Lijst GM Partim 1 Flashcards

1
Q

5-Hydroxytryptamine

A

Effecten:
- GI motiliteit (5-HT4)
- braken (5-HT3; iontroop)
- trombo aggregatie (5-HT2A)
- vasoconstrictie - migraine
- vasodilatatie door stimulatie endotheel
- ontsteking: prikkeling pijnsensoren (5-HT3)

Aangrijpingspunten farmaca
- receptoren
- inhibitie heropname 5-HT (TCA, SSRI)
- inhibitie afbraak 5-HT (MAO-inhibitoren)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Acetylcholine

A

Parasympatisch zenuwstelsel
Receptoren:
1) Muscarine receptoren - G-proteïne
- M1: PLC: stijging IP3 -> exciterend
- CZS, ganglia stijgen, maagzuursecretie stijgen
- M2: cAMP dalen, inhiberend
- daling hart, presynaptische daling afgifte, daling CZS
- M3: PLC: IP3 stijgen -> exciterend
- Klieren: stimulatie secretie
- gladde spieren: contractie
- endotheelcellen: stimulatie -> productie NO (eNOS)

2) Nicotine receptoren
- snel kationkanaal
- enkel van medisch belang omwille van toxiciteit, aanwezigheid in tabak en veroorzaking van afhankelijkheid
1; Neuromusculaire overgang (skeletspier)
2; bijnier (adrenaline productie)
3; ganglia, CZS (BHB)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Adenosine

A

P1 (adenosine familie)
- G-proteïne gekoppeld (Gi of Gs)
- A1
- daling cAMP
- bronchoconstrictie
- remming atroventriculaire geleiding (anti-aritmisch)
- theofylline antagonist
- A2
- stijging cAMP
- vasodilatatie
- trombo inhibitie
- agonist dipyridamol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

ADP

A

P2Y familie
- G-proteïne gekoppeld
- agonisten: ATP, ADP
- oa activatie van trombo’s

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Adrenaline

A
  • A en B agonist
  • IM bij anafylactische reactie
  • IV bij hartstilstand
  • verlenging werkingsduur van lokale anesthetica (via alfa lokale vasoconstrictie -> lokaal blijven anesthetica)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Allopurinol

A

Klasse: uricostatica

Werking:
- inhibitie van productie urinezuur (remt xanthine oxidase)

Indicatie:
- chronisch anti-jichtmidel

Nevenwerkingen:
- belang therapietrouw en opvolging urinezuurspiegels

Interactie: remt afbraak andere GM

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Alteplase

A

Klasse: fibrinolytica
Indicatie:
- acuut MI
- acuut trombotisch herseninfarct (tot 3h)
- DVT en longembolie

CAVE: zeer hoog bloedingsrisico

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Amfetamine

A

Klasse: indirecte sympathicomimetica
Verdringing van NA uit vesikels -> meer NA beschikbaar in spleet
CAVE: MAO-inhibitoren (daling afbraak) -> hypertensieve (kaas)reactie
BHB: JA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Aspirine R°

A

Acetylsalicylzuur
Klasse: NSAID: irreversibele remming van COX1 en COX2
- Orale, snelle resorptie
- Leverklaring: groot first pass effect

Indicatie:
- lage dosis: remt aggregatie irreversibel -> preventie en behandeling MI
- cardiovasculaire preventie
- hoge dosis: anti-inflammatoir

Nevenwerkingen:
- bloedverlies GIS
- syndroom van Reye
- toediening aan kind na virusinfectie
- ernstige aantasting lever -> opstapelen metabolieten -> hepatische encefalopathie
- toxiciteit boven 4g
- duizeligheid, doofheid, oorsuizen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Atenolol

A

Klasse: B1 antagonist (B-blokker)
- hydrofiel
- “cardioselectief” (als grote dosis ook B2 receptoren aangesproken)
BHB: JA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Atracurium

A

Klasse: competitieve antagonist nAChR
Indicatie:
- spierverslappers tijdens anesthesie
- eerst oog, aangezicht -> ledematen -> farynx -> ademhaling
Contra-indicatie:
- Myastenia gravis

BHB: NEE

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

ATP

A

P2X familie
- ionkanalen
- agonist: uitsluitend ATP
- oa activatie van trombo’s

P2Y familie
- G-proteïne gekoppeld
- agonisten: ATP, ADP
- oa activatie van trombo’s

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Atropine

A

Klasse: mACh R antagonist
Indicatie:
- sinus bradycardie
- anaesthesie (co-medicatie)
- diagnostische oogdruppels (pupildilatatie)
- Parkinson (tremor)

