Leukocytose Flashcards

1
Q

leukocytose

A

toegenomen aantal leukocyten in bloed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

mogelijke oorzaken leukocytose

A

infecties, maligniteiten, auto-immuun ziektes en medcatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

anamnese bij vergrote lymfeklier

A
  • koorts
  • gewichtsverlies
  • moeheid
  • infectieklachten
  • rode, warme, pijnlijke klier
  • nachtzweten
  • hoe lang aanwezig
  • hoe ontstaan (hoe snel)
  • ergens anders ook nog vergrote klieren?
  • recent in buitenland geweest?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

lichamelijk onderzoek bij vergrote klier

A
  • andere lymfeklierstations afgaan
  • grootte lever en milt
  • consistentie en pijnlijkheid klieren goed op letten
  • algemene zieke indruk
  • temperatuur meten
  • tonsillen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

blasten bij ALL

A

meer dan 20% blasten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

polyclonale immuunreactie

A

bij een infectie; verschillende klonen van plasmacellen produceren antistoffen nadat het antigeen herkend is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

monoclonale ziekte

A

hiermee kan geen infectie bestreden worden;
- kenmerk voor leukemie is dat de populatie b-cellen monoclonaal is

want er zijn niet meer verschillende klonen van plasmacellen; alle cellen komen van 1 kloon waardoor ze allemaal dezelfde immunoglobulinen produceren en dus niet de verschillende delen van het antigeen kunnen bestrijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

poly- en monoclonale immuunreactie van elkaar onderscheiden

A

met een kappa-lambda kleuring (reageren op de kappa of lambda light chain van de immunoglobulines)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

CLL ontstaan uit T-cellen

A

10% van de gevallen; monoklonaliteit is moeilijker aan te tonen want T-cellen zijn geen voorlopers van plasmacellen, dus geen kappa-lambda kleuring;

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

hemolytische anemie

A

anemie door verdringing van andere cellijnen bij bijvoorbeeld leukocytose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

LDH

A

afbraakproduct van cellen die in apoptose zijn gegaan; hoog wanneer te veel cellen worden afgebroken zoals bij hemolytische anemie (er zijn dan ook veel reticulocyten ter compensatie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly