Niveau 3// Verbium Flashcards
Bespreken
Overleggen
(bespreken, altijd met object)
investeren
Yatırım yapmak
opnemen
afhalen
overmaken
overschrijven
storten
Para yatırmak
zich vestigen
Op een bepaalde plaats gaan wonen
verzinnen
fanteseren
bezitten
Hebben
Overmaken
Overschrijven
afhalen
Opnemen
Sparen
Birikim yapmak
Besparen
Tasarruf etmek
omgaan met
-ile başa çıkmak, anlaşmak
Opleveren
Sağlamak, kazandırmak, teslim etmek
Dat kan u allemaal veel geld opleveren
overwegen
değerlendirmek, düşünmek
Göz önünde bulundurmak
toegeven
Kabul etmek, teslim olmak
Uitgeven
Para harcamak (besteden)
Yayinlamak
verminderen
Azaltmak
Daha az yapmak
wennen aan
Bir şeye alışmak
eisen
Talep etmek
Ontdekken
Keşfetmek
overlijden
ophouden met leven
veroorzaken
Bir şeye neden olmak
verzekeren (r)
Sigortalamak
behandelen
Belirli bir şekilde davranmak
İlgilenmek
Tedavi etmek
dwingen
Noodzaken
Zorlamak
Protesteren
Protesto etmek
zich realiseren
Farketmek
Anlamak
verdelen
Delen
Parçalara ayırmak
Paylaştırmak
vermijden
Kaçınmak
Bedenken
Verzinnen
Fanteseren
Verkiezen
Kiezen naar altijd positief
aannemen
İşe almak, kabul etmek
*Ontslaan
Plaatsvinden
Gerçekleşmek
Olmak
Yer almak
Produceren
Üretmek
Samenwerken
İşbirliği yapmak
Tellurstellen
Tegenvallen
Hayal kırıklığına uğramak
aarzelen
Tereddüt etmek
Begeleiden
Eşlik etmek
Desteklemek
Beschouwen als
-olarak görmek/algılamak
iemand als je beste vriend beschouwen
doorbrengen
zaman geçirmek/harcamak
Je zaterdag doorbrengen met sporten
oprichten
Kurmak
Baslatmak
Overtuigen
İkna etmek
Verwijzen naar
Başka birine göndermek/ atıfta bulunmak
analyseren
Analiz etmek
analyseerde— geanalyseerd(heeft)
beperken (r)
Kısıtlama/sinirlama
beperkte/ beperkt(heeft)
ingaan°* op (iets)
dikkat vermek
Ayrıntıya girmek
ging in op— ingegaan (is) op
opgeven
Durdurma
Pes etme
gaf op— opgeven (heeft)
schoppen (tegen)
Tekme atmak
schopte–geschopt(heeft)
Zakken voor
Başarısız olma
Zakta voor— gezakt (is) voor
Beantwoorden
Antwoorden
Behalen
een score behalen
Elde etmek, başarmak, kazanmak
Fluiten
Üflemek, ıslık çalmak, düdük çalmak
zich gedragen
zich netjes gedragen
(Iyi huylu ol)
op een bepaalde manier handelen
genieten van
Rekenen
Tellen, met cijfers werken
Matematik çalışma
Verhogen * verlagen
Arttırmak*azaltmak
afruimen
Masayı toplamak
bewaren
Saklamak
e-mailen
Leveren
teslim etmek
omdraaien
Ters dönmek
Ophalen
Belli bir yerden birini/bir şeyi almak/toplamak
Opruimen
Toplamak, temizlemek anlamında
schoonmaken
Poetsen
Snappen
begrijpen
Stinken
*lekker ruiken
Kötü kokmak
stofzuigen
Makineyle süpürmek
vegen
Schoonmaken met een bezem of borstel