nederlands woordenkraker5 Flashcards
1
Q
Een comité, een groep
A
een commissie
2
Q
een levensbeschrijving
A
de biografie
2
Q
een patroon of reden, drijfveer
A
het motief
2
Q
de schittering, de glans
A
de luister
3
Q
een boek met tekst voor een toneelstuk, een film
A
het script
4
Q
de kwaal, de ziekte
A
de aandoening
5
Q
hard schrikken
A
zich een hoedje schrikken
6
Q
volgens wat er gezegd word
A
naar verluidt
7
Q
niet weten wat te doen, er niets over weten
A
in het duister tasten
8
Q
zich eensgezind opstellen
A
de gelederen sluiten
9
Q
een functie uitoefenen
A
een functie bekleden
10
Q
kwaad,beledigd
A
verontwaardigd
10
Q
ongeinteresseerd, koel
A
onverschillig
11
Q
exclusief
A
elitair
12
Q
kunstzinning, creatief
A
artistiek