Module 6: Data Link Layer Flashcards

1
Q

Waar is de Data Link Layer verantwoordelijk voor

A

Communicatie tussen end-device Network Interface Cards

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is het doel van de NIC tot NIC communicatie op de Data Link Layer

A
  • Het staat protocollen van de hogere laag toe om toegang te krijgen tot de fysieke laag media en encapsuleert pakketten van laag 3(IPv4 & IPv6) in frames van laag 2
  • Voor uitvoering van foutdetectie en verwerping van corrupte frames
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Uit welke twee sublagen bestaat de Data Link Laag

A

LLC(Logical Link Control) en MAC(Media Access Control)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat doet de LLC(Logical Link Control)

A

De LLC sublaag communiceert tussen de netwerk software van de hogere lagen en de apparaat hardware van de laagste lagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat doet de MAC(Media Access Control)

A

De MAC sublaag is verantwoordelijk voor data encapsulation en media access control

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Pakketten die tussen nodes worden uitgewisseld, kunnen te maken krijgen met talrijke datalinklagen en mediatransities. Wat zijn de 4 basis functies van Layer 2 die de router uitvoert na elke hop?

A
  • Accepteert een frame van een netwerk medium
  • De-encapsuleert het frame om het geëncapsuleerde pakket bloot te stellen.
  • Encapsuleert het pakket opnieuw in een nieuw frame.
  • Stuurt het nieuwe frame door naar het medium van het volgende netwerksegment.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de meest voorkomende WAN topologiën

A
  • Point-to-point
  • Hub and spoke
  • Mesh
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is point-to-point (aka. PPP)

A

De simpelste en meest voorkomende WAN topologie. Het bestaat uit een permanente link tussen twee endpoints

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is hub and spoke

A

Vergelijkbaar met ster-topologie waarbij er een centrale site vertakkingen met elkaar verbindt via punt-tot-punt verbindingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is mesh

A

Levert hoge beschikbaarheid, maar vereist dat elk end systeem verbonden is met elk ander end systeem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een node

A

Een apparaat dat informatie kan sturen over een netwerken of ontvangen.
vb.
* Computer
* Printer
* Switch
* Server

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat doet Point-to-Point

A
  • Fysieke point-to-point-topologieën verbinden twee nodes rechtstreeks.
  • De nodes delen de media mogelijk niet met andere hosts.
  • Omdat alle frames op de media alleen van of naar de twee
    nodes kunnen reizen, kunnen Point-to-Point WAN-protocollen heel eenvoudig zijn.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is troubleschooting

A

Het systematisch problemen in een netwerk, systeem, etc. analyseren en oplossen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Met welke topologie worden end devices op LANs verbonden en waarom

A

Met een ster topologie over een uitgebreide ster topologie, omdat ze makkelijk installeerbaar zijn, schaalbaar zijn en troubleshooting is eenvouding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is een bus topologie

A

Alle eindsystemen zijn aan elkaar geketend en aan elk uiteinde beëindigd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is een ring topologie

A

Elk eindsysteem is verbonden met zijn respectievelijke buren om een ​​ring te vormen.. Het midden vormt een ring

17
Q

Wat is Half-Duplex communicatie

A
  • Maakt het mogelijk dat slechts één apparaat tegelijk verzendt of ontvangt op een gedeeld medium.
  • Wordt gebruikt op WLAN’s en legacy bustopologieën met Ethernet-hubs.
18
Q

Wat is Full-Duplex communicatie

A
  • Maakt het mogelijk dat beide apparaten tegelijkertijd verzenden en ontvangen op een gedeeld medium.
  • Ethernet-switches werken in full-duplexmodus.
19
Q

Wat is Contention-Based Access

A
  • Alle nodes die in half-duplex werken, concurreren om het gebruik van het medium.

Voorbeelden zijn:
* Carrier sense multiple access met collision detection (CSMA/CD) zoals gebruikt op legacy
bus-topology Ethernet.
* Carrier sense multiple access met collision avoidance (CSMA/CA) zoals gebruikt op
draadloze LAN’s.

20
Q

Wat is Controlled Access

A
  • Deterministische toegang waarbij elke node zijn eigen tijd op het medium heeft.
  • Gebruikt op legacy-netwerken zoals Token Ring en ARCNET.
21
Q

CSMA/CD

A
22
Q

CSMA/CD collision detection process

A
23
Q

CSMA/CA

A
24
Q

CSMA/CA collision avoidance process

A
25
Q

Laag 2 adressen

A