Landschapsparken Flashcards

1
Q

door wie is een park aangelegd/ingericht/beheerd?

A

door mens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

is een park publiek?

A

kan zowel publiek, semi-publiek als privaat zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

waarvoor zorgen parken?

A

groen in de stad = CO2 captatie, grotere biodiversiteit, ontspanningsruimte, esthetische meerwaarde en waterhuishouding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hoe is een park ingericht?

A

met doelgerichte infrastructuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is het belang van stadsparken binnen toerisme en recreatie?

A

zowel esthetische als kwaliteitsvolle omgeving, aantrekkelijker voor fietser en wandelaar, bedrijfsmotivatie stijgt, koeler, aantrekkelijke ontmoetingsplek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is groengebied?

A

zone met aaneengesloten groen, kan zowel over natuurlijk groen gaan als aangelegd groen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is een natuurgebied?

A

een gebied waar natuuromgeving en natuurbehoud centraal staat, recreatie heeft een nevenfunctie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is een natuurreservaat?

A

door de overheid beschermd natuurgebied

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is een recreatiezone?

A

zone in een natuurlijk gebied met recreatieve infrastructuur, recreatie is hoofdfunctie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is een recreatiedomein of -gebied?

A

afgebakende recreatiezone die eigendom is een overheid, organisatie, bedrijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is een provinciaal domein?

A

natuur- of recreatiedomein dat eigendom is van de provincie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is een bosgebied?

A

een grote zone met bos, recreatie heeft een nevenfunctie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is een landbouwgebied?

A

gebied waar hoofdfunctie landbouw is, recreatie heeft nevenfunctie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is een landschap?

A

samenhangend geheel van biotische, a-biotische en antropogene elementen zoals die zich aan de mens voordoen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat kan het gevolg zijn van een groene openbare ruimte die geen infrastructuur heeft om bezoekers te coördineren?

A

er kan ‘overdruk’ ontstaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is overdruk binnen een openbare ruimte?

A

teveel bezoekers zijn aanwezig op eenzelfde moment of mensen verlaten wandelpaden om zich in de groene ruimte te begeven wat fauna en flora kan schadigen

17
Q

hoe heet het bewust omgaan met bezoekersstromen?

18
Q

voorbeelden infrastructuur om bezoeker te coördineren binnen groene openbare ruimte?

A
  • fiets- en wandelpaden
  • rust- en picknickplekken
  • infoborden
  • speeltoestellen
19
Q

3 Brusselse stadsparken

A
  • Botanic
  • Park van Laken
  • Warandepark
20
Q

3 internationale stadsparken

A
  • Central Park New York
  • Hyde Park Londen
  • Vondelpark Amsterdam
21
Q

wat doet Toerisme Vlaanderen met de erkende Vlaamse Parken?

A

ze ondersteunen bij toeristische ontwikkeling en ontsluiting en het voortouw nemen in de internationale promotie

22
Q

wettelijk kader - landschapsparken

A
  • Vlaamse Ardennen
  • Zwinstreek
  • Maasvallei
  • Hart van Haspengouw
  • Grenzeloos Bocageland
23
Q

op wat ligt de klemtoon bij landschapsparken?

A

landschapskwaliteit en verschillende functies van het afgebakend gebied -> geen enkele functie krijgt voorrang op een andere

24
Q

wettelijk kader - nationale parken

A
  • Hoge Kempen
  • Scheldevallei
  • Brabantse Wouden
  • Bosland
25
wat is een nationaal park?
erkend beschermd geografisch afgebakend gebied van voldoende grote omvang met een uitzonderlijke natuurwaarde en internationale uitstraling
26
voor wat heeft toerisme promoten in en rond een park een meerwaarde?
de plek, de gemeenschappen, ondernemers en bezoekers
27
waar moet men op letten van het promoten van toerisme in en rond een park?
draagkracht mag niet overschreden worden
28
voorbeelden infrastructuur die landschapsparken en nationale parken toegankelijk maken
- fiets- en wandelpaden en -bruggen - rust- en picknickborden - parkeerplaatsen
29
hoe versterkt men de regio in de Vlaamse Ardennen?
- heuvelend landschap met veel beek- en riviervalleien - kleine bosgebieden - erfgoed bestaande uit wind- en watermolens, kasseiwegen en holle wegen
30
hoe zorgt men voor het landschap in de Vlaamse Ardennen?
onderhoud, herstel van historische landschapskenmerken, natuurherstel en waterhuishouding
31
hoe versterkt men de sociale cohesie van Vlaamse Ardennen?
verbondenheid creëren tussen mens en omgeving
32
hoe wilt men de regio rond de Vlaamse Ardennen op de kaart zetten?
inzetten op toerisme en recreatie met respect voor natuur en inwoners
33
voorbeelden nieuwe nationale parken
- scheldevallei - bosland - brabantse wouden
34
internationale voorbeelden nationale parken
- Machu Picchu Peru - Kruger National park - National park Vanoise Frankrijk
35