les 5 Flashcards

1
Q

weergeven van gegevens (5)

A
  • staafdiagram
  • taartdiagram
  • grafiek
  • frequentiepolygoon
  • histogram
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

staafdiagram

A

een grafische weergave van de frequentieverdeling van een discrete variabele

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

staafdiagram eigenschappen

A
  • 2 assen
  • hoogte van de staaf komt overeen met de frequentie of proportie van bijhorende waarde
  • hoe gedaileerder hoe groter de verschillen te zien zijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

waarom raken de staven van een staafdiagram elkaar niet?

A

om aan te geven dat er tussen 2 discrete waarden geen andere waarden mogelijk zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

2 assen staafdiagram

A

X as = waarde van de variabele
Y as = begint bij nul en wordt in gelijke intervallen opgedeeld tot en met de hoogste frequentie van de gemeten categorie ( = de frequentie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

taartdiagram

A

goed visueel beeld van welk aandeel het grootst is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

frequentiepolygoom

A

een figuur waarbij punten met elkaar verbonden worden door een rechte lijn die de frequentieverdeling van ordinale, interval of ratio data weergeeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

2 assen frequentiepolygoom

A

x as = klassebreedte van de variabele

y as = de frequentie van de klassebreedte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

histogram

A

frequentie van 1 variabele

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

2 assen histogram

A

verticale as; begint bij 0 en wordt in gelijke intervallen opgedeeld tot en met de hoogste frequentie

horizontale as; wordt gemarkeerd door de klassebreedte of categorieën van de variabele

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

eigenschappen histogram (2)

A
  • de staven zijn even breed en geven de grootte van het inter val aan
  • de staven raken mekaar om aan te geven dat de date op een continuüm worden gepresenteerd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

3 verdelingen histogram

A
  • niet-symmetrische verdeling; rechts
  • niet-symmetrische verdeling; links
  • symmetrische verdeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

niet- symmetrische verdeling; rechts

A

staart wijst naar rechts –> positieve scheve verdeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

niet- symmetrische verdeling; links

A

staart wijst naar links –> negatieve scheve verdeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

symmetrische verdeling

A

links en rechts komen allebei evenveel voor met een top in het midden, in het midden is de hoogste frequentie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

waarom wordt de symmetrische verdeling ‘’ normaal’‘genoemd?

A

omdat veel gebeurtenissen in de natuur vaak een normale verdeling volgen in de populatie

17
Q

hoeveel eenheden zijn er nodig die onderzocht moeten worden voor een normale verdeling met een steekproef?

A

30 eenheden