Werking:
Tachycardie
Inhibitie nervus vagus -> meer ATP

Contra-indicatie:
- glaucoom (door mydriasis)
- prostaatlijden

Nevenwerkingen - Anticholinerge bijwerkingen (TCA, anti-psychotica)
- droge mond
- wazig zicht
- constipatie
- urine retentie
- geheugenstoornissen
- tachycardie

BHB: JA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Azathioprine

A

Klasse: conventionele DMARDs + immunosuppresiva
Pro-drug van 6-MP -> remming purine synthese (Th-cel)

Nevenwerkingen:
- beenmertoxiciteit: leukopenie en trombocytopenie
- Farmacogenomics (TPMT)
- bepaald risico op toxiciteit
Interactie: ja, allopurinol remt XO en afbraak 6-MP
BHB: JA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Bivalirudine

A

Klasse: anticoagulantia: DOAC
Werking:
- trombine inhibitie
- antagonist van trombine receptor op trombo’s

Toediening:
- parenteraal

Indicatie:
- PTCA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bromocriptine

A

Klasse: ergotalkaloïden: agonist D-receptoren (dopaminerge)
Indicatie:
- ziekte van Parkinson
- hyperprolactinemie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Cafeïne

A

Klasse: niet-specifieke FDE-remmer
-> verhogen intracellulaire cAMP + antagonist adenosine receptoren

Nevenwerkingen:
- hartkloppingen (remming FDE3 -> verhoging cAMP)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Carbachol

A

Klasse: muscarine receptor agonsiten
Eigenschappen:
- zelfde potentie voor mACh en nACh als ACH
- bezit carbamylgroep -> bestand tegen AChE

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Carbamazepine

A

Klasse: anti-epilepticum
Interactie: inductie P-gp en CYP450

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Celecoxib

A

Klasse: reversibele en selectie inhibitie van COX2
Indicatie:
- voor chronisch gebruik vb RA

Nevenwerkingen:
- minder gastro-intestinale COX1 nevenwerkingen
- CVD risico (cardiovasculair risico)
- selectieve COX2 remmers: sterk verhoogd risico hartinfarct (tromboxaan overwegen)
- oppassen bij atherosclerose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Cetirizine

A

Klasse: 2de gen antihistaminica: H1 receptor antagonist
Indicatie:
- allergische reactie

Contra-indicatie:
- geen zin bij astma, verkoudheid, hoesten

Nevenwerkingen:
- minder sedatie
- minder anti-cholinerg

BHB: JA (minder)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Cimetidine

A

Klasse: H2 antihistaminica
Werking:
- inhibeerd maagzuursecretie
H2 -> Gs stimulatie cAMP -> stimulatie maagzuursecretie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Cinnarizine

A

Klasse: 1ste gen antihistaminica (piperazines), antagonist H1, 5HT en mACh receptoren
Indicatie:
- sterk anti-emetisch (reisziekte)

Nevenwerkingen:
- weinig sedatie
- weinig anti-cholinerg

BHB: JA

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Clonidine

A

Klasse: A2 agonist (presynaptische auto-inhibitie)
Indicatie:
- hypertensie (centrale werking)

Nevenwerkingen:
- cave rebound hypertensie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Cocaïne

A

Klasse: inhibitor NET (neurale heropname NA/A)
Nevenwerkingen:
+ chronotropie
+ inotropie
- hypertensie
=> O2 nood hart
- OS activatie
+ catecholamines
- coronair vasoconstrictie
- trombose neiging
=> ischemie ((-) LV functie) => infarct
- daling Na transport
-> -) LV functie
-> aritmia
-> QRS verlening
-> QT verlening
(dood)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Colchicine

A

Klasse: anti-jichtmidelen
Werking:
▪ Interfereert met de dissociatie van microtubuli
▪ Minder influx van neutrofielen in de ontstekingshaard.
▪ Hierdoor minder vorming van melkzuur => minder neerslag van uraatkristallen

Indicatie:
- acute aanval jicht

Nevenwerkingen:
- nauwe therapeutische marge
- diarree (teken van toxiciteit)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Cortisol

A

Klasse: glucocorticoïden
Wordt door bijnier door het lichaam zelf aangemaakt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Dabigatran

A

Klasse: anticoagulantia: DOAC

Werking:
- trombine inhibitor

Indicatie:
- preventie DVT en longembolie bij chirurgie
- behandeling DVT en longembolie
- preventie TIA & CVA bij VKF

Nevenwerkingen:
- dyspepsie
- Renale klaring -> cave nierinsufficiëntie
Interactie: P-gp interacties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Desipramine

