Module 3 Flashcards
1
Q
Tensie
A
Bloeddruk
2
Q
Cutaan gebruik
A
Gebruik via de huis
3
Q
Inch
A
Lengtemaat
4
Q
Firewall
A
Software- en/ of hardwarevoorziening om je te beschermen tegen schadelijke inhoud en ongewenste toegang.
5
Q
Status
A
Deel van sociale netwerksite waar men berichten plaatst over gebeurtenissen, voorvallen en belevenissen
6
Q
Stereotype
A
Overdreven beeld hebben van een groep mensen dat niet overeenkomt met de werkelijkheid
7
Q
Klankbord
A
Geintersseerde gesprekspartner
8
Q
Verteltrant
A
Manier van vertellen
9
Q
Tribalisme
A
Stamgevoel
10
Q
Welig
A
In overvloed
11
Q
Tieren
A
Goed gedijen
12
Q
Entourage
A
Omgeving
13
Q
Kosmopolitisme
A
Wereldburgerschap
14
Q
Specimen
A
Voorbeeld, staaltje
15
Q
In iemands kielzog varen
A
Iemand navolgen