Paarden (haarkleedkleuren en -patronen) Flashcards

1
Q
A

Goudvos

Donkervos haarkleed, meestal met donker behang en soms een grauwe weerschijn.

(Klopt niet met foto, maar de foto komt van de presentatie op BlackBoard en de beschrijving komt letterlijk uit de cursus. Ik begrijp het ook niet!)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
A

Sabino

Zeer uitgebreide stekelharigheid, samen met uitgebreide beenaftekeningen met grillige begrenzingen. Komt veel voor bij de Clydesdale.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q
A

Palomino (1x verdund vos)

Variant van isabel, met een bleekgouden haarkleed en een wit behang.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
A

Bovenste foto: Grijsschimmel met vliegenvlekken (deze zijn altijd zwart)

Onderste foto: Grijsschimmel met forellenvlekken (deze zijn altijd bruin)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
A

Gewoon bruin (brown)

Kleur kan variëren tussen lichtrood en donkerbruin. Staart, manen en beenuiteinden zijn altijd zwart. Het bruin is heterogeen verdeeld, er zijn lichtere zones rond de snuit, aan de binnenzijde van de benen en rond de flanken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
A

Vos panterbont met sneeuwvlokken / snowflakes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
A

Zwartbruin

De vacht is bijna volledig zwart, vooral in de winter. Te onderscheiden van echt zwart wegens de aanwezigheid van roodbruin gekleurde haren in de flanken, de liesplooi, op de neursrug / de snuit. In dit laatste geval (zoals ook op de foto) spreekt men van een kopersnuit of vossenneus.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q
A

Koolzwart, wordt ook wel zomerzwart genoemd

Dofzwart zonder glans, in de zomer vaak wat verblekend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q
A

Blauwschimmel / Zwartschimmel / Zwartroeaan

Alleen zwarte en witte haren wat een blauw uitzicht heeft. Bij een moorkop (linkse foto) heeft het hoofd zeer veel zwarte haren.

Schakeringen

  • lichte blauwschimmel
  • gewone blauwschimmel
  • donkere blauwschimmel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
A

Kersenbruin

Dit is roodbruin.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
A

Witgeboren

Zeer zeldzaam, dieren met 2x het gen zijn niet leefbaar. Een dier met 1x het gen is wel leefbaar en reeds wit bij de geboorte. Dit verschilt van albino, wat bij paarden overigens zeer weinig voorkomt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
A

Bruin roeaan / bruinschimmel

Roeaan = onveranderlijk schimmel. Er is vermenging van witte haren tussen de haren met de basiskleur.

Bij een bruinschimmel zijn de witte haren homogeen verdeeld in een bruin haarkleed.

Verschillende schakeringen van bruinschimmel:

  • Lichte bruinschimmel
  • Wijnschimmel (relatief veel rood)
  • Gewone bruinschimmel
  • Donkere bruinschimmel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
A

Panterbont / Tijgerbont

Het haarkleed vertoont een vlekkenpatroon. Deze vlekken kunnen zwart zijn (Zwart Panterbont) of bruin (Vos Panterbont).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
A

Platenbont / Tobiano

Kenmerken:

  • grote witte platen waarvan de omtrek niet al te grillig is
  • indruk dat het wit van de rug uit gaat
  • de witte zones kruisen de bovenlijn
  • altijd witte beenaftekeningen

De kleur die overheest wordt het eerst genoemd, bijv. zwart-witbont is niet hetzelfde als wit-zwartbont.

Veelgebruikte Engelse benamingen: piebald i.c.m. zwart en skewblad i.c.m. een andere kleur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
A

Donkerbruin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
A

Overobont

De omtrek van de arealen is grillig en men krijgt de indruk dat het wit uitgaat van de benen, de buik of de flanken. Meestal kruist het wit de ruglijn niet. Witte beenaftekeningen zijn al dan niet aanwezig.Veulens die het overo-gen 2 bezitten sterven kort na de geboorte.

15
Q
A

Kastanjebruin

Donkerbruin met veel glans, meestal samen met appeling.

15
Q
A

Withoofdbont

Typisch patroon waarbij bont samengaat met een wit hoofd.

16
Q
A

Kopervos

Donkervos met veel glans.

