Module 1 les 3 goederenrecht, verbintenissen en overeenkomstenrecht Flashcards

1
Q

wat is het verschil tussen goederen en zaken

A

Goederen zijn alle zaken en alle vermogensrechten. Zaken zijn de voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten en zaken zijn onroerend of roerend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is een rechtspersoon

A

een juridische constructie waarbij een organisatie rechten en plichten kan bezitten. een organisatie of vennootschap kan dan zelfstandig deelnemen aan het rechtenverkeer zoals dingen kopen, overeenkomsten sluiten en erven maar kan niet trouwen of gevangenisstraf krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn rechtssubjecten

A

Dragers van rechten en plichten en kunnen natuurlijk personen zijn of rechtspersonen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat betekenen vermogen en waar bestaat het uit

A

Iedere burger en dat bestuur uit een aantal op geld waardeerbare rechten (activa) en
Verplichtingen (passiva)
Vb activa = eigendomsrecht van huis, vorderingsrecht op de bank, vorderingsrecht bij meubelzaak
Vb passiva = afl hypothecaire lening, verplichting betaling koopprijs van meubelstuk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is goederenrecht
(Onderdeel van vermogensrecht)

A

Recht dat betrekking heeft op goederen mn op de relatie tussen (rechts)personen en goederen. Kenmerken: Het goed staat centraal, veel dwingend recht, partijen kunnen geen recht creëren dan de wet aangeeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Verbintenissenrecht

A

Heeft betreffend op verbintenissen, vermogensrechtelijke relaties tussen 2 of meer (rechts)personen.
De relaties verplichten de ene partij bepaalde prestaties te verrichten waarop de andere partij recht heeft. Verbintenissen kunnen ontstaan uit overeenkomsten of uit de wet (onrechtmatige daad) kenmerken: bevat voornamelijk regelend recht, inhoud overeenkomst is naar eigen wens, en vrij te bepalen welke verbintenissen men in het leven wil roepen, mag niet in strijd zijn met dwingend recht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Vermogensrecht

A

Het gedeelte van het objectieve recht (recht in algemene zin) dat een geleding geeft van subjectieve rechten en plichten (rechten aan 1 persoon) die deel kunnen uitmaken van het vermogen van rechtssubjecten (drager van rechten en plichten, natuurlijke persoon of rechtspersoon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Rechtspersoon

A

Juridische constructie waardoor een organisatie rechten en plichten kan bezitten. Een rechtspersoon is een organisatie, vennootschap die zelfstandig kan deel nemen aan het rechtsverkeer. Het kan dingen kopen en overeenkomsten sluiten, kan er erven maar niet trouwen of gevangenisstraf krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Goederen

A

Goederen zijn alle zaken en alle vermogensrechten die aan een bepaalde (rechts) persoon kunnen toebehoren. Goederen vormen de voornaamste actieve vermogensbestanddelen van een vermogen.

Let op vermogensrecht in goederenrecht is subjectief recht (een auto= eigendomsrecht dat subjectief recht is) maf niet verward worden met het objectieve rechtsgebed van het vermogensrecht dat goederenrecht en verbintenissenrecht omvat (het geheel van rechtsregels betreffende dit rechtsgebied zoals bijv geregeld in boek 3 en 5 BW)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Zaken

A

Zaken zijn voor menselijke beheersing vatbare stoffelijk objecten en worden onderverdeeld in onroerende en roerende zaken

(Vb dieren zijn zaken, lucht en zee zijn geen zaken)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Onroerende zaken

A

Zaken die al dan niet rechtstreeks duurzaam met de grond zijn verenigd.

Grond, niet gewonnen delfstoffen, met de grond verenigde beplantingen, gebouwen en andere werken zoals viaduct.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Roerende zaken

A

Alle zaken die niet onroerend zijn (al da niet rechtstreeks duurzaam met de grond verenigd zijn)

VB tuinhuis wat in de fundering zit, aan grond duurzaam is vastgeschroefd in onroerend, wanneer het in de zomer jaarlijks wordt afgebroken dan is het roerend. Boom in de grond is onroerend, omgewaaide/omgekapte boom is roerend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Registergoed

A

Goederen waarvoor overdracht of vestiging inschrijving in daartoe bestemde openbare registers noodzakelijk is.
Register goederen zijn meestal onroerend. roerende registergoeden zijn oa luchtvaartuigenen schepen.
Beperkte rechten op registergoederen zijn ook registergoed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Niet registergoederen

A

Alle goederen die geen registergoederen zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Kadaster

A

Van overheidswege bijgehouden openbaar register van registergoederen Pim waaronder onroerende zaken en de daarop gevestigde rechten. Tevens wordt de tem gebruikt om de dienst aan te duiden die met het beheer van dierlijke register is belast (register voor schepen in Adam, rot, gron, register voor luchtvaartuigen in Rotterdam)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Vermogensrechten
Volgens art 3:6 BW

A
  • Hetzij afzonderlijk, hetzij samen met een ander recht overdraagbaar zijn of
  • Ertoe strekken dat rechthebbende stoffelijk voordeel te verschaffen of
  • Verkregen zijn in ruil voor verstrekt f in het vooruitzicht gesteld stoffelijk voordeel

(Men moet aan 1 van de 3 criteria voldoen om van vermogensrecht te spreken)

17
Q

Eigendom

A

Het meest omvattende recht dat een (rechts)persoon op een zaak kan hebben.

18
Q

Eigendomsrecht

A

De zaak als geheel, inclusief haar bestanddelen of beperkte rechten (gebruiksrechten en zekerheidsrechten)