♥️les 11, 13, 14, 15 Flashcards

1
Q

wat is polytheïsme?

A

geloof in meerdere goden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

omschrijving Zeus

A

afgebeeld met een staf en bliksems

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

omschrijving Hera

A

de echtgenote van Zeus en godin van het huwelijk, afgebeeld met een pauw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

omschrijving Poseidon

A

de zeegod, houdt drietand vast

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

omschrijving Pallas Athena

A

de godin van de wijsheid, draagt een schild en een speer, ze wordt vergezeld van een uil

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

omschrijving Aphrodite

A

de mooie godin van de liefde, heeft veel attributen, zoals de spiegel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

omschrijving Apollo

A

god van het licht en de muziek, houdt dikwijls een muziekinstrument vast

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een mythe?

A

verklaringen voor leven en dood, de seizoenen, het ontstaan van de wereld enz. in speciale verhalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

functie tempel

A

vereren van goden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

functie stadion

A

sportwedstrijden organiseren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

functie theater

A

toneelvoorstellingen geven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

functie agora

A

(marktplein) ontmoetingsplaats voor mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat zijn de typische kenmerken van een Griekse tempel?

A
gebruik van zuilen
eenvoudige bouwstijl
kleurrijke fries
in harmonie en evenwicht
gebruik van beeldhouwwerken
symmetrisch
open bouwwerk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is een kapiteel en een voetstuk?

A

K: het bovenste stuk van een paal
V: het onderste stuk van een paal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is een zwartfigurige stijl?

A

zwarte figuren op een rode achtergrond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is een roodfigurige stijl?

A

rode figuren op een zwarte achtergrond

17
Q

Archaïsche periode: beeldhouwwerken

A
  • Kouros: naakte jonge man
  • Korè: jonge vrouw met kleed
  • statisch, geen beweging
  • symmetrisch, ongeveer gelijke helften
  • weinig uitbeelding van emoties
  • invloed van Egyptische beelden
18
Q

Klassieke periode: beeldhouwwerken

A
  • voorstelling van, ideale mooie mens
  • meer beweging in beelden
  • aandacht voor juiste anatomie
  • weinig uitbeelding van emoties
  • momentopname
19
Q

Hellenistische periode: beeldhouwwerken

A
  • voorstelling van gewone mens: realistische kunst
  • heel veel beweging in beelden
  • mensen afbeelden zoals ze in werkelijkheid zijn
  • heel veel uitdrukking van gevoelens
  • soberheid maakte plaats voor praalzucht
20
Q

wat is filosofie?

A

nadenken over onverklaarbare gebeurtenissen zonder gebruik te maken van godsdienst

21
Q

wat is epicurisme?

A

je moet elke dag genieten van het leven

22
Q

wat is stoïcisme?

A

je verlangens tegenhouden om het ware geluk te vinden

23
Q

wat is cynisme?

A

vooral kritiek geven op de samenleving en de godsdienst

24
Q

wat is een tragedie?

A

een tragedie beeldt uit hie mensen met hun gevoelens en problemen omgaan, vaak een triest verhaal

25
wat is een komedie of blijspel?
in een komedie of blijspel wordt vaak de spot gedreven met de personen en gebeurtenissen uit het dagelijkse leven
26
vegelijking Grieks theater en modern theater
Grieks: openluchttheater, mannen spelen alle rollen Modern: schouwburg, iedereen acteerd