A

Klasse: TCA - inhibitie NET

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Dipyridamol

A

Klasse: FDE-V remmers
Dubbele werking:
- inhibitie FDE-V -> toename cGMP -> Vasodilatator
- remt opname adenosine

Indicatie:
- inhibitie trombo aggregatie (associatie met aspirine)
-> plaatjesremmer

Nevenwerkingen:
- orthostatische hypotensie en reflex tachycardie
- flushing en kloppende hoofdpijn
- als gevolg van vasodilatatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Dobutamine

A

Klasse: B1 agonist
Indicatie:
- cardiogene shock (IV)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Ergometrine

A

Klasse: ergotalkaloïden: 5HT1 en alfa-receptoren

Werking:
- uterus contractie

Indicatie:
- post-partum bloedingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Etanercept

A

Klasse: biologische DMARDs: TNFa remmer
‘Engineered antilichaam’ tegen TNFa-receptor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Ethanol

A

Verzadigingskinetiek
Inductor CYP P450

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Fenylefrine

A

Klasse: A1 agonist
Indicatie:
- mydriaticum (diagnostisch/oogchirurigie) als oogdruppels
- voordeel tov anticholinergica: geen wazig zicht (= cycloplegie)

Nevenwerkingen:
- cave systemische effecten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Fysostigmine

A

Klasse: Cholinesteraseremmers
Indicatie:
- glaucoom

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Heparine

A

Klasse: anticoagulantia: sterk anti F-IIa
- parenterale toediening
Indicatie:
- acute therapie
- diep veneuze therapie
- longembolie
- acute coronair syndroom (samen met acetylzuur)
- (korte-termijn) preventie DVT of longembolie

Nevenwerkingen:
- monitoring via APTT
- heparine induced thrombocytopenie (HIT)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

Hyoscine

A

Klasse: muscarine receptor antagonisten
Indicatie:
- preventie reisziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

Ibuprofen

A

Klasse: NSAID: reversibele COX inhibitie
Indicatie:
- lage dosis: analgetisch
- hoge dosis: ook anti-inflammatoir

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
40
Q

Infliximab

A

Klasse: Biologische DMARDs: TNFa-remmers
Monoclonale AL tegen TNFa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
41
Q

Isoprenaline

A

Klasse: B1 & B2 agonist
Indicatie:
- AV-geleidingsblok
Toediening
- IV

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
42
Q

Leflunomide

A

Klasse: conventionele DMARDs + immunosuppressieva
Werking:
- remt pyrimidine synthese -> T-cel proliferatie remming

Indicatie:
- RA
- immunosuppresieva

Nevenwerkingen:
- teratogeen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
43
Q

Leukotrieen B4

A

Fysiologische werking:
- Potente chemotactische stof
- Veroorzaakt adhesie en activering van granulocyten en monocyten
- Stimuleert proliferatie en cytokineproductie door macrofagen en lymfocyten
- Belangrijke mediator in talrijke ontstekingsprocessen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
44
Q

Leukotrieen C4

A

Samen met LTD4
Fysiologische werking:
- bronchoconstrictie
- vasodilatatie
- verhoging permeabiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
45
Q

Leukotrieen D4

A

Samen met LTC4
Fysiologische werking
- bronchoconstrictie
- vasodilatatie
- verhoging permeabiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
46
Q

LMWH

A

Korte keten heparine
Klasse: anti-coagulantia (eindigen op parine)
Toediening:
- subcutaan
Voordelen tov heparine:
- enkel renale klaring
- langere t1/2 (en onaf van dosis)
- geen monitoring nodig
- synthetische pentasacharide mimetica
Indicatie:
- acute therapie
- diep veneuze therapie
- longembolie
- acute coronair syndroom (samen met acetylzuur)
- (korte-termijn) preventie DVT of longembolie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
47
Q

Methotrexaat

A

Klasse: conventionele DMARDs
Indicatie:
- hoeksteen chronische behandeling RA

Nevenwerkingen:
- teratogeen

CAVE
Per week dosering - in lage dosis (ook ziekte proces beïnvloeden)

48
Q

Methylprednisolone

A

Klasse: glucocorticoïden
Indicatie:
- anti-inflammatoir
- immunosuppressief

49
Q

Milrinone

A

Klasse: FDE-III
Werking:
- stijging cAMP in hart
+ inotroop
+ chronotroop

50
Q

Metoclopramide

A

Klasse: 5-HT geneesmiddelen: D2 antagonist + agonist 5HT4
Indicatie:
- GI motiliteit (gastroprokineticum -> persitaltiek verbeteren)
- anti-emeticum

BHB: JA

51
Q

Molsidomine

A

Klasse: NO donoren - pro drug SIN-1
Indicatie:
- angina pectoris
- acuut hartfalen

Nevenwerkingen:
- orthostatische hypotensie en reflex tachycardie
- flushing en kloppende hoofdpijn

52
Q

Natriumcromoglicaat

A

Klasse: indirecte antihistaminica (mestcel stabilisatoren)
Indicatie:
- profylactisch allergie

53
Q

Neostigmine

A

Klasse: Cholinesteraseremmers
Indicatie:
- Myasthenia gravis
- Anesthesie

BHB: NEE

54
Q

Nicotine

A

Aangrijpingspunten:
- Neuromusculaire overgang
- ganglia autonoom ZS (BHB)
- CZS (BHB)
- vrijgave adrenaline in bijnier

Type antwoord afh dosis:
- lage dosis -> stimulatie (agonist)
- hoge dosis: desensitatie (antagonist)

Bijwerkingen:
- trombose neiging
- bronchospasme
- tremor
- spier + gewrichtspijn
- nausea
- droge mond
- dyspepsie
- diarree
- reflux
- duizelig
- hoofdpijn
- slaapproblemen
- abnormale dromen
- geïrriteerd zijn
- bradycardie of tachycardie
- hypertensie
- arrithmie
- coronaire vasoconstrictie
- hyperinsulinemie
- insuline resistentie

55
Q

Ondanstron

A

Klasse: 5HT3 antagonist
Indicatie:
- krachtig anti-emeticum (kanker behandeling)

56
Q

Organische nitraten

A

Klasse: NO donoren
Nitroglycerine, isosorbide nitrate

Toediening:
- sublinguaal (acute aanval)
- pleisters

Werking:
- vasodilatatie -> coronairen + work load hart verminderen

Indicatie:
- angina pectoris
- acuut hartfalen

Nevenwerkingen:
- orthostatische hypotensie en reflex tachycardie
- flushing en kloppende hoofdpijn
- tachyfylaxie -> drug free periode

57
Q

Oxymetzoline

A

Klasse: A1 agonist
Indicatie:
- rhinitis (zorgt voor lokale vasoconstrictie)

Contra-indicatie:
- geen chronisch gebruik max 5d

Nevenwerkingen:
- neusspray cave -> systemische effecten: hypertensie
- medicamenteuze rhinitis

58
Q

Paracetamol

A

= Acetaminophen

Indicatie:
- analgetisch
- antipyretisch
(Niet anti-inflammatoir)

Nevenwerkingen:
- toxische dosis meer 4g/dag -> fatale leveraantasting

Metabolistatie door lever t1/2: 2-4h

59
Q

Pilocarpine

A

Klasse: mACh R agonist
Indicatie:
- chronische open hoek glaucoom
- partiële mACh agonist

Werken:
- trabeculaire outflow verbeteren

60
Q

Prazosine

A

Klasse: selectief alfa1 antagonist
Indicatie:
- hypertensie (niet voorkeur)

Nevenwerkingen:
- orthostatische hypotensie
- hypotensie -> reflextachycardie (bij cardiovasculaire belasting niet altijd oké)
- ejacualtiestoornissen
- perifeer oedeem

61
Q

Promethazine

A

Klasse: 1ste gen antihistaminica: antagonist H1, 5HT en mACh receptoren
Indicatie:
- anti-emetisch

Nevenwerkingen:
- sterk sederend
- sterk anticholinerg

62
Q

Propranolol

A

Klasse: B1+B2 receptor antagonist (B-blokker; olol)

Nevenwerkingen:
- lipofiel -> CNS -> nachtmerries
- door lever afgebroken: sterke 1ste passage -> actieve metaboliet

BHB: JA

63
Q

Prostacycline

A

Klasse: prostaglandines
Werking:
- Biosynthese voornamelijk in endotheelcel.
- Werkt in op IP-receptoren en verhoogt cAMP en werkt inhiberend.

Fysiologische functie:
- Vasodilatatie in sommige bloedvaten.
- Remt bloedplaatjesaggregatie
- Stimuleert nierperfusie en natrium excretie, vooral bij patiënten met hartfalen.

