Jeugdwelzijnswerk in spannende tijden Flashcards

(14 cards)

1
Q

Hoe is de sector jeugdwerk met maatschappelijk kwetsbare kinderen en jongeren ontstaan?

A

Het is gegroeid vanuit diverse sectoren, visies, ideologieën en tijdstippen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is jeugdwelzijnswerk?

A

Het richt zich op bepaalde maatschappelijke situaties met een territoriale insteek en een doelgroepspecifieke insteek. Dus het is jeugdwerk met kinderen en jongeren in maatschappelijk kwetsbare situaties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn risicofactoren?

A
  • Leven in kansarme buurt
  • Opgroeien in generatiearmoede
  • Behoren tot etnisch-culturele minderheid
  • Geen inkomen uit arbeid
  • Cumulatie van risicofactoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is maatschappelijk kwetsbaar?

A

Dit is als er sprake is van machtsongelijkheid door het interactief proces, de mate aan risicofactoren en de mate aan sociale binding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het belang van jeugdwelzijnswerk?

A

Complex:

  • Meerdere niveaus: micro, meso, macroniveau
  • Interactie en processen als selffullfilling prophecy
  • Machtsongelijkheid in het maatschappelijk debat: Becker: “Whose side are we on?”

Risico van vereenvoudiging: slachtoffers/daders van feiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het doel van jeugdwelzijnswerk?

A
  • Het versterken van de jongeren
  • Het organiseren van jeugdwerkactiviteiten
  • Het veranderen van instituties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat doet jeugdwelzijnswerk?

A
  • Groepsgericht vrijetijdsaanbod voor kinderen en jongeren van 6 tot 25 jaar = plezante vrije tijd!
  • Brugfunctie (begeleiden/bemiddelen)
  • Vanuit die praktijk:
    signaleren,
    adviseren en
    sensibiliseren naar overheid/andere sectoren over uitsluitings-mechanismen.
  • Eigen organisatie beleid (vb. kansen voor jongeren)

Het is buurtgericht en werkt dus via actieve outreaching. Ze steunen op autonomie en gelijkwaardigheid als waarden en normen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is het gevolg van deze aanpak of visie in jeugdwerk?

A
  • Biografische competentie: leren antwoorden vinden op zingevingsvragen
  • Institutionele of sociale competentie: leren omgaan met maatschappelijke instituties
  • Politieke competenties: ontwikkelen van mogelijkheden tot beleidsbeïnvloeding en zelforganisatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat bedoelt men met ‘Jeugdwelzijnswerk is in essentie politiserend werken’?

A

Van individu naar collectief en sociale actie (meer dan samenbrengen!

Naar buiten toe gericht worden instituties en beleid actief geappelleerd vanuit de noden/drempel/knelpunten die kinderen en jongeren ervaren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de houding van de begeleiders?

A
  • actief
  • advocacy of mandaat
  • echtheid, gelijkwaardigheid
  • vanuit respect en met respect voor de leefwereld van de jongeren
    laagdrempelig en positief
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de houding van de organisatie?

A
  • laagdrempelig: eigen inspraakmechanismen
  • horizontale structuur (aansluiting leefwereld)
  • kansen voor jongeren (diversiteitsdiscussie)
  • omgaan met regelgeving die preventiewerk onder druk zet (bureaucratie)
  • vertrek uit een maatschappelijke schuld/ ongevalmodel
  • reflectieve houding extern
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke maatschappelijke tendensen spelen een rol in de druk op jeugdwelzijnswerk?

A
  • vergaande de-centralisering: afhankelijkher van lokale politiek
  • verdergaande professionalisering
  • meten is weten: evidence based beleid
  • Pre-emtive strike: vroegdetectie, vroegpreventie, vroeg interventie, eliminatie van potentieel risicovol gedrag (TM)
  • meer sociale ongelijkheid en repressie
  • individuele schuld en ongeval retoriek en maatschappelijke schuld en ongeval retoriek, nu onze waarden en normen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar is er nood aan op organisatieniveau?

A

Er is nood aan een duidelijke visie op :

  • jeugdwelzijnswerk
  • leiderschap
  • diversiteit
  • machtsverhoudingen

= lerende organisatieopbouw, reflectie en uitwisseling als essentiële elementen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waar moeten we rekening mee houden bij het handelen in jeugdwelzijnswerk?

A
  • Rekening houden met het mensbeeld als pedagoog, criminoloog, psycholoog, sociaal werker…
  • het middenveld moet ruimte hebben voor een kritische stem
  • reflecteren over aanbod, tendensen en interventies (multidimensionele problemen aanpakken via multidimensionele interventies)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly