Maslow, Carl Rogers overige begrippen Flashcards

1
Q

Zelf actualiserende persoonlijkheid (Maslow)

A

iemand die op zichzelf kan reflecteren,
weet wat die goed of fout doet. Iemand die creatief, spontaan en humor heeft. Iemand die
kan ontwikkelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Een volledig functionerend persoon (Carl Rogers)

A

iemand die een positief zelfbeeld
heeft en consistent (congruent) is met de boodschappen van goedkeuring, vriendschap en
liefde die hij of zij van anderen ontvangt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Rogers stelde dat er 3 ingrediënten zijn om
congruentie te ontwikkelen:

A
  1. Onvoorwaardelijke positieve waardering;
  2. Oprechtheid;
  3. Behoefte aan consistentie.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Consistent

A

congruent

het ideale zelf van een persoon en de werkelijke ervaring consistent of erg vergelijkbaar zijn

Carl Rogers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Het fenomenale veld

A

onze psychologische realiteit bestaat volgens Rogers
uit perceptie en gevoelens.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar concentreert de positieve psychologie zich op

A

wenselijke aspecten van het functioneren
van de mens in plaats van op de psychopathologie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Weerbaarheid

A

wanneer je de moed hebt om stressvolle situaties te zien als
mogelijkheden om te groeien

en je te ontwikkelen door wat je leert

en om dan de motivatie te
hebben om daar hard aan te werken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Verschillende manieren van leren:

A

Observationeel leren

Wederzijds determinisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Observationeel leren

A

Een vorm van cognitief leren waarbij nieuwe reacties worden
verworven nadat het gedrag van anderen en de gevolgen van dit gedrag zijn
waargenomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wederzijds determinisme

A

: Op deze wijze leren kinderen netjes te bedanken en
‘alsjeblieft’ te zeggen en niet in het openbaar uit hun neus te peuteren.

Dit is een proces
waarbij de persoon, de situatie en de omgeving elkaar wederzijds beïnvloeden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly