p 31-40 Flashcards
l’organisation judicaire
de rechterlijke organisatie
forces de l’ordre
wetshandhaving
ministère public
officier van justitie
Le droit
De wet
Le droit public
Publiekrecht
Le droit privé
Privaatrecht
La loi
De wet
Les codes
De wetboeken
La justice
Gerechtigheid
Une sanction Légale
Een wettelijke sanctie
Jurisprudence
Jurisprudentie
Juger
Beoordelen
Procédure
Procedures
Procès équitable
Eerlijk proces
Le respect des droits de la défense
Respect voor de rechten van de verdediging
Le principe dispositif
Het werkingsbeginsel (de rechter kan zelf niet beslissen welke zaak hij beoordeelt)
La collaboration loyale
Trouwe samenwerking
La partie adverse
De tegenpartij
Les présomptions d’innocence et de bonne foi
Het vermoeden van onschuld en goede trouw (u bent onschuldig tot uw schuld is bewezen)
Présumée innocente
Vermoedelijk onschuldig
La bonne foi
Goede trouw
Juridique
Juridisch (se rapporte au droit)
Judiciare
gerechtelijk
un conseil juridique
juridisch advies
un casier judiciare
een strafblad
la police judiciare
de gerechtelijke politie
une enquête judiciare
een gerechtelijk onderzoek
une aide juridique
juridische hulp
des poursuites judiciare
juridische procedures
des études juridique
juridische studies
les instances judiciare
de gerechtelijke autoriteiten
une affaire judiciare
een rechtszaak
une revue juridique
een juridische toetsing
Culpabilité
Schuld
Trancher
(conflicten en gecshillen) Beslechten
Équitable
Eerlijk
Honoraires
Kosten
Innocent
Onschuldig
Comparaître
Verschijnen
Infranction
Overtreding
Recourir
Toevlucht
Impartial
Onpartijdig
Défense
Verdediging
Commettre
verbinden
Les tribunuax et le cours
De rechtbanken en de hoven
Affaires civiles
Burgerlijke zaken
Affaires Pénales
Criminele zaken
Droit civil
Burgerlijk recht
Droit pénal
Strafrecht
tribunaux civils
burgerlijke rechtbanken
Tribunaux pénaux
Strafrechtbanken
La justice de paix
Gerechtigheid van de vrede
Le juge de paix
De gerechtigheid van de vrede
dankzij
grâce aux
voor
avant de
veroorzaakt
a causé
objectief
objectif
tegenstellingen
contraires
om te
afin de
ondanks
malgré
tegen
contre
toen
quand/ lorsque
op het ogenblik dat
au moment où
terwijl
pendant que
nadat
après que
zodra
dès que
sinds
depuis que
eerst
d’ abord
dan
ensuite
tenslotte/ uiteindelijk
finalement
tegelijkertijd
en même temps/ au même moment
intussen
en attendant
toen/dat
à ce moment
op dit ogenblik/ nu
en ce moment
nu, tegenwoordig
maintenant, actuellement, de nos jours
voordat
avant que
in afwachting dat
en attendant que
totdat
jusqu’à ce que
gedurende
pendant
tijdens, op
lors de
op het ogenblik van
au moment de
na
après
vanaf
dès
sinds
depuis
…. geleden
il y a
voor
avant
in afwachting van
en attendant
nadat
après (+ inf. composé)
vooraleer
avant de
voorafgaan
précéder
voorafgegaan worden door
être précédé de/par
volgen
suivre
gevolgd worden door
être suivre de/par
volgen op
succéder à
zich gelijktijdig voordoen met/ gepaard gaan met
accompagner, être accompagné de/par, s’accompagner de