Item respons theorie Flashcards
Moeilijkheidsparameter
waarde van theta op kans .5
> b parameter
Discriminatie parameter
Hoe stijl loopt de curve
> a parameter
Gok parameter
Hoeveel kans goed door gokken?
> c parameter
Graded Respons model (GRM)
Geschikt voor de analyse van ordinale responsen, bijvoorbeeld een Likert schaal.
Nominaal Respons Model (NRM)
Geschikt voor het analyseren van nominale responsen (A, B, C, D) zonder er één te coderen als ‘correct’.
> bv bij het meten van groepsverschillen
Emperically generated items
Items gekozen op grond van emperisch criterium
> bv discriminatie normaal versus ziek
Rational approach
Combinatie van emperische en theoretische.
> bv Big 5
Theoretically generted items
Items gekozen op grond van theorie
> bv WAIS
Method of equal appearing intervals
SME beoordelen items
> De SD belangrijk! Hoe kleiner, hoe beter. Betekend meer met elkaar eens!
> Maar op de eerste plaats: hoog gem belangrijk!!
Muraki
Versimpelde versie versie van Samejima. > elk item gelijke afstanden > elk item 1 locatie parameter b > a en b aan elkaar gelijk > c toegevoegd: bepaald nu de afstand (range) tussen de antw mogelijkheden. Zelfde af te lezen als b parameter in dichotome modellen.
> zelfde afstand tussen lijnen van 1 item! door vastgestelde b
Psychometrisch model
relateert observeerbare item responses aan een latente trek
Samejima
Graded Respons Model
Meest gebruikt voor Liker-schaal
> a en b parameter voor elke vraag apart geschat
> b paramer: 50% boven bepaald graad op theta (net als bij 2PL)
Partial Credit Model
Hogere score als je maar een deel goed hebt.
> per deel goed op zelfde manier als 1PL
> sigma parameter = de vaardigheid die iemand moet bezitten om met meer kans het volgende deel goed te maken