Les 2 Flashcards

1
Q

lateraal

A

zijkanten van het vaarwater zijn gemarkeerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

betonningsrichting

A

stroomrichting

- van bron naar zee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

linker en rechteroever

A

met de stroom mee heb je rechts de rechteroever en links de linkerovever

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

nummering van de tonnen

A

loopt tegen de betonningsrichting in

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

rechteroever aanduiding

A

rode stompe tonnen met even nummers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

linkeroever aanduiding

A

groene spitse tonnen met oneven nummers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

haven: varen in betonningsrichting

A

= de haven uitvaren (rood licht aan rechterkant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

overdag haven binnenvaren, welk licht?

A
  • aan stuurboorzijde een groen wit horizontaal gestreepte paal met groen kegelvormig topteken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

scheidingstonnen

A

bolvormig en groen-rood horizontaal gestreept

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

scheidingston vaarwateren van gelijk belang

A

topteken: een rood/groene bol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

scheidingston hoofdwater rechts

A

topteken: groene kegel
- deze ton ligt in de reeks groene tonnen van het hoofdvaarwater. Om in het hoofwater te blijven, houdt u deze ton: varend in betonningsrichting aan bakboord en varend tegen de betonningsrichting in aan stuurboord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

scheidingston hoofdwater links

A

topteken: rode cilinder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

splitsing vaarwegen

A

twee kegels met de punten naar elkaar toe, bovenste kegel rood, onderste groen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

aanvullende betonning

A

gele tonnen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

gele ton voorzien van rood - wit - rood

A

= betreffende gebied is verboden voor de scheepvaart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

noodwrakboei

A

bij nieuw ontdekt gevaar, legt men tijdelijk een noodwrakboei (geel en blauw met plus teken als topteken)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

afzonderlijk gevaar

A

geeft losliggende gevaren aan die beperkt van afmeting zijn en die rondom paseerbaar zijn
- zwart - rood - zwart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

verkenningston

A

bol, rood-wit verticaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

oeverbakens

A

ruit met groen vanboven en wit vanonder
- diepe vaarwater bevindt zich aan linkeroever

rechtoek met horizontaal wit-rood-wit
- diepe vaarwater bevindt zich aan de rechteroever

20
Q

Cardinale betonning

A

markering die aangeeft waar zich obstakels voor de scheepsvaart bevinden

21
Q

noord-cardinaal

A

veilig vaarwater aan de noordzijde

  • topteken: punt omhoog
  • zwart - geel boei
  • doorlopende flikkeringen (VQ)
22
Q

zuid-cardinaal

A

topteken: punt omlaag
- geel - zwart boei
- 6 flikkeringen plus een long flash)

23
Q

oost-cardinaal

A

topteken: punten van elkaar af
- zwart-geel-zwart boei
- 3 flikkeringen

24
Q

west-cardinaal

A

topteken: punten naar elkaar toe
- geel-zwart-geel boei
- 9 flikekringen

25
VQ
very quick. 1/4 sec
26
Q
quick, 1/2 sec
27
Fl
flash, licht waarvan het schijnsel korter duurt dan de verduistering, 1 sec
28
LFl
long flash, light waarvan het schijnsel korter duurt dan de verduistering, 2 sec
29
ISo
Isophase, licht waarvan het schijnsel even lang duurt als de verduistering Voor laterale betonning toont veilig vaarwater
30
Oc
Occulting, licht waarvan het schijnsel langer duurt dan de verduistering Voor laterale betonning, toont baken
31
F
Fixed, permanent brandend licht | Voor havenhoofden, toont veilige haven
32
rood rondje boven wit rondje
verboden hinderlijke waterbeweging te veroorzaken
33
rood rondje boven groen rondje
verbod voorbij te varen
34
rood rondje naast groen rondje
verbod voorbij te varen
35
rood rondje met daaronder groen flikkerlicht
doorvaren verboden tenzij stoppen niet meer mogelijk is
36
twee gele flikkerlichten boven elkaar
zo nodig koers en snelheid wijzigen voor uitvarende schepen
37
gele ruit
aanbevolen doorvaartopening, in beide richtingen
38
gele bol
aanbevolen doorvaartopening, in beide richtingen
39
2 gele ruiten
aanbevolen doorvaartopening in 1 richting
40
2 gele bollen
aanbevolen doorvaartopening in 1 richting
41
witte bol naast wit/zwarte bol
aanbevolen te varen van het vast naar het isofase licht
42
1 witte bol
voorwaarschuwing: stoppen (moeilijkheden te verwachten)
43
2 witte bollen
voorwaarschuwing: stoppen (moeilijkheden te verwachten)
44
1 brandend wit isofase licht
voorwaarschuwing: u kunt naderen
45
2 synchroon brandende witte isofase lichten
voorwaarschuwing: u kunt naderen