Oefenvragen week 2 Flashcards
Tijdens het hoorcollege over de dilemma’s van de politie is gesproken over de rol van het strafrecht
binnen de maatschappij. Het strafrecht beschikt over een speciale sanctie: de straf. Het bijzondere
karakter van die straf is dat die niet primair is gericht op het herstel van onrecht.
Geef gemotiveerd aan waarom de straf binnen ons strafrecht niet primair is gericht op het herstel
van onrecht (max. 100 woorden).
- Primair doel van straf: reactie op schending rechtsorde, niet herstel van onrecht.
- Functies van straf:
- Vergelding: proportionele reactie op delict.
- Afschrikking: ontmoedigen van (toekomstige) criminaliteit.
- Resocialisatie: herintegratie van dader in samenleving, vermindering recidive.
- Strafrecht: handhaving maatschappelijke normen/waarden, bescherming
collectief. - Gevolgen criminaliteit: niet volledig ongedaan te maken door herstel alleen.
- Herstelrechtelijke benaderingen: complementair, geen vervanging van straf.
- Straf als formele veroordeling en bekrachtiging van maatschappelijke normen.
- Indirect effect op herstel van onrecht, maar geen primaire focus.
Tijdens het hoorcollege over de dilemma’s van de politie is gesproken over preventief
politieoptreden op basis van data (oftewel: ‘predictive policing’). Volgens verschillende auteurs
komen de uitgangspunten van het ‘klassieke’ strafrecht steeds verder achter ons te liggen bij
politieoptreden op basis van predictive policing.
Geef gemotiveerd aan (i) wat deze auteurs bedoelen met hun standpunt dat ‘de uitgangspunten
van het ‘klassieke’ strafrecht steeds verder achter ons te liggen bij politieoptreden op basis van
predictive policing’. (ii) Noem daarnaast twee argumenten vóór deze manier van politieoptreden
(max. 300 woorden).
(i) Verschuiving van klassiek strafrecht naar predictive policing:
* Klassiek strafrecht: reactief, legaliteitsbeginsel, post-delict beoordeling.
* Predictive policing: proactief, data-analyse, risico’s en waarschijnlijkheden vooraf inschatten.
(ii) Voordelen van predictive policing:
1. Efficiëntie:
* Focus op hoog-risico zones/tijden.
* Betere inzet politieresources, potentiële daling criminaliteit.
2. Preventie:
* Voorkomen van misdrijven vooraf.
* Verhoging algemene veiligheid, vermindering schade door criminaliteit.
Tijdens het hoorcollege over de dilemma’s van de politie besprak de gastdocent de uitdagingen en
mogelijkheden van het gebruik van ‘Big Data’ bij de opsporing. (i) Noem twee mogelijkheden en
twee uitdagingen van het gebruik van ‘Big Data’ bij de opsporing. Die mogelijkheden en uitdagingen
moet de gastdocent in het hoorcollege aan de orde hebben gesteld. (ii) Draag voor één van die
uitdagingen een onderbouwde oplossingsrichting aan (max. 500 woorden).
(i) Mogelijkheden van ‘Big Data’ bij de opsporing:
1. Analysemogelijkheden:
* Herkenning van verborgen patronen.
* Sneller en efficiënter handelen.
2. Voorspelling:
* Identificatie van risicogebieden.
* Effectievere middeleninzet.
Uitdagingen van ‘Big Data’ bij de opsporing:
1. Privacy:
* Risico’s voor privacywetgeving en individuele rechten.
2. Datakwaliteit:
* Potentiële fouten, onvolledigheden, en bias.
(ii) Oplossingsrichting voor privacybescherming:
* Dataminimalisatie en -anonymisering.