Paard Flashcards

1
Q

Wat kunnen wilde hengsten afleiden van stront van andere hengsten?

A

De mest markeert het gebied van een bepaalde hengst. Mogelijk kan een hengst door te ruiken aan de mest de kracht van rivalen inschatten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe en op welke leeftijd vindt er strijd tussen twee wilde hengsten plaats?

A

De strijd tussen twee hengsten is meestal een strijd tussen twee ‘gelijken’. Jonge wilde hengsten strijden meestal pas om een merrie als ze zes jaar zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat doen wilde veulens als ze hun ouders irriteren?

A

dan klapperen ze nederig met hun tanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de neus-staart positie?

A

Paarden gaan zo staan zodat de paarden met hun staarten de vliegen van het gezicht van het andere paard kunnen wegslaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe kun je zo veilig mogelijk met paarden omgaan?

A

Algemeen: kennis van de biologie van het dier, goede schoenen, goede niet loszittende kleren, geen losse haren, ervaring, niet te veel andere mensen of andere afleidende stimuli aanwezig.
Voorbenen: dicht bij de schouder van het paard in de pas met het paard lopen.
Achterbenen: niet vlak achterlangs gaan, tegen heup aan staan, stem laten horen, bij vrijlaten in de wei altijd paard met hoofd naar jou.
Hoofd: niet recht voor het paard staan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waarom wordt bijna alles van links gedaan bij een paard?

A

Omdat vroeger mensen zwaard in hun rechterhand hadden en links op stappen dan het makkelijkst is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe kun je een paard geruststellen?

A

kennis van de biologie, zelf rustig zijn, geruststellend praten, op de schoft krauwen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de stokmaat van een pony en een paard?

A
A: tot 117 cm
B: 117 t/m 126,9 cm
C: 127 t/m 136,9 cm
D: 137 t/m 148 cm
E: 148,1 t/m 156,9
Paard: groter dan 156,9 cm
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoeveel paarden zijn er in Nederland?

A

450.000

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een female defence polygamous system?

A

Hengst verdedigt en paart met aantal/groep merries.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hebben verwilderde groepen een territorium?

A

Nee, geen territoriaal gedrag, gedrag altijd gebaseerd op sociale verhoudingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat versta je onder een harem, een groep, een kudde en onder een secundaire kudde?

A

Harem: één volwassen hengst, volwassen merries en nakomelingen.
Groep: zelfde als een harem maar dan met meer volwassen hengsten.
Kudde: harems + families + vrijgezellen in een gebied.
Secundaire kudde: groep harems/families/vrijgezellen die als groep functioneren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Is een paard in de natuur ooit alleen?

A

ja, maar heel zelden in korte perioden, wanneer hengsten op zoek zijn naar een nieuwe kudde/harem etc. en hengsten aan het einde van hun leven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe verdeelt een paard zijn tijd in een verwilderde situatie?
En een ‘randstad’ paard? En wat voor invloed heeft dit verschil met de verwilderde situatie als effect op een paard?

A
55-81% eten
20-35% rusten
Overig: fysiek sociaal, locomotie.
Randstad:30-40% eten, 60-70% rust.
Gevolg: frustratie, verveling.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn dominante gedragingen in een dominante interactie tussen twee paarden?

A

Oren iets naar achteren, bijten, kont toe draaien, wijken, stoppen.
Dominantie is niet altijd agressief.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is het verschil tussen leiderschap en dominantie?

A

Dominantie is 1 op 1 tussen alle diercombinaties in de groep. Leiderschap is degene die leiding geeft, meestal de oudste merrie en niet per se de hoogste in rang.

17
Q

Wat is voor een paard van belang voor zijn vluchtreactie?

A

Zijn vermogen om goed om zich heen te kunnen kijken.

18
Q

Wat is een verklaring voor de theorie dat agressieve paarden dit meestal niet vanaf de geboorte doen?

A

Agressieve paarden hebben d.m.v. negatieve bekrachtiging geleerd dat mensen aanvallen heel effectief is.

19
Q

Waarom reageert een ezel anders dan een paard op iets vervelends?

A

Ezels bevriezen eerst en gaan er dan op af.

20
Q

Waarom moet je bij een ezel veel meer opletten om te constateren of hem wat mankeert?

A

Laat geen/minder pijn zien.

21
Q

wat zijn verschillende functies van paarden door de jaren heen?

A

landbouw, bijdrage aan industrialisatie, militaire rol, gebruik voor transport + voedselproductie, gezelschapsdieren, afgrazen land, sport

22
Q

wanneer ontstond domesticatie van paarden?

A

ongeveer 5000 jaar geleden.

23
Q

hoeveel wilde voorouders heeft het paard?

A

ongeveer 17 populaties

24
Q

wat is secondary domestication?

A

getemde hengsten laten paren met wilde merries

25
Q

hoeveel paardenrassen zijn er ongeveer?

A

680 rassen (107 uitgestorven; rassen sterven uit doordat hun functie verdwijnt, andere rassen de functie beter vervullen)

26
Q

wat is de rol van de hengst en de oudste merrie in een kudde?

A

hengst zorgt voor bescherming en bepaalt tempo van kudde, merrie bepaalt de richting

27
Q

wat zijn symmetrische gangen bij het paard?

A

linker- en rechterbeen houden afwisselend dezelfde beweging aan. Ritme is regelmatig.

28
Q

welke gangen kunnen onderscheiden worden bij het paard?

A

staf, draf, galop, rengalop (alle paarden)

tölt & telgang (vooral bij IJslanders)