64
Q

Prostaglandine D2

A

Klasse: prostaglandinen
Fysiologische werking:
- Vnl gevormd in mestcellen
- DP-receptoren
Effecten:
- Vasodilatatie
- Inhibitie aggregatie trombo’s

65
Q

Prostaglandine E2

A

Klasse: prostaglandinen
Fysiologische werking:
- EP1-receptor: contractie van GSC van de bronchi en GIS.
- EP2-receptor: relaxatie van GSC van bronchi, GIS, bloedvaten.
-> roodheid en oedeemvorming door bradykinine, histamine.
- EP3-receptor:
o Inhibitie van maagzuursecretie
o Toename van mucussecretie door de maagwand (cytoprotectief effect)
o Contractie van de (zwangere) uterus
o Contractie van gladde spiercellen van het GIS
o Inhibeert lipolyse
o Inhibeert vrijstelling van neurotransmitters.
- Mediator van koorts.
- Sensibiliseert sensorische zenuwuiteinden voor het pijn verwekkend effect van andere mediatoren (bv. histamine, bradykinine).

66
Q

Prostaglandine F2 alfa

A

Klasse: prostaglandinen
Fysiologische werking:
- FP-receptor
- Inductie contractie uterus
- Verbeterd afvoer van oogvocht

67
Q

Rivaroxaban

A

Klasse: anticoagulantia: DOAC: xabanen
Werking:
- F-Xa inhibitor

Indicatie:
- preventie DVT en longembolie bij chirurgie
- behandeling DVT en longembolie
- preventie TIA & CVA bij VKF

Interactie: P-gp en CYP3A4

68
Q

Salbutamol

A

Klasse: B2 agonist (inhalatie of IV)
Indicatie:
- astma/COPD (kortwerkend -> acute aanvallen)
- tocolyticum (= weeën uitstellen)

Nevenwerkingen:
- cave: systemische effecten: tachycardie & aritmia, tremor

69
Q

Streptokinase

A

Klasse: fibrinolytica
- niet stolsel specifiek
- completeert plasminogeen

Indicatie:
- acuut MI (typisch ladingsdosis; additief effect met acetylsalicylzuur)
- acuut trombotisch herseninfarct (tot 3u)
- DVT en longembolie

Nevenwerkingen:
- zeer hoog risico (fatale) bloedingen -> in ziekenhuisomgeving
- als 2de keer gebruiken -> kan anafylactisch shock (AL tegen AG)

70
Q

Sumatriptan

A

Klasse: 5-HT GM: 5-HT1B/1D agonist
Indicatie:
- migraine

Werking:
- vasculaire constrictie

71
Q

Suxamethonium (succinylcholine)

A

Klasse: nAChR agonist - depolarisatieblok
Werking:
- transiënte (fasiculaire) skeletspiercontracties
- persistente depolarisatie eindplaat: fase I blok
- daarna desensitisatie nAChR: fase II blok
- kort (10min) effect
- effect wordt versterkt door AChE remmers

Indicatie:
- spierverslappers tijdens anesthesie

BHB: NEE

72
Q

Theofylline

A

Klasse: P1 nucleotide receptoren - adenosine familie - antagonist A1
Indicatie:
- astma

Werking:
- bronchodilatatie

Nevenwerkingen:
- vrij nauwe therapeutische marge
- verhoogde kans aritmie

73
Q

TNFalfa-antagonisten

A

Klasse: biologische DMARDs
Infliximab en Etanercept

74
Q

t-PA

A

Klasse: fibrinolytica (afbraak stolsel)
Werking:
- protease enzyme
- stolsel specifiek
- weefseltype plasminogeenactivator

Indicatie:
- acuut MI (typisch ladingsdosis; additief effect met acetylsalicylzuur)
- acuut trombotisch herseninfarct (tot 3u)
- DVT en longembolie

Nevenwerkingen:
- zeer hoog risico (fatale) bloedingen -> in ziekenhuisomgeving

75
Q

Tromboxaan A2

A

Klasse: prostaglandinen
Fysiologische werking:
- biosynthese vnl trombo’s
- TP-receptoren
Effecten:
- vasoconstrictie
- bronchoconstrictie
- stimulatie aggregatie van trombo’s

76
Q

Tyramine

A

Klassen: indirect werkende sympathicomimetica
- Zit in sommige wijnen en kazen
- Ander substraat van NET
Interactie: met MAO-inhibitoren -> ernstige hypertensieve opstoten

77
Q

Viagra R°

A

= Sildenafil

Klasse: FDE-V remmers
Indicatie:
- impotentie

78
Q

Vitamine K

A

Klasse: noodzakelijke co-factor voor aanmaak stollingsfactoren (gamma-glutamyl carboxylering)
Indicatie:
- neonaat: hypoprothrombinemie
- vit K defficiëntie tgv malabsorptie
- overdosis vit K-antagonisten

79
Q

Warfarine

A

Klasse: anticoagulantia: vitamine K -‘antagonisten’
Indicatie:
- chronische therapie
- behandeling en preventie DVT en longembolie
- preventie trombose bij VKF
- preventie trombose bij kunstkleppen (met acetylsalicylzuur)