16
Q
A

Perlino (2x verdund bruin)

Lijkt zeer sterk op Cremello, op zicht bijna niet te onderscheiden. Uiterst bleek haarkleed, bijna wit, met nog bruine schijn. Bleker behang.

17
Q
A

Koolvos

Kleur van gebrande koffie, soms met bijna zwart uitzicht. Echter aan de benen een bronzen weerglans, in tegenstelling tot zwarte en bruine paarden die een meer blauwachtige glans vertonen.

19
Q
A

Zweetvos

Donkervos, grauwrood met veel glans, geappeld en met gewassen behang.

20
Q
A

Donker muisvaal (smoky, 1x verdund zwart)

Met een grijsblauwe glans die in het zonlicht enigszins een rossige weerschijn oplevert. Is soms moeilijk te onderscheiden van de koolvos.

21
Q
A

Wildkleur

Komt voor in verschillende schakeringen, meestal met een aalstreep (variërend van lichtbruin tot zwart). Regelmatig een schouderkruis en zebrastrepen op boven- en achterzijde van de ledematen.

22
Q
A

Isabel (1x verdund vos)

Haarkleed varieert van lichtgeel over geel-oranje naar gelijkend op licht vos. Hier komt echter geen lichte buik voor en ook het winterhaarkleed vertoont het melkachtig uitzicht. Het behang is steeds verbleekt tot licht crème / gewassen. De veulens worden bleek geboren en verdonkeren vaak bij veroudering. Op volwassen leeftijd onderscheidt men licht isabel, gewoon isabel en donker isabel.

23
Q
A

Vos roeaan / Vos schimmel / Roodschimmel

Witte haren vermengd met bruinrode haren. Er zijn verschillende schakeringen:

  • lichte vosschimmel
  • gewone vosschimmel
  • donkere vosschimmel
25
Q
A

Valk (1x verdund bruin)

Ook wel buckskin genoemd, het haarkleed is zand- tot bruingeel, maar het behang blijft onveranderd zwart. Men onderscheidt op volwassen leeftijd lichtvalk, gewoon valk en donker valk.

26
Q
A

Gewoon vos (Chestnut)

Het haarkleed heeft veel meer kleurschakeringen dan bij bruin.

Het behang is nooit zwart. Bij chestnut (zoals op de foto) hebben de manen en staart dezelfde kleur als het lichaamshaarkleed of een donkerdere kleur dan het lichaamshaarkleed. Bij sorrel is het behang veel lichter dan het lichaamshaarkleed, ook wel ‘gewassen’ genoemd.

27
Q
A

Veranderlijk grijs

Na iedere ruiperiode een progressieve depigmentatie. De oogkleur wordt niet beïnvloed. De vergrijzing gaat dikwijls gepaard met appeling. Afhankelijk van het stadium spreekt men van een geappelde grijsschimmel (veranderlijk grijs) of een witschimmel / zilverschimmel. Dit laatste is het eindstadium van veranderlijk grijs.

28
Q
A

Lichtvos of bleekvos

Geelachtige tot geelrode vacht, meestal samengaand met een blekere buik en lichter tot vlaskleurig behang.

30
Q
A

Bleek muisvaal (silver smoky, 2x verdund zwart)

Nog bleker dan donker muisvaal.

32
Q
A

Gitzwart

Blijvend diepzwart, steeds met veel glans en vaak met appeling. Onafhankelijk van het seizoen.

33
Q
A

Witschimmel

Het eindstadium van veranderlijk grijs.

34
Q
A

Gewoon bruin (bay)

Kleur kan variëren tussen lichtrood en donkerbruin. De beenuiteinden, manen en staart zijn altijd zwart. Bruin is homogeen verdeeld.

35
Q
A

Vaal zwart

Dofzwart met donkerder zwart behang en met meestal een rossige weerschijn. Onafhankelijk van seizoenen.

36
Q
A

Schabrak

Grote volkleurige zone, vooral op het kruis en eventueel zelfs op de volledige achterhand. In de gevlekte zones komen hetzij witte, hetzij donkere vlekjes voor.

37
Q
A

Cremello (2x verdund vos)

Nog bleker dan isabel, bijna wit. Op zicht zeer moeilijk te onderscheiden van Perlino.

38
Q
A

Lichtbruin

Geelrode vacht, soms geappeld, soms samengaand met lichter gekleurde buik.