. 160 cm), zwaar hoofd vergeleken met lichaam. Verschillende kleuren, waaronder panterbont. Kan daarom verward worden met Knapstruper, op het examen het beste allebei opschrijven bij twijfel. Niet verwarren met Appaloosa, de Appaloosa is veel lichter gebouwd. Herkomst Noriker: Oostenrijk.

32
Q
A

Links: Paint horse

Rechts: Pinto

33
Q
A

Palomino

Herkomst: Verenigde Staten.

34
Q
A

Amerikaanse Shetty / Mini-Shetty

Stokmaat tot 110 cm, gefokt vanuit Shetlander, maar sierlijker en met relatief langere benen. Een aparte ondervariëteit (geen apart ras) is de Mini-Shetty met een schofthoogte tot 86,4 cm.

35
Q
A

Hackney

Op het examen alleen in beweging te herkennen. Hoge beenachtie bij voortbeweging, voornamelijk in draf. Herkomst: Groot-Brittanië.

36
Q
A

Boulonnais

Lichter en smaller dan de percheron. De voorhand en achterhand zijn evenwichtig ontwikkeld. Meerdere kleuren, maar meestal witschimmel. Herkomst: Frankrijk.

37
Q
A

Przewalski (Takh)

Was bijna uitgestorven op het einde van de 19e eeuw en leeft thans onder bescherming dierentuinen en reservaten (minder dan 1000 dieren). Is bestand tegen een guur klimaat en langlevend op een groot uithoudingsvermogen, is schrikachtig en ontembaar.

Is klein, (130 - 155 cm) en heeft grof, onedel voorkomen: zwaar, breed hoofd met kleine muizenoren. Heeft een dikke viltachtige vacht met een uniforme bruin-rode wildkleur. Brede aalstreep duidelijk zichtbaar, blekere buik, veel zwart aan de ledematen, matig ontwikkeld en grof behang, de omgeving van de mond is bijna wit (meelmuil).

38
Q
A

Katalaanse / Siciliaanse Ezel

Twee verschillende soorten, maar gelijken zeer goed op elkaar. Worden niet apart gevraagd op het examen, beide antwoorden zijn goed. Donkerbruin en kortharig, meelmuil, duidelijke bleke haarringen rond de ogen en een bleke buik.