Eigenschappen:
- snelle absorptie (1h), maar vertraagd effect (36h)
- variabele kinetiek

Nevenwerkingen:
- nauwe therapeutische marge
- monitoring INR vereist
- bloedingen
- teratogeen

Interactie: veel, sterke eiwitbinding (gevoelig voor verdringing)
Bloedingsrisico
- daling vitamine K: dieet, AB
- minder aanmaak stollingsfactoren: leverziekten
- meer afbraak stollingsfactoren (vb koorts)
- farmacodynamisch
- inhibitoren trombo: aspirine, NSAIDs, clopidogrel, SSRI
- farmacokinetisch
- verdringing van albumine: hoge dosis aspirine, NSAIDs
- inhibitie CYP2C9: flucanozol, allopurinol

Trombose risico
- vitamine K rijke voeding
- zwangerschap (meer aanmaak stollingsfactoren), vroegere contraceptiva met hoog oestrogeen
- farmacokinetisch
- daling resorptie warfarine
- inductie CYP2C9: rifampicine, carbamazepine, st-janskruid

80
Q

Zafirlukast

A

Klasse: LTD4/C4 antagonist (eindigt op lukast)
Indicatie:
- astma

81
Q

Scopolamine

A

Klasse: mAChR antagonisten
Werking:
- anti-emetisch
- M1

Indicatie:
- reisziekte

Contra-indicatie:
- glaucoom (door mydriasis)
- prostaatlijden

Nevenwerkingen - Anticholinerge bijwerkingen (TCA, anti-psychotica)
- droge mond
- wazig zicht
- constipatie
- urine retentie
- geheugenstoornissen
- tachycardie

82
Q

Butyl-scopolamine

A

Klasse: Antagonist mAChR
Indicatie:
- GI hypermotiliteit, spasmen

Contra-indicatie:
- glaucoom (door mydriasis)
- prostaatlijden

Nevenwerkingen - Anticholinerge bijwerkingen (TCA, anti-psychotica)
- droge mond
- wazig zicht
- constipatie
- urine retentie
- tachycardie

BHB: NEE

83
Q

Ipratropium

A

Klasse: mAChR antagonisten
Toediening
- inhalatie

Werking:
- bronchodilatatie

Indicatie:
- astma
- bronchitis
- COPD

Contra-indicatie:
- glaucoom (door mydriasis)
- prostaatlijden

Nevenwerkingen - Anticholinerge bijwerkingen (TCA, anti-psychotica)
- droge mond
- wazig zicht
- constipatie
- urine retentie
- geheugenstoornissen
- tachycardie

BHB: NEE

84
Q

Myastenia Gravis

A

Behandeling: AChE-remmers

85
Q

Cholinesteraseremmers effecten

A

▪ Parasympatisch zenuwstelsel
• Indicatie: glaucoom
• Bijwerking: cholinerge crisis (~ mAch receptoren)
▪ Neuromusculaire overgang
• Indicatie: Myasthenia gravis
• Indicatie: opheffen transmissieblok
▪ Ganglia autonome zenuwstelsel
• Depolarisatie blok => Hypotensie en bradycardie
▪ CZS:
• Intoxicatie (parathion, sarin oorlogsgas, novichok)
• Indicatie: Ziekte van Alzheimer

86
Q

Cholinesterase remmers opties

A
  • Kortwerkend (min)
  • Middelmatige werkingsduur (uren)
    • Neostigmine* - fysostigmine
  • Irreversibel (dagen)
87
Q

Cholinesteraseremmers indicaties

A

▪ Anesthesie
▪ opheffen transmissieblok (door nAChR antagonist)
▪ neostigmine* in combinatie met atropine
▪ Myasthenia gravis
▪ neostigmine*
▪ CAVE: paradoxale spierzwakte (testen met edrofonium)
▪ Glaucoom (fysostigmine)
▪ Oogdruppels, betere afvoer van oogvocht
▪ Vergiftiging (parathion, oorlogsgassen)
▪ Ziekte van Alzheimer

88
Q

Chemische selectiviteit A en B receptoren

A

Grotere moleculen (isoprenaline en dobutamine) -> selectiviteit voor B
NA: A selectief
Adrenaline: A en B

89
Q

Indicaties B-blokker

A
  • angina pectoris (daling zuurstofnood hart)
  • hypertensie
  • secundaire preventie na MI
  • hartritmestoornissen
  • hartfalen (altijd combinatie met ACE-remmer)
  • angst / stress (onderdrukking somatische symptomen)
  • glaucoom (timolol)
  • tyrotoxicose (overactieve schildklier; co-medicatie)
  • feochromocytoom (A + B blokker, in afwachting van chirurgie)
  • profylactisch migraine
90
Q

