Inleiding - Strafwet Flashcards
Materieel strafrecht
Het geheel van rechtsregels waardoor bepaalde gedragingen strafbaar worden gesteld en gesanctioneerd (verbodsbepalingen)
Formeel strafrecht
Het geheel van procedurele rechtsregels volgens dewelke het materieel strafrecht moet worden toegepast
Archaïsch stelsel
Primitieve maatschappij waarbij het talio-recht heerst (oog om oog, tand om tand). Recht als privé aangelegenheid met wraaknemingen en vendetta’s.
Middeleeuwen
(1) Oudgermaans strafrecht (accusatoir) met rondtrekkende rechters (enquête du pays, infamia-procedure)
(2) Inquisitoir strafproces: actieve rol van de recht die functie van OM en rechter cumuleert. Bewijs bij de vervolgende partij.
Verlicht
Ius punendi: schending van het contrat social. Bescherming van de burger o.b.v. van de Magna Charta (Beccaria): legaliteitsbeginsel, subsidiariteitsbeginsel en proportionaliteitsbeginsel.
Functies van de straf
Vergelding Verzoening Herstel schade Algemene preventie Bijzondere preventie Resocialiseringsidee
Klassieke leer
Mensbeeld: idealistisch vrije mens - daad
Schuld: nullum crimen sinea culpa
Doel en functie straf: vergelding (in context sociaal contract), algemene preventie (kennis straf), bijzondere preventie (ervaring straf) en resocialisering werd verondersteld
Positivisme en sociaal verweer
Mensbeeld: gedetermineerde mens (Lombroso) - dader
Schuld: misdrijf resultaat externe factoren. Gevaarsnotie.
Doel en functie straf: vergelding (onethisch), algemene preventie (vb. armoedebestrijding), bijzondere preventie (enige doel), resocialisering (straf is geen doel op zich)
Nieuw sociaal verweer
Mensbeeld: verzoening klassiek - positivisime. Wettelijke verantwoordelijkheid.
Schuld: aanvaarding klassieke uitgangspunten, met resocialiseringsidee voorop. Individualisering
Doel en functie straf: vermindering en uitschakeling criminaliteit
Tweesporenstelsel
Normale delinquenten - Jongeren en geesteszieken
Magna charta op de helling
Legaliteit: meer strafbepalingen, meer niveaus, blanco strafwetten
Subsidiariteit: SR niet langer als ultimum remedium, maar als handhavingsinstrument
Proportionaliteit: straftoemeting niet enkel op basis van de ernst van het misdrijf
Nieuw realisme / neoclassicisme
Reactie op positivisme en nieuw sociaal verweer o.b.v. klassieke leer. Te veel beleidsvrijheid, te veel beslissingsruimte voor rechters, te grote flexibiliteit bij strafuitvoering en te weinig aandacht voor slachtoffer.
Radicale strekking
Strekking binnen het nieuw realisme als reactie op het netwidening effect.
Abolitionisme
Strekking binnen het nieuw realisme. Afschaffen van het strafrecht.
Due process-strekking
Strekking binnen het nieuw realisme. Procedurele waarborgen.
Justice model
Strekking binnen het nieuw realisme ijvert voor repenalisering.
Economische analyse van het recht
Critical legal studies
Strafrechtsketen
Strafbaarstelling = wetgevende macht Opsporing = politie Vervolging = OM/PdK - OZR/KI Straftoemeting = rechter Strafuitvoering = SURB / Minister van Justitie
Verbodsbeginselen strafbaarstelling
(1) Verbod op rechterlijke incriminatie (strikte interpretatie van SW en rechter mag niet oordelen over opportuniteit toepassing SW)
(2) Verbod op uitvoerende incriminatie (echter: mildering door blanco-strafwetten)
Strafbaarstelling: democratische consensus
Spanningsveld fundamenteel strafwaardig (mala in se) en andere (mala quia prohibitia)
Evolutie in tijd en ruimte.
Ambivalent gevoel rond economische en financiële misdrijven.
Eensgezindheid moeilijker in moderne MIJ