Notizen zum wiesn Flashcards
Vocabulaire
een liter bier in Beieren
die Mass
bijna vol
fast voll
in 2014
2014 (zweitausendvierzehn)
verhoudingsgewijs
vergleichsweise
een literglas
ein Masskrug –> zwei Masskrüge
tot aan de rand
bis zum Rand
de tapkraan
der Zapfhahn
de wei
die Wiesn –> die Wiese(n)
bezoeker
ein Besucher
telkens/respectievelijk
jeweils
gebraden kippetjes en varkensworstjes
Brathendl und Schweinswürstl
in dat jaar
in jenem Jahr
tijdens de wereldoorlogen
während der Weltkriege
wegens
wegen
jaarlijks
jährlich
door de oorlog veroorzaakt
kriegsbedingt
een gedwongen pauze
eine Zwangspause
burgers
Zivilisten
belastingen
die Steuer(n)
BTW
Mehrwertsteuer (MWSt.)
feesttent
das Festzelt –> die Festzelte
plaats
der Platz –> 12 000 Plätze
gast
der Gast –> 100 Gäste
(in) totaal
ingesamt
werk
die Arbeit
een provinciestad
eine Kleinstadt <-> eine Grossstadt
een werknemer
ein Angestellter –> 800 Angestellte
een hulpje
eine (Aus)hilfskraft –> 500 Hilfskräfte