Contra-indicaties niet-selectieve B-blokkers

A
  • astma (salbutamol krijgen)
  • diabetes (inhibitie hypoglycemie recovery + maskeren symptomen hypo)
  • hartfalen (tenzij specifieke moleculen)
91
Q

Nevenwerkingen niet-selectieve B-blokker

A
  • bradycardie (pindolol kan)
  • vermoeidheid
  • koude extremiteiten (B2)
  • slaapstoornissen / depressie
92
Q

Domperidone

A

Motilium
Klasse: D2 antagonist
Indicatie:
- GI motiliteit stimulatie
- anti-emeticum
- anti-nausea
BHB: NEE

93
Q

Timolol

A

Klasse: B-blokker
Oogdruppels, vermindert de aanmaak van kamervocht
Indicatie: glaucoom
Minder nevenwerkingen dan ChE remmer of mAChR agonist

94
Q

Behandeling migraine

A
  • bifasische hoofdpijn: aura (vasoconstrictie) -> hoofdpijn (vasodilatatie)
  • paracetamol / NSAIDs
  • triptanen (5HT1B/D)
  • ergotamine (5HT en A1)

Profylaxe
- B-blokker (vasodilatatie deels tegenhouden)

95
Q

5-HT farmaca + receptoren

A

TCA, SSRI, MAO-inhibitoren
5-HT1
- A: CZS inhibitie
- B/D: vasculaire constrictie
- migraine
- sumatriptan
- ergotamine

5-HT2
- A/B: vasoconstrictie, trombo aggregatie, CZS excitatie
- agonist: LSD
- antagonist: atypische antipsychotica

5-HT3
- CZS excitatie
- pijngevoelige zenuwen (CTZ)
- enterische plexus
- antagonist: ondansetron

5-HT4
- enterische plexus
- exciterend
- toename peristaltiek
- agonist: metoclopramide

96
Q

Ergotamine

A

Klasse: ergotalkaloïden: partiële agonist 5-HT1D + A-adrenoreceptor (vasoconstrictie)
Indicatie:
- migraine

Nevenwerkingen:
- CAVE: coronair en perifeer vaatlijden (stijging 5HT1B/D bij artherosclerose)

97
Q

Nucleotide receptoren

A

P1 (adenosine familie)
- G-proteïne gekoppeld (Gi of Gs)
- A1
- daling cAMP
- bronchoconstrictie
- remming atroventriculaire geleiding (anti-aritmisch)
- theofylline antagonist
- A2
- stijging cAMP
- vasodilatatie
- trombo inhibitie
- agonist dipyridamol

P2X familie
- ionkanalen
- agonist: uitsluitend ATP
- oa activatie van trombo’s

P2Y familie
- G-proteïne gekoppeld
- agonisten: ATP, ADP
- oa activatie van trombo’s

98
Q

Clopidogrel

A

Klasse: irreversibele P2Y receptor antagonist
- Pro-drug (CYP2C19)
- trombo inhibitie
- 3-7d voor steady state (soms ladingsdosis)

Combinatie: clopidogrel + ASA (acetylsalicylzuur) => additief effect

99
Q

NO donoren

A
  • organische nitraten (nitroglycerine, isorbide nitrate)
  • molsidomine

Indicaties:
- angina pectoris
- acuut hartfalen

Nevenwerkingen:
- orthostatische hypotensie en reflex tachycardie (niet goed bij acute O2-nood hart)
- flushing en kloppende hoofdpijn (vasodilatatie)

100
Q

Klinische toepassingen van prostaglandinen

A
  • Gynaecologie en verloskunde:
    • Beëindigen van de zwangerschap (abortifaciens, misoprostol).
    • Inductie van de arbeid (misoprostol). Postpartum bloedingen.
  • Gastro-intestinaal:
    • Als comedicatie bij NSAID om maag-/duodenum ulceraties te voorkomen (PPI beter)
  • Cardiovasculair:
    • Om de ductus arteriosus open te houden bij pasgeborenen met bepaalde congenitale
      defecten.
    • Inhibitie van plaatjesaggregatie tijdens hemodialyse (PGI2).
    • Primaire pulmonaire hypertensie.
  • Oftalmologie:
    • Om intra-oculaire druk te doen dalen bij patiënten met open-hoek glaucoma
101
Q

Cortison

A

Klasse: Glucocorticoïden
Indicatie:
- substitutietherapie (Addison)

102
Q

Bradykinine effecten

A
  • stijging vasculaire permeabiliteit -> angio-oedeem
  • vasodilatatie
  • sensorische zenuwen: pijn, hoestreflex
103
Q

NSAIDs

A

Aangrijpingspunt: COX1 en COX2
Effect:
- anti-inflammatoir
- analgetisch (pijnstillend)
- anti-pyretisch (koortswerend)

Nevenwerkingen:
- maag/duodenumulceraties
- risico bloedingen
=> risico maagbloedingen
- nausea, braken, diarree of constipatie
- vochtretentie
- hypertensie
- uitlokken acute nierinsufficiëntie (cave pt actief RAAS, bv hartfalen)
- hyperkaliëmie
- chronische analgetische nefropathie
- opletten zwangerschap
- uitlokken acute astma aanval (shift pathway naar leukotriënen)
- allergische / anafylactische reacties

104
Q

Indicatie NSAIDs

A
  • Analgetica
    • Acuut: voorkeur paracetamol
    • Chronisch: meer potente, langwerkende NSAIDs
  • Acute of chronische ontsteking (onderdrukking symptomen)
  • Koortswerend
  • Preventie/behandeling (athero)trombose
    • acetylsalisylzuur in lage dosis
105
Q

Geneesmiddelen bij reumatoïde artritis

A
  • Analgetica
  • NSAIDs
  • Glucocorticoïden (liefst geen chronisch gebruik)
  • DMARDS
  • biologicals
  • Proteïne Kinase (JAK) inhibitoren
106
Q

JAK inhibitoren

A

Janus Kinase inhibitoren
Eindigen in ‘nibs’
Oraal
Remmen cytokine signaaltransductie

107
Q

Biologische DMARDs

A

TNFalfa-blokkers
IV of subcutaan
(Biosimilars)

108
Q

Ciclosporine

A

Klasse: conventionele DMARDs + immunosuppressiva
Calcineurine remmer

Eigenschappen:
- Klaring via lever en gal (enterohepatische circulatie)

Nevenwerkingen:
- Nauwe therapeutische marge
- CYP3A4 en P-gp interacties
- Therapeutic Drug Monitoring (TDM)
- Nefrotoxisch

109
Q

Immunosuppresiva indicaties

A
  • onderdrukking afstotingsreacties
  • onderdrukken graft-vs-host reacties na beenmergtransplantatie
  • behandeling AIZ
110
Q

Anti-jichtmidelen

A

Acuut
- NSAIDs
- Oraal glucocorticoid
- Colchicine

Chronisch
- Voedingsgewoonten (wel koffie -> diureticum)
- Levensstijl
- Uricosuria
- Uricostatica: allopurinol

111
Q

Benzbromaron

A

Klasse: uricosuria
Indicatie:
- chronisch anti-jichtmidel

Werking:
- inhibitie actieve reabsortie van urinezuur
(Acetylsalicylzuur kan ook, maar in hoge dosis nodig)

112
Q

Bij welke trombo-embolische aandoeningen, welke type hemostatische medicatie nodig?

A

EC/Weefsel beschadiging (atherosclerose, PTCA)
-> trombose => anti-aggregatie

Hypercoagulatie + stase => anti-coagulatia

113
Q

Indicatie plaatjesremmers

A
  • Acuut Coronair Syndroom (eerst 12m)
    • Acuut MI
    • onstabiel Angina pectoris
  • Acuut ischemisch herseninfarct (=beroerte)
  • Na plaatsing stent of by-pass
    • dual platelet
  • Bij risico op MI of beroerte

Eerste keuze: acetylsalicylzuur

114
Q

GPIIb-IIIa receptor antagonisten

A

Indicatie: PTCA procedures (hospitaal gebruik)
CAVE bloedingen

Op endotheelcel: hepraansulfaat -> activatie anti-thrombine III -> trombine uit circulatie halen
=> complex vormen

115
Q

Verschil DOAC en Vit K-antagonisten

A

DOAC snelle en directe werking
DOAC beter voorspelbare PK/PD
DOAC gen monitoring nodig, maar aandachtspunten
- belang therapietrouw (korte t1/2 -> geen dosis vergeten)
- GM interacties
- nier en lever functie

116
Q

Glucocorticoïden

A

Klasse: Inhibitie PLA2 (NFkB, interfereren inflammatie)
Werking:
- Glucocorticoïden -> PLA2 -> arachidonzuur -> leuotriënen of prostaglandinen

Aandachtspunten:
- Doseren in ochtend
- Traag afbouwen
- CAVE: Cushing syndroom

Toediening
- preferentieel lokaal gebruik
- oraal -> groot first pass effect

Groot deel plasmabinding