P4.6 Flashcards

1
Q

Wat is een assimilatie ?

A

Opgeven van de eigen cultuur identiteit en het volledig aanpassen aan de dominante cultuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is integratie ?

A

Het samenvoegen van cultuur-groepen door wederzijdse aanpassing.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de drie reacties op verandering ?

A

Vermijding, conflict en aanvaarding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is segregatie ?

A

Groepen in een samenleving leven gescheiden van elkaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de vier motieven voor segregatie ?

A
  • Vermindert kans op conflicten tussen bevolkingsgroepen
  • Vergemakkelijkt de sociale controle binnen de eigen groep
  • Biedt mogelijkheden voor lokale politieke vertegenwoordiging
  • Vereenvoudigt het behoud van eigen levensstijl en groepsidentiteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn sociaal-culturele conflicten ?

A

Waarden, normen, opvattingen en gewoonten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn sociaaleconomische conflicten ?

A
  • Angst van verdringing : onderkant van de arbeidsmarkt ( bv. lager betaalde Poolse een Nederlandse baan overnemen)
  • Discriminatie/schooladviezen op basis van achternaam
  • Integratie paradox
  • ⚠️Huizemarkt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een integratie paradox ?

A

Het fenomeen dat immigranten die beter zijn opgeleid en structureel beter zijn geïntegreerd, zich minder geïntegreerd/geaccepteerd voelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn politieke-juridische conflicten ?

A
  • Eigenaar/mede-eigenaar
  • Radicalisering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is radicalisering ?

A

Gedachten en/of gedrag van een persoon of een groep worden steeds extremer en gaan steeds meer in tegen de waarden en normen van de democratische rechtsstaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de benadering van het nationalisme ?

A

Verschillende etnische subculturen vormen een gevaar voor de eigen cultuur en identiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Noem twee nationalistische partijen.

A

Forum voor Democratie (FVD)
Partij voor de Vrijheid (PVV)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de benadering van het kosmopolitisme ?

A

Multiculturele samenleving is een gegeven en een nationale identiteit gekenmerkt door verscheidenheid is geen probleem (wereldburgerschap).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Noem twee kosmopolitische partijen.

A

D66
GroenLinks
Volt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is een open samenleving ?

A

De open samenleving is een samenleving waarvan de wetten, gewoontes en instituties openstaan voor correctie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe zie je de open samenleving terug in de grondwet ?

A

Verbod op discriminatie
Vrijheid van meningsuiting
Recht op onderwijs