Interpersoonlijke Commnunicatie Flashcards

1
Q

Social penetration theory

A

Proces van het ontwikkelen van intimiteit met een ander persoon (vormen van kwetsbaarheid)

  1. Vormen van relaties
  2. Van oppervlakkig naar intiem
  3. Door uitwisseling van informatie (self disclosure)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Persoonlijkheidsstructuur

A

1ste laag = oppervlakkige informatie

2e laag = persoonlijke voorkeuren

3e laag = goals en aspiratie

4e laag = religieuze overtuiging

5e laag = angsten en fantasieën

6e laag = zelfbeeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Self disclosure

A

Het doelbewust en vrijwillig delen van persoonlijke geschiedenis, informatie, attitudes, gevoelens, waarden, geheimen etc. (Transparantie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

2 soorten self disclosure

A
  1. Breedte: hoeveelheid onderwerpen die je bespreekt
  2. Diepte: mate van intimiteit in de besproken onderwerpen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Vier stadia social penetration

A
  1. Orientation = delen van opperlvlakkige informatie
  2. Exploratory affective exchange = meer intieme informatie, meer de breedte in
  3. Affective exchange = privé informatie, meer diepte, spontane interactie, meer gemak en commitment
  4. Stable exchange = openheid, spontaniteit, zowel breedte als diepte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Law (norm) of reciprocity

A

Wederzijdse delen van informatie met dezelfde mate van identiteit

  • Hetzelfde soort informatie delen
  • Rustige opbouw
  • Vindt plaats in elk stadium
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Beloningen en kosten

A

De mate waarin er voor- en nadelen zijn verbonden aan een relatie. Afweging of de beloningen de kosten waard zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Social exchange theory

A
  • Economische framework uitwisselen van ‘resources’
  • Beloningen afwegen tegenover kosten
  • Beloningen wegen zwaarder dan de kosten? Verdieping
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Kritiek social penetration theory

A
  • Self disclosure staat niet gelijk tot intimiteit
  • Beloningen/kostenanalyse is te simplistisch
  • Persoonlijkheidsstructuur -> vaste grenzen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Kernpunten Self disclosure online

A
  1. Verhoogde self-awareness
  2. Verlaagde social presence
  3. Gebrek aan directe interactie
  4. Contextual norm of self disclosing behavior
  5. Motivatie
  6. Persoonlijke eigenschappen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Self disclosure online

A

Influencers hebben baat bij self disclosure.

  • Parasociale relatie
  • Eenzijdige relatie
  • Minder persoonlijke informatie leidt tot minder betrouwbaarheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Vergelijkingsstandaard

A

De mate waarin we een relatie verder verdiepen heeft te maken met de beloningen en kosten, met name op het gebied van de uitkomst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Comparison leven (CL)

A

Drempel waarboven een relationele uitkomst aantrekkelijk lijkt; een maatstaf voor relationele tevredenheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Comparison level of alternatives (CLALT)

A

Meer alternatieven -> minder stabiel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Computer mediated communication (cmc)

A
  • Jaren 90, vooral text based (email)
  • Verschil met face to face: geen non verbale cues
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Social presence theory

A
  • aanwezigheid van ander persoon belangrijk voor vorming relatie
  • gebrek hieraan leidt tot doelgerichte en individualistische communicatie
17
Q

geen sociale context cues

A
  • geen online sociale normen
  • geen kennis hoe je je verhoudt tot degene waarmee je communiceert
  • meer met jezelf bezig (self awareness)
  • minder inhibitie
18
Q

Flaming

A

Agressief online gedrag

19
Q

Trolling

A

Bewust provoceren

20
Q

Social information processing

A
  • beperkte cues zijn geen hindernis
  • gebruikers gemotiveerd om elkaar te leren kennen
  • passen zich aan aan het medium

Doel: indruk maken (impression formation)

21
Q

Wat zorgt voor een relatie?

A
  • Verbondenheid en intimiteit ontstaat door informatie vergaren
  • Self disclosure (breedte, diepte)
22
Q

Face to face communicatie

A
  • verbale/non verbale cues
  • beide belangrijke vorming voor relatie
23
Q

CMC

A
  • taal/verbale cues
  • timing belangrijk
24
Q

Belang taal/verbale cues

A

Motivatie relatie leidt tot extra aandacht verbale cues

25
Q

Belang timing

A
  • minder informatie per bericht
  • duurt langer om over te brengen
26
Q

Social information processing

A

Met genoeg tijd en aandacht wordt band net zo sterk als bij ftf communicatie

27
Q

Anticipated future interaction

A

Als we verwachten iemand weer te zien, dan willen we een goede indruk achterlaten

28
Q

Chronomics

A

Factoren die afhankelijk zijn van tijd

29
Q

Hyperpersoonlijk perspectief

A

Sterke relaties kunnen online gevormd worden

30
Q

3 visies cmc relaties

A
  1. Impersonal: niet online relaties vormen
  2. Interpersonal (SIP): relaties ook via cmc te vormen
  3. Hyperpersonal: relaties sterker door cmc
31
Q

Hyperpersonal beter dan ftf

A
  1. Zender: geeft (te) goede zelfpresentatie (selective self-presentation)
  2. Ontvanger: idealiseren van de zender
  3. Kanaal: asynchroom
  4. Feedback: jezelf gedragen naar de verwachtingen van anderen
32
Q

Self fulfilling prohecy

A

Jezelf veranderen naar de wensen van anderen

33
Q

Warranting value

A

Is deze persoon valide?

  • redenen om informatie te geloven
  • Social media -> reacties van vrienden
34
Q

Kritiek Social information processingen

A
  • cmc gebaseerd op text communicatie (facetime mogelijk)
  • houdt geen rekening met individuele verschillen
35
Q

Kritiek SIP (Sherry Turkle)

A
  • meer interpretatief perspectief
  • mobiele technologie/online communicatie, verandert niet alleen wat we doen, maar ook wie we zijn
  • mobiele technologie vergt constante aandacht, haalt aandacht weg bij menselijke processen